Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 juli 2015 in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer [nummer]
de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
1 juli 2013.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 28 juli 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de vergoeding van schade. De eiser had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die was afgewezen. Na een nieuwe aanvraag, waarbij een rapport van het instituut voor Mensenrechten en Medisch Onderzoek (iMMO-rapport) was overgelegd, werd de verblijfsvergunning alsnog verleend. Eiser verzocht de Staatssecretaris om vergoeding van de kosten van het iMMO-rapport op grond van artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Staatssecretaris had echter eerder, op 30 september 2014, het verzoek om schadevergoeding afgewezen, wat de aanleiding vormde voor het beroep van eiser.
De rechtbank overwoog dat de bestuursrechter bevoegd is om op verzoek van een belanghebbende een bestuursorgaan te veroordelen tot schadevergoeding als gevolg van een onrechtmatig besluit. De rechtbank stelde vast dat het besluit van 12 november 2012, dat de aanvraag voor de verblijfsvergunning afwees, onrechtmatig was, maar dat de verzoekschriftprocedure voor schadevergoeding niet van toepassing was op besluiten die voor 1 juli 2013 waren genomen. De rechtbank concludeerde dat de brief van 30 september 2014 niet als een appellabel besluit kon worden aangemerkt, waardoor eiser geen bezwaar had kunnen maken.
De rechtbank oordeelde dat er geen grond was voor het oordeel dat de Staatssecretaris gehouden was de kosten van het iMMO-rapport te vergoeden. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en er werd aangegeven dat tegen deze uitspraak binnen zes weken hoger beroep kon worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.