Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.Voorvragen
- [Bedrijf 2] (hierna: [Bedrijf 2] ) is opgericht op 3 september 2008 en met ingang van 12 juni 2012 in staat van faillissement verklaard.
- Van 3 september 2008 tot 30 december 2011 was de verdachte [Verdachte] (hierna ook: [Verdachte] ) enig aandeelhouder en bestuurder.
- De medeverdachte [Medeverdachte 1] (hierna: [Medeverdachte 1] ) was van 30 december 2011 tot
- Vanaf laatstgenoemde datum was de medeverdachte [Medeverdachte 2] (hierna: [Medeverdachte 2] ) bestuurder.
- De jaarrekeningen van 2008, 2009 en 2010 zijn gedeponeerd.
- Op 20 juli 2007 is [Bedrijf 2] als statutaire en handelsnaam onder dit KvK-nummer ingeschreven. Met ingang van 1 februari 2008 is dit gewijzigd in [Bedrijf 1] (hierna: [Bedrijf 1] ). Op 29 juni 2012 is de inschrijving wegens opheffing van de vestiging ambtshalve doorgehaald en per 20 juni 2014 is [Bedrijf 1] uitgeschreven uit het handelsregister.
- Vanaf 20 juli 2007 tot 4 maart 2009 was [Verdachte] enig aandeelhouder.
- Vanaf 4 maart 2009 tot 30 december 2011 was [Bedrijf 2] (KvK-nummer [Nummer] ) enig aandeelhouder.
- [Verdachte] was van 20 juli 2007 tot 30 december 2011 bestuurder.
- Van 30 december 2011 tot 1 januari 2012 was [Bedrijf 2] (KvK-nummer [Nummer] ) bestuurder.
- Vanaf laatstgenoemde datum tot 1 maart 2012 was [Medeverdachte 2] bestuurder.
- De jaarrekeningen van 2008, 2009 en 2010 zijn gedeponeerd.
- [Verdachte] was vanaf de oprichtingsdatum tot 30 december 2011 enig aandeelhouder en bestuurder van de rechtspersonen [Bedrijf 2] en [Bedrijf 1] .
- [Medeverdachte 1] was vanaf 30 december 2011 tot 12 maart 2012 enig aandeelhouder en bestuurder van [Bedrijf 2] en vanaf 30 december 2011 tot 1 januari 2012 (via [Bedrijf 2] ) bestuurder van [Bedrijf 1] .
- [Medeverdachte 2] was vanaf 12 maart 2012 bestuurder van [Bedrijf 2] en vanaf
30 december 2011 met [Bedrijf 1] en [Bedrijf 2] is gebeurd. Hij kent [Medeverdachte 2] niet. In zijn periode waren er geen schulden. Misschien stonden er wel wat facturen open, maar die konden gewoon worden betaald wanneer de crediteuren weer hadden betaald. Hij heeft [Bedrijf 1] en [Bedrijf 2] op een eerlijke manier van de hand gedaan en hij heeft niets te maken met wat er daarna mee is gebeurd. Hij heeft [Medeverdachte 1] geen geld gegeven. [Medeverdachte 1] heeft hem 3000 euro betaald, zoals in de akte staat vermeld. [Medeverdachte 1] is met een busje naar zijn kantoor gekomen en heeft alle goederen en administratie die vermeld staan in het document ‘Overdachte administraties’ meegenomen. Ze hebben het document samen ondertekend. Hij bevestigde zijn verklaring tegenover de curator [Curator 2] . Hij heeft geen faillissementsfraude gepleegd.
16 november 2016. Hij heeft daar zijn eerdere verklaringen bevestigd. [13]
[Verdachte] moet hier als bestuurder en enig aandeelhouder van [Bedrijf 2] en [Bedrijf 1] van op de hoogte zijn geweest. Zijn verklaring dat geen sprake was van schulden, acht de rechtbank dan ook niet aannemelijk.
,welke bij vonnissen van de Rechtbank te 's-Gravenhage d.d. 20 november 2012 en 12 juni 2012 in staat van faillissement
zijnverklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeisers van genoemde rechtspersoon niet volledig heeft voldaan aan de op hem rustende verplichtingen ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolge artikel 10 eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 15i van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en/of het bewaren en/of tevoorschijn brengen van boeken en bescheiden en gegevensdragers als in die artikelen bedoeld.
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De strafoplegging
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
6 (zes) MAANDEN;
twee jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.