ECLI:NL:RBDHA:2016:10441
Rechtbank Den Haag
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot opschorting van gevangenisstraf in afwachting van beslissing op tweede gratieverzoek
In deze zaak vordert eiser, die een gevangenisstraf van zes maanden heeft gekregen wegens verboden wapenbezit, de opschorting van de tenuitvoerlegging van zijn straf totdat er een beslissing is genomen op zijn tweede gratieverzoek. Eiser heeft eerder een gratieverzoek ingediend dat is afgewezen, en stelt dat zijn medische toestand, die hij als levensbedreigend beschouwt, niet is meegenomen in de eerdere beoordeling. De voorzieningenrechter heeft de procedure en de feiten rondom de gratieverzoeken en de medische situatie van eiser in detail onderzocht. Eiser heeft diverse medische documenten overgelegd, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat hij onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij detentieongeschikt is. De rechtbank wijst erop dat de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) en het Bureau Medische Advisering (BIMA) hebben geconcludeerd dat de benodigde zorg in de penitentiaire inrichting kan worden geleverd. De voorzieningenrechter wijst de vordering van eiser af, omdat er geen nieuwe feiten zijn die een opschorting van de straf rechtvaardigen. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten.