Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser] , eiser
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
“Ik heb [naam eiser] medegedeeld dat het belangrijk is dat hij de waarheid spreekt en volledig dient te antwoorden op de vragen die ik stel. Ik heb hem uitgelegd dat als blijkt dat hij niet de waarheid heeft gesproken of belangrijke informatie heeft achtergehouden, zijn aanvraag om die reden afgewezen kan worden.”(p. 3 verslag eerste gehoor).
‘Horen en beslissen in zaken waarin lhbti-gerichtheid als asielmotief is aangevoerd’, WI 2019/17). Daarin staat dat het van belang blijft om in de vraagstelling en de beoordeling rekening te houden met de persoonlijkheid en achtergrond van de vreemdeling omdat elke vreemdeling een eigen referentiekader heeft op basis van opleiding, culturele achtergrond en levensfase, etc..
- dat hij al vroeg is gaan werken als herder, automonteur, schoonmaker en verkoper en daarmee kon voorzien in zijn levensonderhoud;
- dat hij in een religieus gezin is opgegroeid;
- dat hij zich omstreeks zijn 14/15 jarige leeftijd bewust is van zijn geaardheid, dat hij vijf vriendinnen gehad, maar geen relatie met een jongen;
- dat hij sinds zijn komst in Nederland geen contact heeft onderhouden met LHBTI’s of organisaties die opkomen voor de rechten van LHBTI’s.
‘Wat bedoel jij met omgaan met jongens en meisjes?’en
‘De vorige keer vertelde jij dat jij door het kijken naar seksfilms met zowel jongens als meisjes wist dat jij op beide geslachten verliefd kunt worden. Vandaag heb je het over uitgaan met jongens en meisjes en dat je zo achter je geaardheid bent gekomen. Zou je dit willen toelichten?’(p. 23). Ook heeft verweerder aan eiser gevraagd:
‘Als je het als een tijdlijn zou [zien]. Je begon met seksfilms kijken en uitgaan en later had je jouw gevoelens geaccepteerd. Op welk moment begon jij
‘Beoordeling geloofwaardigheid’voor zover hier van belang het volgende:
‘(…) Voor zover van belang geeft de IND in het geval van een ongeloofwaardig bevonden relaas ook aan welk gewicht hij toekent aan de verklaringen van de vreemdeling over wat hem in het land van herkomst (of daarbuiten) als gevolg van zijn gestelde seksuele gerichtheid is overkomen en voor hem – mede – aanleiding vormde dat land te verlaten. (…)’
Vertrektermijn en inreisverbod