ECLI:NL:RBBRE:2012:BX4073
Rechtbank Breda
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.F.M.Q. Beukers-van Dooren
- I.E. Rijsdijk-van Eerd
- Rechtspraak.nl
Waardepeildatum en koopprijs van onroerende zaak in bestuursrechtelijke belastingzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Breda op 10 mei 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de heffingsambtenaar van de gemeente Goirle over de waarde van een onroerende zaak. De belanghebbende had de onroerende zaak, een paardenstal, twee maanden voor de waardepeildatum van 1 januari 2008 gekocht voor € 195.000. De heffingsambtenaar had de waarde van de onroerende zaak vastgesteld op € 183.000, wat leidde tot aanslagen onroerende-zaakbelastingen voor het jaar 2009. De belanghebbende stelde dat hij te veel had betaald voor de onroerende zaak en dat de waarde niet in overeenstemming was met de werkelijke waarde, aangezien de paardenstal in feite een verbouwde varkensstal zou zijn.
Tijdens de zitting op 26 april 2012 in Tilburg heeft de rechtbank de argumenten van beide partijen gehoord. De rechtbank oordeelde dat de koopprijs die de belanghebbende had betaald, in beginsel de waarde in het economisch verkeer vertegenwoordigde, zoals ook bevestigd door een arrest van de Hoge Raad uit 2000. De rechtbank concludeerde dat de belanghebbende niet aannemelijk had gemaakt dat de door hem betaalde koopprijs te hoog was geweest. Bovendien werd opgemerkt dat de waarde van onroerende zaken voor elk tijdvak opnieuw moet worden vastgesteld, ongeacht eerdere waarderingen.
De rechtbank verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde dag, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.