ECLI:NL:RBDHA:2018:6949
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitstel van vertrek op medische gronden in het kader van de Vreemdelingenwet
In deze zaak heeft eiseres, een Ghanese vrouw, een aanvraag ingediend voor uitstel van vertrek op basis van artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000, vanwege haar medische situatie. De aanvraag werd afgewezen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, op basis van een advies van het Bureau Medische Advisering (BMA). Dit advies stelde dat er geen acute medische noodsituatie te verwachten was, ondanks de gezondheidsproblemen van eiseres, waaronder een verhoogd risico op nierfalen en hoge bloeddruk. De rechtbank heeft de zaak behandeld en op 18 mei 2018 uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van de aanvraag terecht was, omdat de medische situatie van eiseres niet voldeed aan de criteria voor een ernstige, snelle en onomkeerbare achteruitgang in haar gezondheid, zoals vereist door het Paposhvili-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. De rechtbank concludeerde dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat zij bij terugkeer naar Ghana een reëel risico liep op een schending van artikel 3 van het EVRM. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om een voorlopige voorziening af.