In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 13 oktober 2015, betreft het een beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee, waarbij aan belanghebbenden een tegemoetkoming in planschade is toegekend. Eiseres, die zich tegen dit besluit heeft gekeerd, stelt dat het aan belanghebbenden uitgekeerde bedrag te hoog is en dat de voordelen van het nieuwe bestemmingsplan onvoldoende zijn meegewogen. De rechtbank behandelt de procesgang, waarin het primaire besluit van 13 juni 2012 en het bestreden besluit van 19 mei 2014 centraal staan. De rechtbank overweegt dat belanghebbenden sinds 1985 eigenaar zijn van een perceel en dat het bestemmingsplan 'Verplaatsingsgebied' op 29 juli 2010 in werking is getreden, wat heeft geleid tot een wijziging van de bestemming van hun grond. De SAOZ heeft geadviseerd dat de planologische wijziging heeft geleid tot een nadeliger positie voor belanghebbenden, wat resulteerde in de toekenning van een schadevergoeding van € 42.100,-. Eiseres betoogt dat de planologische wijziging niet voorzienbaar was en dat de SAOZ de voordelen van het nieuwe bestemmingsplan niet correct heeft gewogen. De rechtbank concludeert dat verweerder zich op goede gronden heeft gebaseerd op het advies van de SAOZ en dat de aan belanghebbenden toegekende tegemoetkoming in planschade terecht is geschied. Het beroep van eiseres wordt ongegrond verklaard.