Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court in Poznan, Polen (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
the District Court in Gnieznovan 21 juli 2022 (referentie: II K 146/22).
- de dagvaarding voor de zitting is verzonden naar het door de opgeëiste persoon opgegeven adres;
- de opgeëiste persoon niet op de zitting is verschenen en geen reden heeft opgegeven voor zijn afwezigheid;
- de opgeëiste persoon zelf geen advocaat heeft aangewezen en evenmin om een advocaat heeft gevraagd;
- de opgeëiste persoon de instructie heeft gehad dat hij tijdens de procedure een adreswijziging moet doorgeven aan de autoriteiten en dat hij niet heeft voldaan aan deze verplichting.
- hij is verhoord en wist van de verdenking jegens hem;
- de autoriteiten zijn adres hadden;
- hij na zijn verhoor nog een half jaar in Polen heeft gewacht op een brief van de autoriteiten, maar dat hij niets heeft gehoord;
- hij daarna naar Nederland is gegaan, omdat hij geld nodig had en er geen brieven kwamen;
- hij zijn adres in Nederland niet heeft doorgegeven aan de Poolse autoriteiten.
4.Strafbaarheid; feit waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
5.Artikel 11 OLW; Artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de EU
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the Regional Court in Poznan, Polen, voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.