ECLI:NL:RBDHA:2015:9512
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.I. Batelaan-Boomsma
- S.E. Postema
- J.P.F. Slijpen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de vastgestelde waarde van een onroerende zaak in het kader van de Wet waardering onroerende zaken
In deze WOZ-zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 juli 2015 uitspraak gedaan over de waarde van een kantoorpand, dat door eiseres was aangekocht voor € 8.500.000. De verweerder had de waarde vastgesteld op € 10.000.000, maar dit werd door eiseres betwist. Eiseres stelde dat de gerealiseerde verkoopprijs van het pand beïnvloed was door een nog lopend huurcontract, en dat er rekening gehouden moest worden met het verschil tussen de contracthuur en de economische huurwaarde. De rechtbank oordeelde dat verweerder ten onrechte geen rekening had gehouden met deze omstandigheden en dat de waarde van het pand op € 6.846.000 moest worden vastgesteld. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond en vernietigde de eerdere beschikking van verweerder. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die op € 1.240 werden vastgesteld. De uitspraak benadrukt het belang van de economische omstandigheden bij de waardering van onroerende zaken en de bewijslast die op verweerder rust.