Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Procesverloop
28 september 2016 [2] bevestigd.
vanwege het feit dat dit een opeenstapeling van “als-en” is, wordt de kans op het ontstaan van een situatie waarin de wel aanwezige behandeling als niet toereikend beschouwd dient te worden als niet-ontoelaatbaar groot geacht.” En verder: “
Meegewogen wordt dat de kans op een situatie waarin cliënt een dusdanig massale bloedafbraak ondergaat (die niet self-limiting is en dus een bloedtransfusie vraagt) klein is (zie literatuur). Daarnaast is er – indien deze situatie ontstaat – een kleine kans (soms duidt niet op geregeld of vaak) dat er geen bloed voorhanden is. Hierin wordt tevens meegewogen dat de bloedgroep van client niet bekend is, cliënt tot op heden geen bloedtransfusie nodig heeft gehad en het soms ontbrekende bloed één bloedgroep (en niet alle bloedgroepen) betreft. Dan nog is er de mogelijkheid cliënt met spoed op te nemen en te behandelen op de IC afdeling. Om deze reden wordt de behandeling als aanwezig beschouwd.”
“Kunt u aangegeven kan worden of met het antwoord bedoeld is dat er slechts een zeer kleine kans is op een medische noodsituatie op de korte termijn (3 maanden) bij het uitblijven van de behandeling? Of betreft het een redelijk tot grote kans?”
“Er wordt bedoeld dat er een hele kleine kans is dat er een situatie ontstaat waaruit een medische noodsituatie op korte termijn zou kunnen voortvloeien, deze kans is ook weer klein.”
“In de situatie dat bij betrokkene een dusdanig massale bloedafbraak ontstaat die niet self-limiting is, is hij namelijk in de eerste plaats aangewezen op bloedtransfusie. Als er geen bloed voorhanden is, kan hij naar de IC Afdeling. Indien er geen bloed voorhanden is, hoe voorkomt de IC Afdeling dan dat de bloedafbraak tot een medische noodsituatie leidt?”
“(…) Op een IC Afdeling kunnen ze een aantal stappen doen die in de thuissituatie niet kunnen plaats vinden.(…) Er is dan een goede bewaking gedurende de dagen waarin de hemolyse plaats vindt. Reeds eerder werd opgemerkt dat de hemolyse spontaan verdwijnt als de uitlokkende factor weg is.
9.1 (…) Naar het oordeel van de rechtbank had het in het licht van de door eisers in bezwaar en beroep overgelegde stukken ten aanzien van de bevoorradingsproblemen van donorbloed op de weg van verweerder gelegen het BMA te verzoeken daarover aan de vertrouwensarts nadere informatie te vragen. Uit de stukken in bezwaar blijkt dat er in het verleden bevoorradingsproblemen zijn geweest, terwijl uit de BMA-adviezen en de onderliggende stukken van de vertrouwensarts niet (expliciet) blijkt of sprake is van een verbetering op dit punt. In beroep hebben eisers hun standpunt nader onderbouwd met het e-mailbericht van dr. Acquah. Dat deze e-mail slechts als kritische kanttekening moet worden aangemerkt, volgt de rechtbank niet. Nog afgezien van het feit dat het hier een bericht betreft van een onafhankelijke plaatselijke deskundige, is niet duidelijk of de vertrouwensarts informatie heeft vergaard over mogelijke leveringsproblemen. Nu het belang van de aanwezigheid van donorbloed op het moment van een acute massale bloedcelafbraak niet in geschil is, had verweerder zich er dan ook van moeten vergewissen of mogelijke bevoorradingsproblemen bij de totstandkoming van de BMA-adviezen zijn betrokken. Onder deze omstandigheden heeft verweerder niet onder verwijzing naar de BMA-adviezen zijn standpunt in beroep kunnen handhaven.
Nu het belang van de aanwezigheid van donorbloed op het moment van een acute massale bloedcelafbraak niet in geschil is, had verweerder zich er dan ook van moeten vergewissen of mogelijke bevoorradingsproblemen bij de totstandkoming van de BMA-adviezen zijn betrokken.”De Brummen-jurisprudentie waarnaar eisers hebben verwezen, brengt mee dat slechts nog in geschil is of er een adequate behandeling voor eisers aanwezig is op het moment dat ernstige bloedafbraak plaatsvindt. Hiertoe heeft verweerder concreet de opdracht gekregen het BMA te verzoeken of mogelijke bevoorradingsproblemen bij de totstandkoming van de eerdere BMA-adviezen zijn betrokken. De rechtbank volgt verweerder dan ook niet in zijn standpunt dat met voornoemde uitspraak van de rechtbank de bezwaarprocedure opnieuw volledig is opengevallen. Dit zou alleen anders kunnen zijn als rechtens relevante nova of bijzondere omstandigheden een hernieuwde beoordeling van de vraag of er waarschijnlijk een medische noodsituatie zal ontstaan als er geen behandeling voorhanden is, rechtvaardigen. Hiervan is de rechtbank niet gebleken. Er is niet gesteld of gebleken dat de medische gezondheidssituatie van eisers sindsdien is gewijzigd. Dit blijkt ook niet uit de BMA-adviezen van 16 februari 2017 (aangaande [naam eiser 1] ) en 13 juni 2017 (aangaande [naam eiser 2] ).
Urgent blood transfusion within hours is available at Korle Bu teaching hospital. However sometimes there are periods when certain blood types are unavailable.”. Verder volgt uit de brief van het BMA van 28 mei 2018 dat de jongens daardoor in het uiterste geval kunnen komen te overlijden. Onder deze omstandigheden dient verweerder naar het oordeel van de rechtbank uitstel van vertrek te verlenen op grond van artikel 64 van de Vw. De rechtbank draagt verweerder daarom op om opnieuw te beslissen op de bezwaren van eisers overeenkomstig deze uitspraak.