Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 maart 2019
[eiseres] ,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 maart 2019 uitspraak gedaan in een beroep van eiseres, een Eritrese vrouw, tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het kader van nareis. Eiseres had de uitkomst van haar mvv-aanvraag niet afgewacht en was naar Nederland gereisd, waar zij asiel heeft aangevraagd. De rechtbank oordeelde dat hierdoor het procesbelang bij de onderhavige procedure ontbreekt. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de mvv-aanvraag afgewezen omdat eiseres haar identiteit niet met officiële documenten had aangetoond en geen substantieel indicatief bewijs had overgelegd. Eiseres had eerder een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd gekregen, maar haar aanvraag voor de mvv werd afgewezen. De rechtbank overwoog dat eiseres geen procesbelang meer had bij de beoordeling van haar beroep, aangezien zij inmiddels in Nederland was en een asielaanvraag had ingediend. De rechtbank verklaarde het beroep niet-ontvankelijk en wees erop dat de vragen over de verantwoordelijkheid van Italië voor de asielaanvraag in de asielprocedure beantwoord moeten worden. De rechtbank concludeerde dat de lange duur van de procedure geen rechtens te honoreren procesbelang oplevert. De uitspraak werd gedaan door mr. E.C.E. Marechal, in tegenwoordigheid van griffier M.M. Neutgens.