Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
“Verzoeker is niet gedagvaard, dus ik vraag mij af of ik hier wel goed zit.”Nadat de wederpartij de vordering had toegelicht is blijkens de griffiersaantekeningen verklaard:
“Ik vraag mij af waarom u de zaak niet ambtshalve heeft doorverwezen naar de rechtbank. Het gaat om een waarde hoger dan 25.000 dus ik begrijp niet wat ik hier kom doen. Ik begrijp uw houding niet. Kunt u mij uitleggen wat we hier gaan doen?”
“Ik ben kantonrechter. Ik ben hier om u te horen.”
“U bent toch rechter? Kent u 93 Rv. Waarom verwijst u het niet door. Het is een rekensommetje. Kent u 93 Rv, of niet?”
“Ja dat ken ik”
“U kunt het nu doorverwijzen. Ja of nee. Anders ga ik de wrakingskamer vertellen wat u hier doet. Anders heeft u andere intenties om hier mee door te gaan”
U heeft vandaag de gelegenheid om te reageren op de stukken die er al zijn gewisseld”
“U moet zich onbevoegd verklaren. 1 of 2. Ik heb er tabak van. Anders moet u de wrakingskamer nu bij elkaar roepen.”
“Wilt u verweer voeren?”
“U bent gewraakt.”
“Wilt u mij uitleggen waarom u mij wraakt?”
Nee dat leg ik aan de wrakingskamer voor.”
“Dan stel ik vast dat u niet heeft toegelicht waarom u heeft gewraakt.”
“Nee dat mag u niet vaststellen.”
“Nee, de zitting is nog niet gesloten. [naam] heeft geen reden gegeven voor de wraking. Dan weet ik dat de wrakingskamer vindt dat ik mag doorgaan met de zitting.”
“U heeft geschorst vanwege een wraking. Daarom moet u nu stoppen en niet meer met de andere partij praten.”
“Wilt u de deur dichtdoen?”
“Er is geen reden gegeven voor de wraking. Daarom mag ik doorgaan met de mondelinge behandeling.”
“We laten u zo snel mogelijk weten wanneer er vonnis komt. Een vonnisdatum krijgt u nog te horen. Mijn beslissing is dat de zaak doorgaat.”
“Er verandert niets. U hoort nog een vonnisdatum.”
3.Het verzoek
“Er verandert niets. U hoort nog een vonnisdatum.”De rechter heeft in strijd met artikel 247 Rv verzoeker niet in de gelegenheid gesteld zich nog uit te laten. Als geen van partijen er blijk van geeft het geding te willen voortzetten, kan de zaak pas van de rol worden gehaald. Uit de brief van de griffier van de wrakingkamer van 27 augustus 2024 blijkt echter dat achteraf is bepaald dat de zaak voor uitlating partijen naar de rol werd verwezen. Dit is bekend gemaakt via het informele circuit van de wrakingskamer. Bovendien wist de rechter dat verzoeker niet kon reageren op deze brief omdat de behandeling van de zaak was geschorst wegens de indiening van het wrakingsverzoek.
4.De reactie van de rechter
5.De beoordeling van het verzoek
Nadat u bent gewraakt mag u niets meer doen. Doe je huiswerk man.”, en de gemachtigde van verzoeker en de medegedaagde toen direct de zaal verlieten, is het daar kennelijk niet meer van gekomen. Nadat de gemachtigd van verzoeker blijkens de zittingsaantekeningen weer terug was gekomen in de zittingszaal had de rechter alsnog moeten meedelen dat hij het verzoek redelijkerwijs niet als wrakingsverzoek kon opvatten, dat hij het daarom buiten behandeling had gesteld en dat de behandeling om die reden werd voortgezet.