ECLI:NL:RBDHA:2017:7666
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering toevoeging voor rechtsbijstand in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 juli 2017 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de weigering van een toevoeging voor rechtsbijstand. Eiser, die in staat is zijn belangen zelf te behartigen, had een aanvraag ingediend voor een toevoeging om rechtsbijstand te verkrijgen in een beroepsprocedure tegen een besluit van de Raad voor Rechtsbijstand. Het primaire besluit, genomen op 12 oktober 2016, wees de aanvraag af, en het bezwaar daartegen werd op 8 november 2016 ongegrond verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld tegen dit bestreden besluit.
Tijdens de zitting op 10 juli 2017 heeft eiser zich laten vertegenwoordigen door een kantoorgenoot van zijn gemachtigde. De rechtbank heeft overwogen dat eiser onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de juridische en feitelijke complexiteit van de zaak zodanig is dat hij niet in staat is om zelf, of met hulp van een ander, beroep in te dienen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser in staat moet worden geacht om de benodigde motivering voor zijn beroep zelf te formuleren en dat hij niet heeft aangetoond dat er sprake is van bijzondere omstandigheden die een toevoeging rechtvaardigen.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen zes weken na verzending.