ECLI:NL:RBAMS:2024:1446

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 maart 2024
Publicatiedatum
14 maart 2024
Zaaknummer
13/730014-20 (A) en 13/730002-21 (B)
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot 45 maanden gevangenisstraf voor deelname aan een criminele organisatie en voorbereiding van zware mishandeling

Op 15 maart 2024 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de strafzaken tegen [verdachte], waarbij hij is veroordeeld tot 45 maanden gevangenisstraf. De zaak betreft deelname aan een criminele organisatie, voorbereiding van zware mishandeling, voertuigencriminaliteit en opzetheling. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verdachte] samen met anderen betrokken was bij een gestructureerd samenwerkingsverband dat zich bezighield met verschillende vormen van criminaliteit, waaronder diefstal van voertuigen en geweldsmisdrijven. De rechtbank concludeert dat [verdachte] een bepalend lid was van deze organisatie en dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan de voorbereiding van een geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer]. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat [verdachte] op 18 mei 2021 een gestolen BMW bestuurde en onder invloed van cannabis was. De rechtbank heeft de vorderingen van benadeelde partijen afgewezen, omdat deze niet ontvankelijk zijn verklaard. De rechtbank heeft de strafmaat gemotiveerd door de ernst van de feiten en de rol van [verdachte] in de criminele organisatie.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Parketnummers: 13/730014-20 (A) en 13/730002-21 (B)
Datum uitspraak: 15 maart 2024
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaken tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1997,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres
[adres] , [woonplaats] ,
gedetineerd in [naam PI] .
Inhoudsopgave

1.Onderzoek ter terechtzitting 2

2.
Tenlastelegging2
3.
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie3
4.
Waardering van het bewijs4
4.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie 4
4.2.
Standpunt van de verdediging 4
4.3.
Oordeel van de rechtbank 5
4.3.1.
Zaak Buizerd 5
4.3.1.1. Inleiding 5
4.3.1.1. Identificatie (PGP)-nummers en Sky-ID’s 6
4.3.1.1. Verloop van het onderzoek Buizerd 11
4.3.1.1. OVC-gesprekken in de Nissan Micra 15
4.3.1.1. ZD 4: diefstal en/of heling van Renault Megane ( [kenteken] ) (feit 4) 17
4.3.1.1. ZD 5: diefstal en/of heling van Renault Megane ( [kenteken] ) (feit 4) 21
4.3.1.1. ZD 3: diefstal en/of heling van Audi S4 ( [kenteken] ) (feit 4) 24
4.3.1.1. ZD 8: diefstal en/of heling van Audi S4 ( [kenteken] ) (feit 4) 24
4.3.1.1. ZD 7: diefstal en/of heling van Audi A5 Cabriolet ( [kenteken] ) (feit 4) 26
4.3.1.1. ZD 6: diefstal en/of heling van Audi RS5 ( [kenteken] ) (feit 4) 26
4.3.1.1. ZD 11: diefstal en/of heling van Piaggio Sprinter 125 (feit 4) 27
4.3.1.1. ZD 10: diefstal en/of heling van Audi A4 ( [kenteken] ) (feit 4) 27
4.3.1.1. ZD 9: diefstal en/of heling van Volkswagen Multivan ( [kenteken] ) (feit 4) 28
4.3.1.1. ZD 2: Geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer] (Buizerd feiten 2 en 3) 31
4.3.1.14.1.
Redengevende feiten en omstandigheden31
4.3.1.14.2.
Bewijsoverweging39
4.3.1.15. ZD 1: Criminele organisatie (zaak Buizerd, feit 1) 40
4.3.2.
Zaak B 43
4.3.2.1. Feiten en omstandigheden 43
4.3.2.1. Bewijsoverweging 44
4.3.2.1.
Bewezenverklaring45
4.3.2.1.
Strafbaarheid van de feiten46
4.3.2.1.
Strafbaarheid van verdachte46
4.3.2.1.
Motivering van de straf47
8.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie 47
8.2.
Standpunt van de verdediging 47
8.3.
Oordeel van de rechtbank 47
9.
Beslag49
10. Benadeelde partijen 49
10.1.
Vorderingen 49
10.2.
Standpunt van het Openbaar Ministerie 50
10.3.
Standpunt van de verdediging 50
10.4.
Oordeel van de rechtbank 50
10.4.1.
Benadeelde partij [benadeelde partij 1] 50
10.4.2.
Benadeelde partij [benadeelde partij 2] 50
10.4.3.
Benadeelde partij [benadeelde partij 3] 50
11.
Toepasselijke wettelijke voorschriften51
11.
Beslissing51
Bijlage – de tenlastelegging54

1.Onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 6, 9 en 10 oktober 2023, 2, 14, 17, 20, 23, 24 en 28 november 2023 en 15 maart 2024. Het onderzoek is op laatstgenoemde zittingsdag gesloten.
De rechtbank heeft de zaken, die bij afzonderlijke dagvaardingen onder de bovenvermelde parketnummers zijn aangebracht, gevoegd. Deze zaken worden hierna als respectievelijk zaak A (verder te noemen Buizerd) en zaak B aangeduid.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de drie officieren van justitie (hierna gezamenlijk aangeduid als: de officier van justitie) en van wat [verdachte] en zijn raadslieden, mr. C.J.M. den Blanken en mr. R.S.E. Bruinen, naar voren hebben gebracht.
De rechtbank heeft de zaken tegen [verdachte] gelijktijdig, maar niet gevoegd, behandeld met de zaken tegen medeverdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 6] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 9] . [1]
De rechtbank doet in al deze zaken gelijktijdig uitspraak, met uitzondering van de zaak tegen [medeverdachte 4] .

