Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 april 2014, met producties;
- de conclusie van antwoord;
- het tussenvonnis van 9 juli 2014 waarin een comparitie van partijen is gelast;
- de brief van 16 oktober 2014 van de zijde van [eiser], met producties;
- het proces-verbaal van 31 oktober 2014 van de plaatsopneming en, aansluitend daarop, van de comparitie van partijen, met de daaraan gehechte foto’s;
- de akte uitlaten van de zijde van [eiser] van 26 november 2014 met één productie;
- de akte uitlaten, tevens akte houdende overlegging aanvullende producties van de zijde van [eiser] van 24 december 2014;
- de akte uitlaten van de zijde van [gedaagde] van 21 januari 2015.
2.De feiten
geïnfecteerde schroeven” verwijderd.
3.Het geschil, verkort weergegeven
4.De beoordeling
5.De beslissing
- veroordeelt [eiser] in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van [gedaagde] begroot op
- verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.