ECLI:NL:RBDHA:2022:14271

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 december 2022
Publicatiedatum
29 december 2022
Zaaknummer
C/09/635665 / HA ZA 22-809
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zekerheidstelling voor proceskosten in handelsgeschil tussen Fresh Teruma S.A.S. en Westfalia Marketing B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, gaat het om een incident betreffende de zekerheidstelling voor proceskosten in een handelsgeschil tussen Fresh Teruma S.A.S. en Westfalia Marketing B.V. De eiser, Fresh Teruma, heeft containers met avocado's geleverd aan de gedaagde, Westfalia Marketing, maar er is een geschil ontstaan over de betaling van de geleverde goederen. Westfalia Marketing heeft in het incident verzocht om zekerheidstelling voor de proceskosten, omdat zij twijfels heeft over de mogelijkheid om een eventuele proceskostenveroordeling op Fresh Teruma te verhalen. De rechtbank heeft vastgesteld dat Fresh Teruma geen woonplaats of gewone verblijfplaats in Nederland heeft, wat betekent dat zij verplicht is om zekerheid te stellen voor de proceskosten. De rechtbank heeft de hoogte van de gevorderde zekerheidstelling vastgesteld op € 11.282,-, bestaande uit griffierecht en liquidatietarief. De rechtbank heeft bepaald dat de zekerheidstelling kan plaatsvinden door middel van een bankgarantie of een storting op de derdengeldenrekening van de advocaat van Westfalia Marketing. De rechtbank heeft de beslissing over de proceskosten in het incident aangehouden tot het eindvonnis in de hoofdzaak. De hoofdzaak zal pas worden vervolgd nadat de gevorderde zekerheidstelling is verkregen.

Uitspraak

RECHTBANK Den Haag

Team Handel
Zaaknummer: C/09/635665 / HA ZA 22-809
Vonnis in incident van 28 december 2022
in de zaak van
FRESH TERUMA S.A.S.te Bogota (Colombia),
eiseres,
advocaat: mr. J.P.M. Borsboom te Rotterdam,
tegen
WESTFALIA MARKETING B.V.te Delft,
gedaagde,
advocaat: mr. P. van Zwijndregt te Veghel.
Partijen worden hierna Fresh Teruma en Westfalia Marketing genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 15 september 2022;
- de akte overlegging producties, met producties 1 tot en met 14;
- de incidentele conclusie tot zekerheidstelling proceskosten ex artikel 224 Rv voor dit incident en voor de bodemzaak van de zijde van Westfalia Marketing;
- de conclusie van antwoord in het incident van de zijde van Fresh Teruma.
1.2.
Ten slotte is een datum voor het wijzen van vonnis bepaald in het incident.

