Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 9 oktober 2015, met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie;
- het tussenvonnis van 24 februari 2016, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- het proces-verbaal van comparitie van 27 juni 2016.
2.De feiten
het aangaan van stamrechtverplichtingen en het verstrekken van periodieke uitkeringen aan de heer [gedaagde] (…);
het oprichten, verkrijgen en vervreemden van vennootschappen en ondernemingen, het verkrijgen en vervreemden van belangen daarin en het beheren of doen beheren, alsmede het voeren of doen voeren van de directie over vennootschappen en ondernemingen en het financieren of doen financieren daarvan;
de belegging in registergoederen en roerende zaken (…), het ter leen opnemen en ter leen verstrekken van gelden al of niet met zakelijke of persoonlijke zekerheid, het stellen van zekerheid ten behoeve van derden en het verstrekken van periodieke uitkeringen;
(…)”