ECLI:NL:RBDHA:2020:9392
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.J.M. Langeveld
- B.E. Giesen
- Rechtspraak.nl
Intrekking van asielaanvragen en proceskostenveroordeling in het licht van coronamaatregelen
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers, die asiel aanvragen, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eisers hadden aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel ingediend, maar deze werden door de staatssecretaris niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvragen. Eisers hebben hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, zodat zij niet zouden worden overgedragen aan Frankrijk totdat op hun beroep was beslist. Op 20 augustus 2020 heeft de staatssecretaris de bestreden besluiten ingetrokken, maar weigerde een proceskostenvergoeding toe te kennen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de intrekking van de besluiten niet het gevolg was van een onrechtmatige daad van de staatssecretaris, maar voortkwam uit de coronamaatregelen die de overdracht aan Frankrijk onmogelijk maakten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de coronacrisis een veranderde omstandigheid was die zich ten tijde van de oorspronkelijke besluiten niet voordeed. Hierdoor was er geen sprake van tegemoetkomen in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, wat betekent dat de staatssecretaris niet veroordeeld kon worden tot vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft het verzoek van eisers om proceskostenvergoeding afgewezen, omdat de staatssecretaris niet in gebreke was gebleven en de intrekking van de besluiten niet als een erkenning van onrechtmatigheid kon worden gezien. De uitspraak is openbaar gedaan en bekendgemaakt op 23 september 2020.