ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ9553
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.C.H.M. Lips
- G.J. Ebbeling
- I. Obbink – Reijngoud
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing bezwaar belasting van personenauto's en motorrijwielen
In deze zaak gaat het om een beroep tegen de afwijzing van een bezwaar door de inspecteur van de Belastingdienst met betrekking tot de belasting van personenauto's en motorrijwielen (Bpm). Eiser heeft op 9 december 2011 aangifte gedaan voor de Bpm van een gebruikte personenauto, waarbij hij een netto cataloguswaarde van € 39.790 en een CO2-uitstoot van 174 gr/km heeft opgegeven. De verschuldigde Bpm werd door eiser berekend op € 4.539, welke hij op 13 december 2011 heeft voldaan. Eiser maakte bezwaar tegen deze voldoening, omdat hij de Bpm wilde berekenen op basis van een koerslijst, wat leidde tot een verschuldigde Bpm van € 3.559. De inspecteur heeft het bezwaar afgewezen, stellende dat eiser niet kon terugkomen op zijn aangifte en dat hij een te lage catalogusprijs en CO2-uitstoot had opgegeven.
De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de tekst van artikel 10, zevende lid, van de Wet Bpm duidelijk is en niet voor meerdere uitleg vatbaar is. Eiser kan niet terugkomen op zijn aangifte door gebruik te maken van gegevens die niet bij de aangifte zijn gebruikt. De rechtbank oordeelt dat de verschuldigde Bpm op een te hoog bedrag is berekend en dat eiser recht heeft op een teruggaaf van € 18. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak op bezwaar en veroordeelt de inspecteur in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.415.
De uitspraak is openbaar gedaan op 2 april 2013 en partijen kunnen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof Den Haag. De rechtbank heeft in haar overwegingen ook aandacht besteed aan de relevante Europese regelgeving en het non-discriminatiebeginsel, maar heeft geoordeeld dat de wetgeving niet in strijd is met deze beginselen.