Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 maart 2018 in de zaak tussen
[eiser], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 4 januari 2018 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
.
Overwegingen
28 december 2017 heeft eiser een asielaanvraag ingediend.
29 december 2011 ongegrond verklaard. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling) heeft deze uitspraak op 4 april 2012 bevestigd. Eiser heeft daarna, op 6 oktober 2014, een opvolgende asielaanvraag ingediend. Deze aanvraag is ook door verweerder afgewezen. Het hiertegen ingediende beroep is bij uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Arnhem, van 19 juni 2017 niet-ontvankelijk verklaard. Deze uitspraak is door de Afdeling bevestigd op 10 augustus 2017. De huidige aanvraag van
28 december 2017 is ook een opvolgende aanvraag.