2.Het geschil en de beoordeling daarvan in het incident

2.1.
In de hoofdzaak gaat het om de afrekening van door Fresh Teruma aan Westfalia Marketing geleverde containers met avocado’s. Daartoe voert Fresh Teruma het volgende aan. Tussen partijen is een handelsrelatie ontstaan. Fresh Teruma heeft containers met avocado’s geleverd aan Westfalia Marketing op basis van vastkoop en commissiekoop. In geval van vastkoop is sprake van een overeenkomst van koop en verkoop, tegen een vaste prijs. In geval van commissiekoop is sprake van een overeenkomst van lastgeving, waarbij wordt afgerekend op basis van de netto verkoopopbrengst.
In het najaar van 2021 zijn 34 containers avocado’s geleverd, 27 op basis van vastkoop en zeven op basis van commissiekoop. Daarvoor is niet volledig betaald. Voor zeventien containers op basis van vastkoop is USD 361.042,73 onbetaald gelaten en voor de afrekening van de zeven containers op basis van commissiekoop ontbreken onderliggende stukken.
2.2.
Fresh Teruma vordert – samengevat – ten aanzien van de zeventien containers
primairbetaling van het openstaande bedrag van USD 361.042,73 op basis van vastkoop, vermeerderd met handelsrente, en
subsidiair, voor het geval ook over de zeventien containers afgerekend moet worden als bij commissiekoop, afgifte van/inzage in (in de dagvaarding genoemde) stukken op grond van artikel 7:403 van het Burgerlijk Wetboek (BW) en artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) met betrekking tot de netto verkoopopbrengst, op straffe van verbeurte van een dwangsom en voorts betaling van wat op grond van die verantwoording en exhibitie zal blijken verschuldigd te zijn, vermeerderd met wettelijke handelsrente.
2.3.
Ten aanzien van de zeven containers die zijn geleverd op basis van commissiekoop vordert Fresh Teruma ook afschrift van/inzage in (in de dagvaarding genoemde) stukken op grond van artikel 7:403 BW en artikel 843a Rv op straffe van verbeurte van een dwangsom en betaling van wat op grond van die verantwoording en exhibitie zal blijken verschuldigd te zijn, vermeerderd met handelsrente.
2.4.
Westfalia Marketing vordert bij wijze van incident:
A. primair:
  • veroordeling van Fresh Teruma tot zekerheidsstelling in de bodemzaak voor een bedrag van € 18.192,-;
  • te bepalen dat deze zekerheidstelling geschiedt in de vorm van een depotstorting bij de griffie van deze rechtbank of – subsidiair – deze zekerheid te stellen in de vorm van een van een Nederlandse bank afkomstige bankgarantie voor dit bedrag met een geldigheid van vier maanden na het in de bodemzaak te wijzen eindvonnis;
  • de termijn te bepalen waarbinnen deze zekerheidstelling moet zijn gesteld, bij gebreke waarvan de sanctie van niet-ontvankelijkheid zal volgen (artikel 616 lid 3 Rv);
  • met veroordeling van Fresh Teruma in de kosten van dit incident en dit alles uitvoerbaar bij voorraad;
subsidiair: voor zover het bedrag van € 18.192,- niet toewijsbaar is, zekerheidsstelling voor het verschuldigde griffierecht en drie maal het geldende liquidatietarief en voor het overige zoals gevorderd onder A.;
meer subsidiair: zekerheidsstelling van een bedrag in redelijkheid te bepalen door de rechtbank en voor het overige zoals gevorderd onder A.
2.5.
Westfalia Marketing voert aan dat zij twijfels heeft over de mogelijkheden om een eventuele proceskostenveroordeling op Fresh Teruma te kunnen verhalen of ten uitvoer te kunnen leggen. Om te voorkomen dat Westfalia Marketing met een oninbare proceskostenveroordeling blijft zitten wenst zij zekerheidstelling van Fresh Teruma te verkrijgen op grond van artikel 224 Rv. De in artikel 224 lid 2 Rv genoemde uitzonderingen doen zich niet voor. Westfalia Marketing verzoekt de rechtbank eerst te beslissen in het incident en pas daarna (en nadat de van Fresh Teruma gevorderde zekerheidstelling is verkregen) een termijn te bepalen voor de door Westfalia Marketing te nemen conclusie van antwoord.
2.6.
Fresh Teruma voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
Zekerheidstelling voor proceskosten
2.7.
Op grond van het bepaalde in artikel 224 lid 1 Rv is een partij zonder woonplaats of gewone verblijfplaats in Nederland op vordering van de wederpartij verplicht zekerheid te stellen voor de proceskosten en de schadevergoeding tot betaling waarvan zij zou kunnen worden veroordeeld. Die verplichting bestaat niet als sprake is van één of meer van de in artikel 224 lid 2 Rv genoemde uitzonderingen.
