Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.
Algemeen militair ambtenarenreglement (AMAR)
Artikel 28. Functioneringsgesprek
1. Aan de wijze waarop de militair – aangesteld bij het beroepspersoneel – functioneert wordt ten minste eenmaal per jaar aandacht besteed in een functioneringsgesprek. Met de militair, aangesteld bij het reservepersoneel, wordt door de commandant, in beginsel ten minste eenmaal per drie jaar een functioneringsgesprek gehouden.
3. Onverminderd het eerste lid wordt een functioneringsgesprek gehouden indien daartoe de behoefte wordt aangegeven door de militair of door de functionele chef. Hierbij geldt dat sprake is van een dienstverhouding van ten minste twee maanden.
4. Aan het functioneringsgesprek wordt deelgenomen door de militair en diens functionele chef.
6. Het functioneringsgesprek is ten minste gericht op de navolgende onderdelen:
a. het functioneren en de werkomstandigheden van de militair in de omgeving waarin hij zijn functie vervult, waarbij aandacht wordt besteed aan de functionele, wederzijdse relatie tussen de militair en zijn functionele chef, de verhouding tussen de getoonde kennis en vaardigheden en de functie-eisen;
b. de toetsing in hoeverre eerder gemaakte afspraken zijn nagekomen;
c. de persoonlijke ontwikkeling van de militair in zijn huidige functie;
d. andere onderwerpen, waaronder in ieder geval sociale aspecten van leiderschap en het levensfasebeleid.
7. De functionele chef legt een samenvatting van de inhoud van het gesprek alsmede de gemaakte afspraken en besproken aandachtspunten vast in het bij ministeriële regeling vast te stellen functioneringsgesprekformulier. Het formulier wordt voor een correcte weergave daarvan door de militair en de functionele chef ondertekend, waarna de militair een afschrift van het formulier ontvangt. De samenvatting van de inhoud van het gesprek, de gemaakte afspraken en de besproken aandachtspunten worden in het personeelsdossier opgelegd.
8. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld ten aanzien van het houden van functioneringsgesprekken.
1. In dit artikel wordt verstaan onder:
de functionele chef van de militair;
de commandant van de militair. In het geval de commandant de eerste beoordelaar is, treedt in beginsel de functionele chef van de commandant op als tweede beoordelaar.
2. Indien de militair of zijn commandant dit wenselijk vindt wordt een beoordeling over het functioneren van de militair opgemaakt. De militair kan hiertoe een aanvraag indienen bij zijn commandant.
4. In de beoordeling wordt een oordeel gegeven over de wijze waarop de militair zijn functie, inclusief eventueel andere opgedragen werkzaamheden, heeft vervuld gedurende het beoordelingstijdvak. De beoordeling wordt gebaseerd op concrete handelingen, resultaten en gedragingen van de te beoordelen militair. Daarbij kunnen ook omstandigheden worden meegewogen buiten de dienst die van invloed zijn geweest op het vervullen van de functie.
5. Het beoordelingstijdvak, waarin ten minste één functioneringsgesprek heeft plaatsgevonden, bedraagt ten minste zes maanden en maximaal 2 jaren. Per kalenderjaar kan slechts één beoordeling worden opgemaakt.
7. Na het opstellen van de beoordeling wordt deze besproken met de militair. De militair ontvangt een afschrift van de beoordeling waarna hij twee weken de tijd heeft om bedenkingen kenbaar te maken bij de tweede beoordelaar. Deze termijn kan op verzoek van de militair met twee weken worden verlengd.
8. De tweede beoordelaar neemt de beoordeling en de eventueel daartegen ingediende bedenkingen in beschouwing en stelt de beoordeling vast. De militair ontvangt een afschrift van de vastgestelde beoordeling.
9. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld ten aanzien van het opmaken en vaststellen van beoordelingen.
Voorlopige voorziening uitvoeringsregeling AMAR
Artikel 3:26 Functioneringsgesprek
1. De functionele chef nodigt ten minste twee weken voordat het functioneringsgesprek wordt gehouden, de militair hiervoor uit.
3. Een samenvatting van het gesprek, de gemaakte afspraken en aandachtspunten voor de komende periode ten aanzien de taakuitvoering en eventueel door de militair of de functionele chef, met instemming van de militair, ingebrachte nadere informatie, worden door de functionele chef vastgelegd in het externe gedeelte van het als bijlage 2 gevoegde FG-formulier. Wanneer de functionele chef of de militair meer informatie willen vastleggen wordt hiervoor het interne gedeelte van het FG-formulier gebruikt, dat alleen voor de functionele chef en de militair is bestemd.
4. Het interne gedeelte van het FG-formulier blijft in bezit van de militair en de functionele chef. De functionele chef draagt zorg voor vernietiging van zijn exemplaar bij beëindiging van de dienstverhouding. Het externe deel van het FG-formulier wordt opgelegd in het persoonsdossier van de militair.