ECLI:NL:RBDHA:2022:235
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige bewaring van Algerijnse vreemdeling met zicht op uitzetting
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 januari 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring van een Algerijnse vreemdeling. De vreemdeling, eiser, was op 30 december 2021 door de vreemdelingenpolitie overgenomen uit strafrechtelijke detentie en had beroep ingesteld tegen de opgelegde maatregel van bewaring. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring onrechtmatig was, omdat er geen concreet zicht op uitzetting naar Algerije bestond. De rechtbank oordeelde dat de belangenafweging niet in het voordeel van eiser uitviel, ondanks enkele procedurele gebreken in het voortraject. De rechtbank heeft de opheffing van de maatregel van bewaring bevolen met terugwerkende kracht en een schadevergoeding van € 1.460 toegekend voor de onrechtmatige vrijheidsontneming. Daarnaast zijn de proceskosten van eiser vastgesteld op € 1.518. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen een week na bekendmaking.