Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
M.S.S. tegen België en Griekenland). De behandeling van asielzoekers, zoals door eiser beschreven, is ook in strijd met de Kwalificatierichtlijn, de Opvangrichtlijn en de Procedurerichtlijn. Verder kan eiser zich niet wenden tot (hogere) (gerechtelijke) autoriteiten in Duitsland, nu deze de handelswijze van de Duitse overheid hebben goedgekeurd. Eiser heeft in Duitsland aangegeven dat Ahmadi’s hun geloof niet mogen uitoefenen, zij geen koran mogen bezitten, ernstig worden gediscrimineerd en dat hij geloof praktiseert. Uit de overgelegde documenten volgt dat zijn asielaanvraag in Duitsland is afgewezen en zijn beroep tegen die beslissing ook. Een nieuwe aanvraag zal kansloos zijn. Eiser heeft in zijn zienswijze verwezen naar een hoger beroepschrift waaruit volgens hem blijkt dat (de rechtspraak in) Duitsland voorbijgaat aan de systematische vervolging van Ahmadi’s. Ook heeft hij in de zienswijze gesteld dat hij als Ahmadi in Pakistan tweemaal slachtoffer is geworden van een aanval door islamitische groeperingen en dat zijn vader drie maanden geleden als Ahmadi is mishandeld en bedreigd met een pistool. Nu verweerder erkent dat Duitsland bij Ahmadi’s een ander asielbeleid voert dan Nederland, had hij aanleiding moeten zien om op grond van artikel 17, eerste lid, gelezen in combinatie met artikel 3, tweede lid, van de Dublinverordening eisers asielaanvraag aan zich te trekken, aldus eiser.