In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 9 februari 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om schadevergoeding op grond van de Wet studiefinanciering 2000 (Wsf 2000) beoordeeld. Eiser had op 13 oktober 2021 studiefinanciering aangevraagd, maar zijn aanvraag werd op 17 januari 2022 afgewezen. Na bezwaar werd de aanvraag op 21 april 2022 gegrond verklaard en werd de studiefinanciering alsnog toegekend. Eiser verzocht vervolgens om schadevergoeding omdat hij ten onrechte geen gebruik heeft kunnen maken van een studentenreisproduct. Dit verzoek werd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) afgewezen, omdat eiser geen bewijsstukken had ingediend ter onderbouwing van zijn schade. De rechtbank oordeelt dat eiser de gestelde schade niet met verifieerbare en objectieve stukken heeft onderbouwd en dat hij er niet in is geslaagd de schade aannemelijk te maken. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen en het beroep wordt ongegrond verklaard. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.