Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [v-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 augustus 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een Algerijnse eiser. De maatregel van bewaring was opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 17 juni 2021, op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij hij tevens verzocht om schadevergoeding. Op 22 juni 2021 heeft de verweerder de maatregel van bewaring opgeheven. De rechtbank heeft op 28 juni 2021 de zaak behandeld, waarbij eiser zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde en de verweerder door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft zich in de uitspraak beperkt tot de vraag of eiser recht heeft op schadevergoeding, nu de bewaring was opgeheven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tenuitvoerlegging van de maatregel van bewaring voorafgaand aan de opheffing niet onrechtmatig was. Eiser had geen geldige identiteits- of reisdocumenten en was geregistreerd in Eurodac onder andere personalia, wat een significant risico op onttrekking met zich meebracht. De rechtbank oordeelde dat de verweerder niet verplicht was om een lichter middel op te leggen, aangezien eiser niet meewerkte aan zijn overdracht aan Spanje en ook geen gebruik had gemaakt van de mogelijkheid om zelfstandig terug te keren naar Algerije.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en kan worden aangevochten bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.