ECLI:NL:RBDHA:2020:1642
Rechtbank Den Haag
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van een gekraakt pand in Noordwijk; belangenafweging tussen eigendomsrecht en huisrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 februari 2020 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een gekraakt pand in Noordwijk. Eiseres, de eigenaar van het pand, vorderde dat gedaagden, die het pand zonder toestemming hadden gekraakt, het pand binnen zeven dagen zouden verlaten. De rechtbank oordeelde dat het recht van eiseres op bescherming van haar eigendom prevaleert boven het huisrecht van gedaagden. De voorzieningenrechter voerde een proportionaliteitstoets uit en concludeerde dat de belangen van eiseres zwaarder wegen dan die van gedaagden, die zich op hun huisrecht beriepen. De rechtbank stelde vast dat gedaagden onrechtmatig in het pand verbleven en dat er voldoende aanleiding was voor ontruiming. De vordering tot ontruiming werd toegewezen, met oplegging van een dwangsom voor het geval gedaagden niet aan het bevel zouden voldoen. Daarnaast werden gedaagden hoofdelijk veroordeeld in de proceskosten van eiseres. De voorzieningenrechter verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wees het meer of anders gevorderde af.