2.8.
De rechtbank stelt vast dat Fresh Teruma gevestigd is te Colombia en geen woonplaats of gewone verblijfplaats heeft in Nederland. Dit is tussen partijen niet in geschil. Dit betekent dat de incidentele vordering in beginsel kan worden toegewezen. Beoordeeld moet worden of één of meer van de hiervoor bedoelde uitzonderingssituaties zich voordoet of voordoen. De rechtbank oordeelt dat dit niet het geval is en wijst de incidentele vordering tot zekerheidsstelling toe. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.
2.9.
Er is geen verdrag, EG-Verordening of wet op grond waarvan een eventuele proceskostenveroordeling in Colombia ten uitvoer zal worden gelegd (artikel 224 lid 2 aanhef en onder b Rv). Ook is niet gebleken van de uitzonderingssituatie onder c, namelijk dat redelijkerwijs aannemelijk is dat verhaal voor een veroordeling tot betaling van proceskosten en schadevergoeding in Nederland mogelijk zal zijn. Daarnaast is niet gesteld of gebleken dat sprake is van de uitzonderingssituatie onder d, namelijk dat daardoor de effectieve toegang tot de rechter zou worden belemmerd voor Fresh Teruma.
2.10.
Met betrekking tot de uitzondering genoemd in artikel 224 lid 2 aanhef en onder a Rv voert Fresh Teruma aan dat er geen verplichting tot het stellen van zekerheid bestaat indien dit voortvloeit uit een verdrag of uit een EG-Verordening. Fresh Teruma wijst in dit verband op artikel 14 van het Vriendschapsverdrag tussen Nederland en Colombia uit 1829 (hierna: het Vriendschapsverdrag). [1] Ook wijst zij op de conclusie van de Procureur Generaal bij de Hoge Raad van 3 juni 2022 (ECLI:NL:PHR:2022:530).
2.11.
De rechtbank volgt Fresh Teruma niet in haar stellingen. De Hoge Raad heeft in het arrest van 25 november 2022 geoordeeld dat uit het Vriendschapsverdrag, in het bijzonder artikel 14 daarvan, niet voortvloeit dat een Colombiaanse partij geen verplichting heeft tot zekerheidstelling (ECLI:NL:HR:2022:1740, r.o. 3.1.1-3.1.6). De rechtbank oordeelt dat uit de bewoordingen van artikel 14, waar het gaat om toegang tot de rechter, geen recht op gelijke behandeling volgt in die zin dat van een partij zonder woonplaats of gewone verblijfplaats in Nederland geen zekerheidstelling zou kunnen worden verlangd. De context van artikel 14 en het voorwerp en doel van het Vriendschapsverdrag wijzen evenmin op een verbod op zekerheidstelling. Daarmee is niet gebleken van een uitzonderingssituatie zoals genoemd in artikel 224 lid 2 aanhef en onder a Rv.
2.12.
De conclusie is dat Fresh Teruma geen beroep kan doen op de in artikel 224 lid 2 Rv genoemde uitzonderingen en verplicht is om zekerheid te stellen voor de proceskosten en de schadevergoeding tot betaling waarvan zij veroordeeld zou kunnen worden.
2.13.
Westfalia Marketing vordert zekerheidsstelling voor een bedrag van € 18.192,-. Dit bedrag bestaat uit griffierecht (€ 5.737,-), vijf punten conform het liquidatietarief van € 2.491,- (twee punten voor iedere conclusie vóór de mondelinge behandeling, één punt voor een incidentele conclusie, één punt voor een eventuele enquête of deskundige onderzoek en twee punten voor een uitgebreide mondelinge behandeling en mogelijk nadere aktes). Fresh Teruma heeft de hoogte van het bedrag betwist en zich op het standpunt gesteld dat een normaal verloop van de procedure het uitgangspunt moet zijn en dat is één schriftelijke ronde voor de mondelinge behandeling en met de mondelinge behandeling uitkomen op twee punten en dus een totaalbedrag van € 10.719,- inclusief griffierecht.
2.14.
De rechtbank zal de hoogte van de zekerheid vaststellen op
€ 11.282,-, namelijk griffierecht (€ 5.737,-) en drie punten conform het liquidatietarief (één punt voor de incidentele conclusie à € 563,-, één punt voor de conclusie vóór de mondelinge behandeling à € 2.491,- en één punt voor de mondelinge behandeling à € 2.491,-). Bij het vaststellen van de hoogte houdt de rechtbank geen rekening met de door Westfalia Marketing genoemde aanvullende conclusie voor de mondelinge behandeling en eventuele enquête of deskundige onderzoek en een uitgebreide mondelinge behandeling. In dit stadium van de procedure, waarin Westfalia Marketing nog geen conclusie van antwoord in de hoofdzaak heeft genomen en de rechtbank nog niet aan een inhoudelijke beoordeling is toegekomen, is het niet mogelijk en te voorbarig om aan te nemen dat de door Westfalia Marketing genoemde proceshandelingen noodzakelijk zullen zijn en welke kosten daarmee dan zullen zijn gemoeid.
