Uitspraak
1.De feiten en het procesverloop
“De rechter-commissaris is van oordeel dat verzoeker ontvankelijk zijn in hun verzoek omdat het alleen om informatie en inzage gaat betreffende verpande vorderingen.”
In dit geval hebben de curatoren aangegeven dat verzoekers inzage kunnen krijgen in de debiteurenadministratie op het kantoor van de curatoren. Verder hebben zij zich bereid verklaard om een eindafrekening met de ING Bank op hoofdlijnen te verschaffen, zodat verzoekers in staat zijn om hun rechtspositie te bepalen. De rechter-commissaris is daarom van oordeel dat verzoekers geen belang meer hebben bij hun verzoeken. De verzoeken zullen daarom worden afgewezen.”
2.Het geschil
de beschikking van de rechter-commissaris in de faillissementen Mooy Beheer B.V. en Mooy Logistics B.V. d.d. 7 september 2022 te vernietigen en opnieuw rechtdoende de verzoeken van verzoekers zoals weergegeven in de brief c.q. het verzoek aan de rechter-commissaris van 5 augustus 2022 alsnog toe te wijzen, in dier voege dat de curatoren alsnog wordt bevolen op de voet van artikel 69 Faillissementswet de verzochte inlichtingen en bescheiden, al dan niet op digitale wijze te verstrekken, met veroordeling van de curatoren in de kosten van de onderhavige procedure.”
3.De beoordeling
de inzet van dit hoger beroep het verkrijgen door verzoekers/pandhouders van de noodzakelijke inlichtingen in hun hoedanigheid van pandhouders [is]”.