3.12.Bij brief van 23 september 2022 heeft BVO de voorlopige gunningsbeslissing aan UMCG medegedeeld. In de brief staat, voor zover nu relevant, het volgende:
“(…)
DLC methode 2 heeft (met landelijke dekking) de laagste totale beoordelingsprijs behaald. De inschrijvingen op DLC methodiek 1 zijn daarom ter zijde gelegd. Daar komt bij dat uw inschrijving voor Perceel 1 met DLC 1 ongeldig is. U heeft voor dat perceel in totaal drie prijsbladen ingediend; twee van deze prijzenbladen zijn identiek maar één prijzenblad vermeldt een totaalprijs die afwijkt van de andere prijzenbladen. Het is voor BVO NL niet zonder meer duidelijk welk prijzenblad het juiste is. Dit gebrek leent zich niet voor herstel.
DLC methode 2 heeft (met landelijke dekking) de laagste totale beoordelingsprijs behaald. Uw Inschrijving is voor alle Percelen als vierde geëindigd. BVO NL is voornemens de opdrachten als volgt te gunnen aan de Inschrijvers met DLC methode 2:
Perceel 1: Eurofins Nederlands Moleculair Diagnostisch Laboratorium B.V.
Perceel 2: Symbiant B.V
Perceel 3: Stichting Jeroen Bosch Ziekenhuis
Indien uw organisatie zich niet kan verenigen met deze gunningsbeslissing, dan heeft uw organisatie de mogelijkheid om binnen een vervaltermijn van 20 kalenderdagen na verzending van deze gunningsbeslissing (uiterlijk 13 oktober 2022) door betekening van een dagvaarding een kort geding aanhangig te maken tegen de gunningsbeslissing. Eventuele verzoeken om een nadere toelichting op de gunningsbeslissing en een daarop eventueel door BVO NL verstrekte toelichting laten deze vervaltermijn onverlet. Indien binnen voornoemde vervaltermijn na verzending van de gunningsbeslissing een kort geding aanhangig is gemaakt, zal BVO NL geen gevolg geven aan deze gunningsbeslissing voordat in kort geding vonnis is gewezen, tenzij een zwaarwegend belang zich daartegen verzet. De uitspraak in kort geding vormt vervolgens de basis voor verdere besluitvorming over de gunning. De voornoemde vervaltermijn is een fatale termijn. Uw organisatie verliest het recht om geschillen over de gunningsbeslissing voor te leggen aan de rechter wanneer zij het geschil niet op de voorgeschreven wijze en/of na deze vervaltermijn aanhangig maakt.
(…)”
Bijlage 1 bij deze brief bevat de door UMCG per perceel behaalde scores voor de inschrijvingen met DLC-2. De scores van de andere voorlopige winnaars staan niet in deze brief. Bijlage 2 bij de brief bevat een toelichting op c.q. motivering van de scores van UMCG op de verschillende subgunningscriteria. Over de scores van de andere inschrijvers staat in deze bijlage het volgende vermeld:
“(…)
Subgunningscriterium Prijs
Zowel uw inschrijfprijs als uw beoordelingsprijs is voor alle percelen hoger dan die van de Inschrijvers aan wie BVO NL voornemens is de opdracht te gunnen.
K1a Borging kwaliteit van het HPV- en Cervixcytologie proces - gericht op HPV-proces
U heeft een 'voldoende' behaald
Voor K1a geldt dat twee Inschrijvers een hogere score hebben behaald. Deze betreffende Inschrijvers zijn in hun uitwerking meer volledig en specifiek ingegaan op de toekomstige situatie vanaf juli 2023. Daarnaast zijn de periodieke interne kwaliteitsrapportages concreter weergegeven qua opbouw en inhoud en geven de rapportages daardoor meer vertrouwen om de borging en monitoring van de kwaliteit van het HPV-proces.
K1b Borging kwaliteit van het HPV- en Cervixcytologie proces - gericht op Cervixcytologie proces
U heeft een 'goed' behaald.
Voor K1b geldt dat één Inschrijver een hogere score heeft behaald. De inschrijver met de hogere score biedt met zijn inschrijving in hoge mate het vertrouwen dat de doelstellingen van het Subgunningscriterium K1b gerealiseerd gaan worden omdat K1a specifiek, volledig, acceptabel en realistisch is uitgewerkt.
K2 Vakinhoudelijke expertise en aansturing op de werkvloer
U heeft een 'uitstekend' behaald.
U heeft de maximale score behaald voor K2.
K3 Borging continuïteit van het Cervixcytologie proces
U heeft een 'uitstekend' behaald.
U heeft de maximale score behaald voor K3.
K4 Inrichting IT-processen
U heeft een voldoende behaald. Deze waardering is gebaseerd op de volgende constateringen.
Voor K4 geldt dat alle andere Inschrijvers een hogere score hebben behaald. Dit komt voornamelijk door een acceptabele en realistische uitwerking van de inrichting en architectuur. De beheerorganisatie is meer specifiek gemaakt en geeft daarom meer vertrouwen wat geleid heeft tot een hogere score.”