2.15.
Westfalia Marketing vordert zekerheidstelling in de vorm van een depotstoring bij de griffie van de rechtbank of subsidiair in de vorm van een van de Nederlandse bank afkomstige bankgarantie met een geldigheid tot vier maanden na het in de hoofdzaak te wijzen eindvonnis. Fresh Teruma heeft zich op het standpunt gesteld dat zekerheid zou moeten worden gesteld door middel van een depotstorting op de derdengeldenrekening van de advocaat van Westfalia Marketing. Fresh Teruma is niet bekend met de primair gevorderde zekerheidstelling en zij voorziet onoverkomelijke problemen bij het verkrijgen van een Nederlandse bankgarantie, omdat zij niet in Europa is gevestigd en geen bancaire relatie in Nederland heeft.
Voor de wijze waarop zekerheidsstelling op basis van artikel 224 Rv moet geschieden moet aansluiting gezocht worden bij artikel 6:51 BW. Hij die zekerheid moet stellen, heeft de keuze op welke wijze de zekerheidstelling geschiedt (artikel 6:51 lid 1 BW). De aangeboden zekerheid moet zodanig zijn, dat de vordering en, zo daartoe gronden zijn, de daarop vallende rente en kosten behoorlijk gedekt zijn en de schuldeiser daarop zonder moeite verhaal zal kunnen nemen (artikel 6:51 lid 2 BW). Dit brengt mee dat de rechtbank kan bepalen welke vorm van zekerheidstelling in elk geval voldoet aan de eisen van artikel 6:51 lid 2 BW en dat, indien de desbetreffende partij een andere vorm van zekerheid stelt of aanbiedt, de rechter moet onderzoeken of die vorm van zekerheid in overeenstemming is met de eisen van artikel 6:51 lid 2 BW (arrest van 25 november 2022 van de Hoge Raad, ECLI:NL:HR:2022:1740, r.o. 3.2.2). Gelet op de door Fresh Teruma aangevoerde stellingen, zal de rechtbank bevelen dat de gevorderde zekerheidstelling zal plaatsvinden ófwel in de vorm van storting van het toegewezen bedrag op de derdengeldenrekening van de advocaat van Westfalia Marketing ófwel door een bankgarantie afkomstig van een Nederlandse Bank en met geldigheid van vier maanden na het in de bodemzaak te wijzen eindvonnis zoals gevorderd, waarbij Fresh Teruma zich ten opzichte van Westfalia Marketing garant stelt voor al hetgeen Fresh Teruma ingevolge een uitvoerbaar bij voorraad verklaarde beslissing of vaststellingsovereenkomst verschuldigd is aan Westfalia Marketing ter zake van de proceskosten. Beide wijzen om zekerheid te stellen zijn adequaat en zullen worden toegestaan. De rechtbank ziet aanleiding om aan de zekerheidsstelling een termijn van vier weken te verbinden na de datum van deze uitspraak.
Proceskosten
2.16.
De rechtbank zal de beslissing over de proceskosten in het incident aanhouden tot het eindvonnis in de hoofdzaak.
Hoofdzaak
2.17.
Westfalia Marketing heeft de rechtbank verzocht om te bepalen dat de hoofdzaak pas wordt vervolgd nadat de gevorderde zekerheidstelling is verkregen. Fresh Teruma heeft zich op dit punt niet uitgelaten. De rechtbank zal de hoofdzaak naar de rol verwijzen voor uitlating over de zekerheidstelling aan de zijde van Westfalia Marketing en zal daarna beslissen over het vervolg van de procedure, zoals verzocht.

3.De beslissing

De rechtbank:
in het incident
3.1.
beveelt Fresh Teruma op straffe van niet-ontvankelijkheid in de hoofdzaak, tot zekerheidstelling voor een bedrag van
€ 11.282,-ter zake van de proceskosten tot betaling waarvan zij veroordeeld kan worden ten behoeve van Westfalia Marketing, door uiterlijk op
25 januari 2023ófwel een bankgarantie af te geven door een Nederlandse bank, ófwel het bedrag te storten op de rekening van de Stichting Derdengelden van de advocaat van Westfalia Marketing, onder verwijzing naar hetgeen hiervoor onder 2.15 is overwogen;
3.2.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
3.3.
wijst het meer of anders gevorderde af;
in de hoofdzaak
3.4.
verwijst de zaak naar de rol van
1 februari 2023voor uitlating aan de zijde van Westfalia Marketing over de zekerheidstelling;
3.5.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Dondorp en in het openbaar uitgesproken op 28 december 2022.
Type: 2753

Voetnoten

1.Tractaat van vriendschap, scheepvaart en handel tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Colombia, Londen, 1 mei 1829, Stb. 1830, 6.