Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[Naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 juli 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Algerijnse nationaliteit hebbende persoon, zijn asielaanvraag in Nederland niet in behandeling genomen zag. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, heeft zich beroepen op de Dublinverordening, waarbij Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. De eiser had in Duitsland een asielaanvraag ingediend en was daar geregistreerd als meerderjarig, wat leidde tot de beslissing van de verweerder om de aanvraag niet in behandeling te nemen. De eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, maar is zonder bericht niet verschenen op de zitting.
De rechtbank heeft overwogen dat de leeftijdsregistratie in Duitsland als uitgangspunt kan worden genomen, en dat het aan de eiser is om aan te tonen dat deze registratie onjuist is. De eiser heeft aangevoerd dat hij minderjarig is en dat hij een andere geboortedatum heeft opgegeven om te voorkomen dat hij naar Algerije zou worden teruggestuurd. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd om zijn stelling te onderbouwen. Bovendien heeft de rechtbank geen aanleiding gezien om toepassing te geven aan artikel 17 van de Dublinverordening, ondanks de stelling van de eiser dat hij een trauma heeft opgelopen in Duitsland.
De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep ongegrond verklaard, waarbij is vastgesteld dat de eiser op de hoogte was van de mogelijkheid van overdracht aan Duitsland en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen een week na bekendmaking.