ECLI:NL:RBDHA:2021:12765
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing kinderbijslag op basis van duurzame persoonlijke band met Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 juni 2021 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een aanvraag voor kinderbijslag door de Sociale Verzekeringsbank (Svb). Eiseres, een Surinaamse vrouw, had kinderbijslag aangevraagd voor haar kinderen voor het vierde kwartaal van 2019. De aanvraag werd afgewezen omdat de Svb stelde dat eiseres op de peildatum van 1 oktober 2019 geen duurzame persoonlijke band met Nederland had en daarom niet als ingezetene kon worden aangemerkt. Eiseres was begin 2019 naar Nederland gekomen en had kort na haar aankomst haar partner verlaten, waarna zij in een opvangcentrum voor vrouwen verbleef. De rechtbank oordeelde dat eiseres op de peildatum niet voldeed aan de voorwaarden voor ingezetenschap, omdat zij geen zelfstandige woonruimte had en niet aan andere criteria voldeed die nodig zijn om als ingezetene te worden beschouwd. De rechtbank concludeerde dat de Svb terecht had geoordeeld dat eiseres geen recht had op kinderbijslag, omdat er geen duurzame band van persoonlijke aard met Nederland bestond. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.