Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[A] ,
[B],
1.De procedure
- de dagvaarding van 12 april 2016, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- het tussenvonnis van 27 juli 2016, waarin een comparitie van partijen is bepaald,
- het proces-verbaal van comparitie van 27 oktober 2016 en de daarin genoemde stukken,
- de brief van mr. Van Mierlo van 15 november 2016 met opmerkingen en aanvullingen op het proces-verbaal;
- de brief van mr. Verblackt van 15 november 2016 met een reactie op bovenstaande brief.
2.De feiten
1. U bent te goeder trouw geweest. De eerste voorwaarde om voor kwijtschelding in aanmerking te
2. U moet volledige medewerking hebben verleend. De tweede voorwaarde om voor kwijtschelding in aanmerking te komen, is dat u volledig heeft meegewerkt om tot een zo goed mogelijke terugbetaling van de lening te komen. Dit is het geval wanneer:
- de woning onderhands is verkocht,
- er geen schade of achterstallig onderhoud is die negatieve invloed heeft op de waarde van de woning,
- en u volledige medewerking heeft verleend ter vermijding of beperking van het verlies.
“Borgtocht
Voor de terugbetaling van de het verschuldigde voortvloeiende uit de hiervoor omschreven geldlening heeft de stichting: Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen, statutair gevestigd te ’s-Gravenhage, zich jegens de bank tot borg gesteld,
De bank en de schuldenaar verklaarden dat bij uitwinning van de bij deze akte verstrekte zekerheden, de opbrengst(en) in de eerste plaats zal (zullen) strekken tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de bank uit hoofde van de onderhavige geldlening van de schuldenaar te vorderen heeft.
(…) Indien vermelde stichting als borg een betaling heeft gedaan aan de bank, is de stichting in beginsel bereid de vordering ter zake van deze betaling niet bij de schuldenaar in te vorderen mits en voorzover naar het oordeel van de stichting is gebleken dat:
- de schuldenaar ten aanzien van het niet kunnen betalen van de lening te goeder trouw is geweest
- de schuldenaar zijn volledige medewerking heeft verleend om tot een zo goed mogelijke terugbetaling van de onderhavige geldlening te geraken.
Vermelde stichting kan wel tot gehele of gedeeltelijke invordering overgaan als de schuldenaar over zodanig inkomen of vermogen beschikte dat betaling door de stichting aan de bank voorkomen of beperkt had kunnen worden. (…).”
VerliesUw woning is verkocht en de opbrengst hiervan was onvoldoende om de lening en de daarbij gemaakte kosten volledig terug te betalen, waardoor een verlies is ontstaan.
te goeder trouwten aanzien van het niet kunnen betalen van de lening?