ECLI:NL:RBDHA:2018:3898
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening sluiting woning op basis van Opiumwet
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 april 2018 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekers, die zich verzetten tegen een besluit van de burgemeester van Krimpenerwaard. Dit besluit, genomen op 14 februari 2018, hield in dat verzoekers gedurende drie maanden de woning en bijbehorende opstallen niet mochten betreden, op basis van artikel 13b van de Opiumwet. Verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen dit besluit en vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening. De burgemeester had toegezegd de werking van het besluit op te schorten totdat de voorzieningenrechter uitspraak zou doen.
Tijdens de zitting op 22 maart 2018 zijn verzoekers, bijgestaan door hun gemachtigde, verschenen, evenals vertegenwoordigers van de burgemeester. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de burgemeester beleidsvrijheid heeft bij de toepassing van artikel 13b van de Opiumwet en dat deze bevoegdheid kan worden ontleend aan de aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs in de woning. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er voldoende bewijs was dat op 4 december 2017 een aanzienlijke hoeveelheid hennep was aangetroffen, wat de burgemeester in staat stelde om tot sluiting van de woning over te gaan.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de persoonlijke verwijtbaarheid van verzoekers geen rol speelt in deze procedure en dat de verantwoordelijkheid voor de aanwezigheid van drugs in de woning bij hen ligt. Ondanks de ingrijpende gevolgen van de sluiting voor verzoekers, die op leeftijd zijn en medische klachten hebben, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat de sluiting proportioneel en noodzakelijk is. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat verzoekers in deze periode onderdak kunnen vinden bij hun kinderen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.