ECLI:NL:RBARN:2012:BX1311

Rechtbank Arnhem

Datum uitspraak
9 juli 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
230791 / FA RK 12-11321
Instantie
Rechtbank Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek na einduitspraak door gewraakte rechter

In deze zaak heeft verzoeker op 3 juni 2012 een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechter die op 17 januari 2012 een einduitspraak had gedaan in een alimentatieprocedure. Het wrakingsverzoek is op 5 juni 2012 bij de rechtbank binnengekomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wet niet voorziet in de mogelijkheid om wraking te verzoeken van een rechter die een einduitspraak heeft gedaan. Dit is bevestigd door een uitspraak van de Hoge Raad van 18 december 1998. Aangezien het wrakingsverzoek is ingediend na de einduitspraak, heeft de rechtbank verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking. De rechtbank heeft besloten om af te zien van een mondelinge behandeling, omdat het verzoeker meteen duidelijk was dat hij niet-ontvankelijk was. De beschikking is op 9 juli 2012 openbaar uitgesproken door de rechtbank Arnhem, waarbij de griffier aanwezig was. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK ARNHEM
Wrakingskamer
Zaaknummer/rekestnummer: 230791 / FA RK 12-11321
Beschikking van 9 juli 2012
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
verzoeker tot wraking,
tegen
[naam rechter],
in haar hoedanigheid van rechter in de zaak tussen verzoeker als verzoeker en [namen] als verweersters (zaaknummer/rekestnummer: 220460 / FA RK 11-12183).
De procedure
Bij schrijven van 3 juni 2012 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen [de rechter].
De beoordeling van het wrakingsverzoek
2.1. Het verzoek strekt tot wraking van [de rechter] ter zake van de procedure die is geëindigd met een door haar op 17 januari 2012 gegeven beschikking alimentatie. Het wrakingsverzoek dateert van daarna, namelijk van 3 juni 2012, en is op 5 juni 2012 bij de rechtbank binnengekomen. De wet voorziet niet in de mogelijkheid om, wanneer de behandeling van een zaak is geëindigd door het geven van een einduitspraak, wraking te verzoeken van de rechter die de uitspraak heeft gedaan (Hoge Raad 18 december 1998, NJ 1999, 271). Verzoeker is om die reden niet-ontvankelijk in zijn wrakingsverzoek.
2.2. Nu meteen duidelijk is dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn wrakingsverzoek, zal worden afgezien van een mondelinge behandeling van het verzoek.
De beslissing
De rechtbank
verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking.
Deze beschikking is gegeven door mrs. M.C.G.J. van Well, L.B.M. Klein Tank en G.H.W. Bodt, in tegenwoordigheid van de griffier mr. J.C.D. Crezée en in het openbaar uitgesproken op 9 juli 2012.
de griffier de voorzitter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.