Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 december 2021 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Syrische nationaliteit hebbende jongeman, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar is niet verschenen op de zitting op 15 december 2021.
De rechtbank overweegt dat de eiser op 31 maart 2021 Italië op illegale wijze is ingereisd en dat Italië op grond van de Dublinverordening verantwoordelijk is voor de behandeling van zijn asielaanvraag. Eiser heeft aangevoerd dat hij bijzonder kwetsbaar is en dat Italië niet kan worden vertrouwd om zijn internationale verplichtingen na te komen. Hij verwijst naar verschillende rapporten die de zorgwekkende situatie van asielzoekers in Italië beschrijven.
De rechtbank stelt vast dat, hoewel er tekortkomingen zijn in de opvang van asielzoekers in Italië, de staatssecretaris in beginsel mag uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Eiser is er niet in geslaagd om aan te tonen dat zijn situatie afwijkt van de algemene situatie in Italië. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft besloten de aanvraag van eiser niet in behandeling te nemen, en verklaart het beroep ongegrond. Er zijn geen bijzondere omstandigheden die maken dat overdracht aan Italië onevenredige hardheid zou betekenen.