Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
, ziet het IUC DJI dan ook geen mogelijkheden om u alsnog in de gelegenheid te stellen uw inschrijving alsnog te wijzigen of aan te vullen.”
3.Het geschil
primaira) DJI te gebieden om de beslissing tot het terzijde leggen van de inschrijving van WSD in te trekken, b) DJI te gebieden de Opdracht aan WSD te gunnen, voor zover DJI nog tot gunning wenst over te gaan en c) DJI te gebieden de gunningsbeslissing in te trekken, voor zover gunning van de Opdracht reeds heeft plaatsgevonden dan wel
subsidiairin goede justitie een voorziening te treffen,
zowel primair als subsidiairop straffe van verbeurte van een dwangsom en met veroordeling van DJI in de proceskosten.
4.De beoordeling van het geschil
kennelijkemateriële fout geen sprake. Niet valt immers in te zien dat voor DJI kenbaar moet zijn geweest dat door WSD abusievelijk een referentieopdracht was overgelegd die niet aan de gestelde eisen voldeed. Daarnaast wordt niet voldaan aan de eis dat herstel uitsluitend betrekking kan hebben op gegevens waarvan objectief kan worden vastgesteld dat zij dateren van vóór het einde van de inschrijvingstermijn. Daartoe is van belang dat het formulier 'Specificatie Referentieopdracht’ mede door de referent dient te worden ondertekend. Hoewel WSD wellicht in het kader van de referentieopdracht die zij thans over wenst te leggen aan de gestelde ervaringseis voldoet, staat niet ter discussie dat zowel het opstellen van het referentieformulier als de ondertekening hiervan door de desbetreffende referent eerst na het verstrijken van de inschrijvingstermijn kan hebben plaatsgevonden. Het formulier vormt daarmee een gegeven dat dateert van
nahet einde van de inschrijvingstermijn. Daar komt bij dat dit formulier – zoals door DJI met juistheid is gesteld – een wezenlijk onderdeel vormt van de inschrijving. Gunning van de Opdracht is immers (in beginsel) afhankelijk gesteld van het voldoen aan de geschiktheidseisen. Het na sluiting van de inschrijvingstermijn overleggen van een andere referentieopdracht heeft daarmee te gelden als een niet-toelaatbare wezenlijke wijziging van de inschrijving. Het bieden van de door WSD verlangde herstelmogelijkheid leidt bovendien tot een ongelijke behandeling van de inschrijvers, omdat WSD op die manier meer tijd krijgt dan de andere inschrijvers om haar referentie af te stemmen met haar referent. De slotsom is dan ook dat DJI de inschrijving van WSD op goede gronden (zonder het bieden van een herstelmogelijkheid) terzijde heeft gelegd.