Uitspraak
Internationale kinderontvoering
Beschikking op het op 7 maart 2022 ingekomen verzoek van:
[Y] ,
[X] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift, met zelfstandig verzoek;
- het F9-formulier van 29 maart 2022, met bijlagen, van de zijde van de vader;
- het F9-formulier van 1 april 2022, met bijlage, van de zijde van de vader.
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat en een tolk in de Engelse taal,
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- [medewerker RvdK] namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad).
Feiten
- Partijen zijn gehuwd op [datum huwelijk] 2017 te [plaats huwelijk] , India.
- Zij zijn de ouders van het volgende thans nog minderjarige kind:
- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over [voornaam minderjarige] uit.
- Partijen hebben op 15 oktober 2021 bij een notaris een document getekend (hierna: de akte). In deze akte – waarin de vader als 1st Petitioner en de moeder als 2nd Petitioner is aangeduid – is onder meer opgenomen:
10. (…) In future if the 2nd Petitioner resides in any country along with daughter [voornaam minderjarige] she shall permit 1st Petitioner and his family members to meet and interact with their daughter [voornaam minderjarige] without restrictions and further the 2nd Petitioner shall not restrict the 1st Petitioner and his family members from interacting with [voornaam minderjarige] via telephone & video calls at all reasonable time.
- Op of omstreeks 31 oktober 2021 is de moeder met [voornaam minderjarige] naar India afgereisd.
- De vader heeft de Nederlandse nationaliteit, de moeder heeft de Indiase nationaliteit en [voornaam minderjarige] heeft de Nederlandse nationaliteit.
- De vader heeft zich niet gemeld bij de Nederlandse Centrale Autoriteit.
Verzoek en verweer
- de onmiddellijke terugkeer te gelasten van [voornaam minderjarige] naar het woonadres aan het [adres] te [postcode] [woonplaats] , met onmiddellijke ingang, doch uiterlijk op 1 april 2022, doch uiterlijk op een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum en wijze, waarbij de moeder [voornaam minderjarige] dient terug te brengen naar genoemd woonadres;
- subsidiair te bevelen, voor het geval de moeder nalaat om [voornaam minderjarige] binnen de door de rechtbank te stellen termijn terug te laten keren naar [woonplaats] , dat de moeder het paspoort en benodigde geldige reisdocumenten aan de vader zal afgeven, onmiddellijk, doch uiterlijk op 1 april 2022, althans op een door de rechtbank te bepalen datum en wijze, opdat de vader [voornaam minderjarige] zelf mee terug kan nemen naar genoemd woonadres;
- de moeder te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 5.471,16 aan de vader ter zake van de daadwerkelijke proceskosten die de vader in verband met de ontvoering en het verzoek tot teruggeleiding heeft gemaakt en nog dient te maken,
Beoordeling
naderhandmet de verhuizing van [voornaam minderjarige] heeft ingestemd dan wel dat hij
naderhanddaarin heeft berust. Daarnaast is hiervoor reeds komen vast te staan dat de afspraken in de akte geen werking hebben gekregen. Dit verweer van de moeder slaagt daarom niet.