ECLI:NL:RBDHA:2020:8427
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardigheid van verklaringen en bekering
In deze zaak heeft eiser op 19 november 2015 een eerste asielaanvraag ingediend, gevolgd door een opvolgende aanvraag op 22 december 2018. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvragen afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat eiser niet geloofwaardig heeft verklaard over zijn afstand doen van de islam en zijn bekering tot het christendom. Eiser is van Iraanse afkomst en heeft verklaard dat hij problemen heeft gehad met de Iraanse politie vanwege zijn politieke opvattingen en zijn bekering. De rechtbank heeft geoordeeld dat de staatssecretaris voldoende heeft gemotiveerd waarom de verklaringen van eiser ongeloofwaardig zijn. Eiser heeft in eerdere procedures misleidende informatie verstrekt over zijn identiteit en nationaliteit, wat de geloofwaardigheid van zijn huidige verklaringen ondermijnt. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet overtuigend heeft aangetoond dat zijn bekering tot het christendom oprechte diepgang heeft en dat hij niet voldoende inzicht heeft gegeven in de motieven voor zijn bekering. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. A.K. Mireku, in aanwezigheid van griffier mr. B.V.A. Corstens, op 24 januari 2020.