ECLI:NL:RBDHA:2013:10656
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen en de VAR-winst uit onderneming
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 augustus 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, [X], en de inspecteur van de Belastingdienst. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2009, die waren opgelegd op basis van een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 29.406. Eiser stelde dat hij recht had op een zelfstandigenaftrek, omdat hij winst uit onderneming had behaald, terwijl de inspecteur van mening was dat er geen sprake was van winst uit onderneming maar van resultaat uit overige werkzaamheden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de inspecteur bij de aanslagregeling terecht het standpunt heeft ingenomen dat geen sprake was van winst uit onderneming. Eiser had eerder een VAR-winst uit onderneming (VAR-WUO) ontvangen, maar de rechtbank oordeelde dat de inspecteur niet gebonden was aan deze verklaring en het ondernemerschap van eiser opnieuw mocht beoordelen. Eiser heeft niet aangetoond dat zijn activiteiten als ondernemer kunnen worden gekwalificeerd volgens de Wet IB 2001. De rechtbank heeft geoordeeld dat de aanslagen terecht zijn opgelegd en heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft de beslissing openbaar uitgesproken.