Uitspraak
Gezagsuitoefening
Beschikking op het op 25 juni 2018 ingekomen verzoek van:
[X] ,
[Y]
Procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift tevens verzoekschrift.
Feiten
- De moeder en de vader zijn gehuwd op [huwelijksdatum] 2010 te [huwelijksplaats] .
- Zij zijn de ouders van de volgende twee minderjarige kinderen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedag] 2012 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] [minderjarige 1] , geboren op [geboortedag] 2015 te [geboorteplaats] .
Verzoek en verweer
- om de week van vrijdag uit school tot maandag naar school;
- om de week van dinsdag uit school tot woensdag naar school;
- de helft van de schoolvakanties en feestdagen, te verdelen in onderling overleg zodra het vakantierooster van de school bekend is;
primair: in geval de moeder (bij afwijzing van haar verzoeken) met de kinderen voorlopig in de voormalige echtelijke woning in [woonplaats] blijft wonen en [minderjarige 1] en [minderjarige 2] aldaar naar school en het kinderdagverblijf gaan: bij wege van voorlopige voorziening te bepalen dat er een voorlopige zorgregeling zal gelden, waarbij de kinderen bij de vader verblijven:
- om de week van vrijdag uit school/opvang tot maandagochtend naar school;
- om de week van dinsdag uit school tot donderdagochtend;
- de helft van de schoolvakanties en feestdagen, te verdelen bij helfte in onderling overleg;
subsidiair: ingeval de moeder (bij afwijzing van haar verzoeken) zou besluiten om zonder [minderjarige 1] en [minderjarige 2] naar [plaatsnaam 2] te verhuizen: bij wege van voorlopige voorziening te bepalen dat [minderjarige 1] en [minderjarige 2] aan de vader worden toevertrouwd, waarbij er een voorlopige zorgregeling zal gelden en de kinderen bij de moeder verblijven:
- om de week van vrijdag uit school/opvang tot maandagochtend naar school;
- om de week van dinsdag uit school tot donderdagochtend;
- de helft van de schoolvakanties en feestdagen, te verdelen bij helfte in onderling overleg;
meer subsidiair:
- om de week van vrijdag uit school/opvang tot maandagochtend naar school;
- om de week van dinsdag uit school tot donderdagochtend;
- de helft van de schoolvakanties en feestdagen, te verdelen bij helfte in onderling overleg;
nog meer subsidiair: ingeval de rechtbank de verzoeken van de moeder uitvoerbaar bij voorraad zou toewijzen, met het verzoek om afwijzing van het verzoek van de moeder tot vaststelling van een voorlopige zorgregeling conform haar voorstel, bij wege van voorlopige voorziening te bepalen dat er een voorlopige zorgregeling zal gelden waarbij de kinderen bij de vader verblijven: de ene week bij de moeder, de andere week bij de vader met het wisselmoment op zaterdag aan het einde van de dag, alsmede de helft van de vakanties en feestdagen in onderling overleg te bepalen, althans een regeling te bepalen die de rechtbank juist acht.
Beoordeling
- het recht en belang van de moeder om te verhuizen en in vrijheid haar leven (opnieuw) in te richten;
- de noodzaak voor de moeder om te verhuizen;
- de mate waarin de verhuizing is doordacht en voorbereid;
- de door de moeder geboden alternatieven en maatregelen om de gevolgen van de verhuizing voor de kinderen en de vader te verzachten en/of te compenseren;
- de mate waarin partijen in staat zijn tot onderlinge communicatie en overleg;
- de rechten van de vader en de kinderen op onverminderd contact met elkaar in hun vertrouwde omgeving;
- de verdeling van de zorgtaken en de continuïteit van de zorg;
- de frequentie van het contact tussen de kinderen en de vader voor en na de verhuizing;
- de leeftijd van de kinderen, hun mening en de mate waarin zij zijn geworteld in zijn/haar omgeving of juist gewend is aan verhuizingen;
- de (extra) kosten van de omgang na de verhuizing.
De moeder heeft aangevoerd dat het vanwege haar werk niet haalbaar is om de kinderen dagelijks of meerdere malen per week heen en weer te rijden van [plaatsnaam 2] naar [woonplaats] . Ook als de kinderen in [plaatsnaam 2] gaan wonen en daar naar school gaan, dient er echter goed contact te blijven bestaan met hun vader. Naar het oordeel van de rechtbank is voor beide ouders de afstand [woonplaats] - [plaatsnaam 2] te overbruggen en zullen zij dan ook ieder een aandeel moeten nemen in het vervoer; ook de moeder, nu het juist haar wens is om te verhuizen. De afstand tussen [woonplaats] / [verblijfplaats vader] en [plaatsnaam 2] is circa 20 minuten rijden en dat is naar het oordeel van de rechtbank voor de uitvoering van de zorgregeling voor beide ouders en de beide kinderen te overzien.
Beslissingen
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedag] 2012 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedag] te [geboorteplaats] ,
- om de week van vrijdag uit school/opvang tot maandagochtend naar school/opvang;
- om de week van dinsdag uit school/opvang tot donderdagochtend naar school/opvang;
- de helft van de schoolvakanties en feestdagen, te verdelen bij helfte in onderling overleg;