In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 7 november 2024, wordt het beroep van Fastned B.V. tegen de weigering van een vergunning voor het realiseren van energielaadpunten op verzorgingsplaats [verzorgingsplaats 1] in de gemeente Zevenaar behandeld. Fastned had op 4 november 2021 een Wbr-vergunning aangevraagd, maar de minister van Infrastructuur en Waterstaat weigerde deze vergunning op 5 december 2023. De rechtbank heeft het beroep van Fastned ongegrond verklaard, waarbij zij oordeelt dat de minister in redelijkheid tot deze weigering heeft kunnen komen. De rechtbank heeft de beroepsgronden van Fastned, waaronder de stelling dat de minister had moeten afwijken van de Tijdelijke beleidsregel, niet gegrond verklaard. De rechtbank concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die maken dat de minister artikel 4:84 van de Awb had moeten toepassen. De rechtbank wijst erop dat de looptijd van vergunningen rekening houdt met het toekomstig beleid en dat Fastned niet aannemelijk heeft gemaakt dat de investeringen niet kunnen worden terugverdiend binnen de looptijd van de vergunning. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een zorgvuldige belangenafweging en de toepassing van het geldende beleid.