ECLI:NL:RBDHA:2015:15958
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. dr. N. Djebali
- mr. T. van Rij
- mr. R.C.H.M. Lips
- Rechtspraak.nl
Inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen; correctie afschrijving en afwaardering bedrijfspand
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 december 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en de inspecteur van de Belastingdienst over een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2009. Eiseres had een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 48.031, waarop een aanslag was opgelegd, inclusief heffingsrente van € 1.413. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur, die de aanslag en de beschikking had gehandhaafd. Tijdens de zitting op 30 september 2015 is de zaak behandeld, waarbij eiseres werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde en de inspecteur door drie vertegenwoordigers.
Het geschil draaide om de correctie van de afschrijving en afwaardering van een bedrijfspand dat door de echtgenoot van eiseres werd verhuurd aan een BV. Eiseres stelde dat de waarde van het bedrijfspand in 2007 € 545.000 was, terwijl de inspecteur deze waarde op € 366.210 stelde. De rechtbank oordeelde dat beide partijen niet voldoende bewijs hadden geleverd om hun bepleite waarden aannemelijk te maken. De rechtbank concludeerde dat de inspecteur te veel had gecorrigeerd op de afschrijving en dat eiseres niet had aangetoond dat er omstandigheden waren die de lagere bedrijfswaarde rechtvaardigden.
De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar, en verlaagde de aanslag tot een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 46.574. Tevens werd de heffingsrente dienovereenkomstig verminderd en werd bepaald dat de uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar. Eiseres kreeg geen proceskostenvergoeding, omdat deze al was toegekend in de samenhangende zaak van haar echtgenoot.