Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
ex artikel 5.4.10 in verbinding met artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering(Sv) van:
1.Procesgang
2.Feiten en omstandigheden
bevel tot inbeslagneming ter verbeurdverklaring naar aanleiding van een Europees bevriezingsbevel(EBB) van 2 juni 2020 heeft de Nederlandse officier van justitie beslag laten leggen op het saldo/tegoed op rekeningnummer [rekeningnummer] te weten € 31.494,01,- naar aanleiding van een EBB van de bevoegde Finse autoriteiten van 19 mei 2020.
3.Inhoud klaagschrift en standpunt klager
4.Standpunt van het openbaar ministerie
5.Het oordeel van de rechtbank; heropening
2. Op de bevriezingscertificaten en confiscatiecertificaten die zijn toegezonden vóór 19 december 2020 zijn Kaderbesluiten 2003/577/JBZ en 2006/783/JBZ van toepassing, tussen de lidstaten die door deze verordening gebonden zijn tot de uiteindelijke tenuitvoerlegging van het bevriezingsbevel of confiscatiebevel
6.Beslissing
SCHORSThet onderzoek voor onbepaalde tijd, teneinde de officier van justitie in de gelegenheid te stellen voornoemde vragen over het beslag te beantwoorden en een standpunt in te nemen over de grondslag van de overdracht van het geldbedrag aan de Finse autoriteiten.