Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij in of omstreeks de periode van 27 april 2005 tot en met 28 september 2009 in de gemeente Arnhem, althans in Nederland, als bestuurder van een rechtspersoon, te weten de besloten vennootschap [bedrijf] B.V., welke besloten vennootschap op 5 september 2007 bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem in staat van faillissement is verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeiser(s) van die besloten vennootschap, niet heeft voldaan aan de op hem, verdachte, rustende verplichtingen ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolge artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 15a, eerste lid en/of artikel 15i van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en/of artikel 5, eerste lid van de Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen in samenhang met artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en/of het bewaren en/of te voorschijn brengen van de boeken, bescheiden en/of andere gegevensdragers in dat/die artikel(en) bedoeld, immers heeft verdachte als enig (feitelijke) bestuurder van voornoemde rechtspersoon geen administratie gevoerd en/of bewaard (art. 2:10 lid 1 BW) en/of (vervolgens nadien) te voorschijn gebracht op zodanige wijze dat hieruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de rechtspersoon kunnen worden gekend;1 subsidiair:
het aan hem, verdachte, in of omstreeks de periode van 27 april 2005 tot en met 28 september 2009 in de gemeente Arnhem, althans in Nederland, als bestuurder van een rechtspersoon, te weten [bedrijf] B.V., terwijl deze rechtspersoon bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem van 5 september 2007 in staat van faillissement is verklaard, te wijten was dat aan de in artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en/of artikel 15i, eerste lid van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en/of artikel 5, eerste lid van de Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen in samenhang met artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek omschreven verplichting niet was voldaan en/of dat de boeken, bescheiden en/of andere gegevensdragers, waarmee volgens die artikelen administratie gevoerd was, en/of de boeken, bescheiden en/of andere gegevensdragers die ingevolge die artikelen zijn bewaard, niet in ongeschonden staat werden te voorschijn gebracht, immers heeft verdachte toen aldaar als enig (feitelijke) bestuurder van voornoemde rechtspersoon geen (tijdige) maatregelen genomen om de administratie van [bedrijf] B.V. te bewaren (art. 2:10 lid 1 BW) en/of (vervolgens nadien) op vordering/verzoek van de Rechter Commissaris in het arrondissement Arnhem en/of van de curator te voorschijn te brengen;
hij in of omstreeks de periode van 5 september 2007 tot en met 2 juni 2009 in de gemeente Rotterdam en/of Arnhem en/of elders in Nederland, als bestuurder van een rechtspersoon, te weten de besloten vennootschap [bedrijf] B.V., welke besloten vennootschap bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem van 5 september 2007 in staat van faillissement was verklaard, terwijl hij, verdachte, (telkens) in verband met voornoemd faillissement, tot het geven van inlichtingen wettelijk was opgeroepen om op 3 december 2007 en/of op 7 december 2007 de achtergrond van het faillissement van voornoemde besloten vennootschap te bespreken, zonder geldige redenen opzettelijk is weggebleven en/of geweigerd heeft de vereiste inlichtingen te geven, immers is hij, verdachte, na het maken van een afspraak met curator [curator] , om op 3 december 2007 en op 7 december 2007 ten kantore van die curator te Rotterdam te verschijnen, (telkens) niet ten kantore van die curator verschenen, althans is hij, verdachte, (telkens) toen aldaar zonder geldige reden opzettelijk weggebleven en/of heeft hij, verdachte, (telkens) geweigerd de vereiste inlichtingen te geven en/of (telkens) opzettelijk verkeerde inlichtingen gegeven.
Overweging met betrekking tot het bewijs
aan een katvanger, terwijl verdachte enig aandeelhouder is gebleven van de vennootschap en in die kwaliteit ook (onder meer) verantwoordelijk voor benoeming en ontslag van de bestuurder(s) van de vennootschap, is verdachte als in feite nog bestuurder mede verantwoordelijk te houden voor de bewaring van de administratie en het geven van inlichtingen over de BV. Het hof is van oordeel dat een directeur/grootaandeelhouder van een besloten vennootschap door het in zijn plaats als directeur aanstellen van een zogenaamde katvanger niet zijn (in strafrechtelijke zin) wettelijke verplichtingen als bestuurder van de vennootschap kan ontlopen. Het hof zoekt hierbij aansluiting bij het bepaalde in artikel 2:248 van het Burgerlijk Wetboek, waarin een voormalig bestuurder van een besloten vennootschap ook aansprakelijk kan worden gehouden voor onbehoorlijk bestuur gedurende de periode van het zijn van bestuurder voorafgaand aan het faillissement. Het hof constateert in dit kader dat verdachte ook heeft erkend in de periode vanaf zijn aantreden als directeur/grootaandeelhouder op 26 april 2005 geen jaarrekeningen van de vennootschap te hebben gedeponeerd.
Bewezenverklaring
hij inof omstreeksde periode van 27 april 2005 tot en met 28 september 2009in de gemeente Arnhem, althansin Nederland, als bestuurder van een rechtspersoon, te weten de besloten vennootschap [bedrijf] B.V., welke besloten vennootschap op 5 september 2007 bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem in staat van faillissement is verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeiser(s) van die besloten vennootschap, niet heeft voldaan aan de op hem, verdachte, rustende verplichtingen ten opzichte van het voeren van een administratie ingevolge artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 15a, eerste lid en/ofartikel 15i van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboeken/of artikel 5, eerste lid van de Wet op de formeel buitenlandse vennootschappen in samenhang met artikel 10, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboeken/ofhet bewaren en/ofte voorschijn brengen van de boeken, bescheiden en/of andere gegevensdragers indat/die artikel(en)bedoeld, immers heeft verdachte als enig(feitelijke)bestuurder van voornoemde rechtspersoon geen administratie gevoerd en/ofbewaard (art. 2:10 lid 1 BW) en/of (vervolgens nadien)te voorschijn gebracht op zodanige wijze dat hieruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de rechtspersoon kunnen worden gekend;2:
hij inof omstreeksde periode van 5 september 2007 tot en met 2 juni 2009in de gemeente Rotterdam en/of Arnhem en/of eldersin Nederland, als bestuurder van een rechtspersoon, te weten de besloten vennootschap [bedrijf] B.V., welke besloten vennootschap bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem van 5 september 2007 in staat van faillissement was verklaard, terwijl hij, verdachte,(telkens)in verband met voornoemd faillissement, tot het geven van inlichtingen wettelijk was opgeroepen om op 3 december 2007 en/of op 7 december 2007 de achtergrond van het faillissement van voornoemde besloten vennootschap te bespreken, zonder geldige redenen opzettelijk is weggebleven en/ofgeweigerd heeft de vereiste inlichtingen te geven,
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) maanden.
1 (één) maand, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.