ECLI:NL:RBDHA:2015:9232
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen het verlengingsbesluit van de vrijheidsontnemende maatregel na asielverzoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 augustus 2015 uitspraak gedaan in het beroep van eiser, een Ghanese nationaliteit, tegen het verlengingsbesluit van de vrijheidsontnemende maatregel. Eiser was op 14 januari 2015 in bewaring gesteld op grond van de Vreemdelingenwet en had op 24 juli 2015 een asielverzoek ingediend. De rechtbank oordeelt dat bij de beoordeling van het beroep tegen het verlengingsbesluit ook de nieuwe maatregel die na de asielaanvraag is opgelegd, moet worden betrokken. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en stelt vast dat de samenhang tussen de eerdere en de nieuwe maatregel zodanig is dat de nieuwe maatregel als een nieuw besluit moet worden beschouwd.
De rechtbank overweegt dat de verweerder in zijn besluit voldoende heeft gemotiveerd dat de gronden voor de bewaring nog steeds van toepassing zijn. Eiser heeft niet voldoende aangetoond dat er minder dwingende maatregelen zijn die doeltreffend kunnen worden toegepast. De rechtbank concludeert dat de belangenafweging in het voordeel van de verweerder uitvalt, omdat eiser actief heeft gefrustreerd dat hij zou worden uitgezet. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid tot hoger beroep.