In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 december 2022 uitspraak gedaan in de zaken tussen Rose Handling Services B.V. en Flower Hour B.V. als eiseressen en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid als verweerder. De zaak betreft de terugvordering van de NOW-1 tegemoetkomingen die aan de eiseressen waren toegekend. De minister had bij besluiten van 9 december 2021 de definitieve tegemoetkomingen vastgesteld op € 0,- en de te veel betaalde voorschotten teruggevorderd, omdat het omzetverlies van de eiseressen niet voldeed aan de vereiste drempel van 20%.
Eiseressen hadden in 2020 een tegemoetkoming aangevraagd op basis van de NOW-1 regeling, maar bij de definitieve aanvraag in oktober 2021 bleek dat het door hen opgegeven omzetverlies van 6% en 8% niet voldeed aan de voorwaarden voor de subsidie. De rechtbank oordeelde dat de keuze voor de meetperiode bij de aanvraag voor het voorschot niet meer kon worden gewijzigd bij de definitieve afrekening. Eiseressen voerden aan dat er sprake was van een vergissing door hun accountant, maar de rechtbank oordeelde dat deze fout voor rekening en risico van de eiseressen kwam.
De rechtbank concludeerde dat de minister terecht de tegemoetkomingen op nihil had vastgesteld en de terugvordering van de voorschotten gerechtvaardigd was. De beroepen van de eiseressen werden ongegrond verklaard. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van aanvragers voor het correct invullen van aanvraagformulieren en de strikte voorwaarden van de NOW-1 regeling.