Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek,
1.Het procesverloop
- de dagvaarding van 4 juni 2021 met tien producties (nrs. 1 tot en met 10);
- de conclusie van antwoord van 10 augustus 2021 met zeven producties (nrs. 1 tot en met 7);
- de brief van de gemachtigde van [eiser] van 16 november 2021 met drie aanvullende producties (nrs. 11 tot en met 13).
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
financiële gevolgenzou hebben zich niet met een situatie dat PMT enerzijds geen pensioenkorting(en) zou kunnen of mogen toepassen, maar dat anderzijds [eiser] wel de vruchten zou kunnen plukken van de (beleggings-)resultaten van PMT. Het is van tweeën één.
Ook een reparatie om de verlaging van uw pensioen goed te maken, is de komende jaren helaas niet te verwachten.
ookinhoudt dat [eiser] niet de vruchten kan plukken van toekomstige indexeringen bij PMT. Alleen dan zou er sprake zijn van reeds werkelijk geleden schade, die niet meer hersteld kan worden. Nu [eiser] daarvoor onvoldoende heeft gesteld, zeker nadat PMT op dat punt verweer heeft gevoerd, zal de vordering van [eiser] ook wat betreft de pensioenkorting van 0,4% uit 2014 worden afgewezen.
6.De beslissing
€ 498,00 vanwege salaris gemachtigde;