Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 november 2019 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
18 januari 2011 is aan hem een uitkering op grond van de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) toegekend, te weten een loongerelateerde WGA-uitkering (Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten), gebaseerd op een mate van arbeidsongeschiktheid van 100%. Per 18 september 2012 is aan eiser een loonaanvullende WGA-uitkering toegekend, met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80 tot 100%. Naar aanleiding van een verzoek van eiser voor een herbeoordeling, heeft verweerder het primaire besluit genomen.
De rechtbank wijst in dit kader op verweerders standaard ‘Duurbelastbaarheid in Arbeid’ waarbij de hoofdregel luidt dat de schatting plaatsvindt in stappen van ongeveer twee uur per dag. Gezien deze regel is zonder heldere motivering niet duidelijk hoe een werkbelasting van gemiddeld ongeveer acht uren per dag zich verhoudt tot een belasting van dertig uren per week. Bij een dagbelasting van acht uren hoort immers een weekbelasting van veertig uren, terwijl bij een belasting van zes uren per dag een belasting van dertig uren per week hoort. In dit opzicht kan het bestreden besluit niet worden gedragen door de hieraan ten grondslag gelegde motivering.
28 november 2019.