2.Tenlastelegging

[verdachte] wordt – na wijziging van de tenlastelegging in zaak A op de zitting van 6 oktober 2023 – kort gezegd beschuldigd van de volgende strafbare feiten:
Zaak A (Buizerd)
Feit 1: deelname aan een criminele organisatie die tot oogmerk had het plegen van gekwalificeerde diefstal, opzetheling, voorbereiding van moord, moord, zware mishandeling met voorbedachten rade en valsheid in geschrift, in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 november 2019 in (verschillende plaatsen in) Nederland;
Feit 2: medeplegen van voorbereiding van het medeplegen van moord op, dan wel zware mishandeling met voorbedachten rade van, [slachtoffer] , in de periode van 7 september 2019 tot en met 10 oktober 2019 in Utrecht;
Feit 3: medeplegen van medeplichtigheid aan het medeplegen van poging tot moord op dan wel (poging tot) zware mishandeling van met voorbedachte raad van [slachtoffer] , op 11 oktober 2019 in Utrecht. Deze beschuldiging is in meerdere primaire en subsidiaire varianten ten laste gelegd;
Feit 4: diefstal in vereniging met braak en/of verbreking en/of valse sleutels van auto’s en een scooter, te weten een Audi S4 (zaaksdossier (hierna ook: ZD) 3), een Renault Megane (ZD 4), een Renault Megane (ZD 5), een Audi RS5 (ZD 6), een Audi A5 (ZD 7), een Audi S4 (ZD 8), een Volkswagen Multivan (ZD 9), een Audi A4 (ZD 10) en een Piaggio Skipper 125 (ZD 11), in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 september 2019 in (verschillende plaatsen in) Nederland en/of medeplegen van opzetheling dan wel schuldheling van deze auto’s en scooter, in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 november 2019 in (verschillende plaatsen in) Nederland;
Zaak B
Feit 1
primair: opzetheling dan wel schuldheling van een auto, te weten een BMW Alpina B3, op 18 mei 2021 in (verschillende plaatsen in) Nederland;
subsidiair: diefstal met braak en/of verbreking en/of valse sleutels van deze BMW Alpina B3, in de periode van 29 maart 2021 tot en met 30 maart 2021 in Wilnis, gemeente De Ronde Venen;
Feit 2: gevaarzetting, door te rijden onder invloed van cannabis, met een te hoge snelheid, op een vluchtstrook en rechts inhalend, door rood licht, tegen de rijrichting in, met veel rookontwikkeling en door stoptekens te negeren, op 18 mei 2021 in (verschillende plaatsen in) Nederland;
Feit 3: rijden onder invloed van cannabis, op 18 mei 2021 in (verschillende plaatsen in) Nederland.
De volledige tenlastelegging is opgenomen in een bijlage die aan dit vonnis is gehecht en geldt als hier ingevoegd.

3.Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie

De rechtbank is – met de officier van justitie en de verdediging – van oordeel dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging voor feit 2 in zaak B, nu uit het dossier en het strafblad van [verdachte] blijkt dat een groot aantal van de onder feit 2 tenlastegelegde gedragingen al zijn afgedaan middels een strafbeschikking en politietransacties. Indien de rechtbank [verdachte] voor de onder feit 2 ten laste gelegde gedragingen zou veroordelen en aan hem daarvoor een straf zou opleggen, betekent dit feitelijk een dubbele bestraffing, wat in strijd is met het ne bis in idem beginsel.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft zich – overeenkomstig het op schrift gestelde requisitoir – op het standpunt gesteld dat kan worden bewezen dat [verdachte] zich heeft schuldig gemaakt aan deelname aan een criminele organisatie (zaak Buizerd, feit 1), dat hij moet worden vrijgesproken van medeplegen van voorbereiding van het medeplegen van moord op [slachtoffer] en zich schuldig heeft gemaakt aan medeplegen van voorbereiding van het medeplegen van zware mishandeling met voorbedachten rade van [slachtoffer] (zaak Buizerd, feit 2). De officier van justitie heeft geconcludeerd tot vrijspraak van zaak Buizerd, feit 3. Wat betreft zaak Buizerd, feit 4, heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat [verdachte] moet worden vrijgesproken van diefstal en heling van de Audi S4 (ZD 3), de Audi RS5 (ZD 6), de Audi A5 (ZD 7) en de Piaggio Skipper 125 (ZD 11). De officier van justitie heeft geconcludeerd tot bewezenverklaring van schuldheling van beide Renault Meganes (ZD 4 en ZD 5) voor een kortere periode dan is ten laste gelegd, diefstal in vereniging van de Audi S4 (ZD 8) en medeplegen van opzetheling van de Volkswagen Multivan (ZD 9) en de Audi A4 (ZD 10).
De officier van justitie heeft zich tot slot op het standpunt gesteld dat feit 1 primair en feit 3 in zaak B kunnen worden bewezen.
4.2.
Standpunt van de verdediging
De raadslieden van [verdachte] hebben – overeenkomstig hun pleitnotities – vrijspraak bepleit van deelname aan een criminele organisatie, voor zover dit betreft het oogmerk moord, voorbereiding van moord en zware mishandeling met voorbedachten rade. Wat betreft deelname aan een criminele organisatie met het oogmerk gekwalificeerde diefstal, opzetheling en valsheid in geschrift hebben de raadslieden zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank (zaak Buizerd, feit 1). De raadslieden hebben vrijspraak bepleit van zaak Buizerd, feiten 2 en 3. Wat betreft zaak Buizerd, feit 4 hebben de raadslieden vrijspraak bepleit van diefstal en heling van de Audi S4 (ZD 3), de Audi RS5 (ZD 6), de Audi A5 (ZD 7) en de Piaggio Skipper 125 (ZD 11). Ten aanzien van beide Renault Meganes (ZD 4 en ZD 5), de Audi S4 (ZD 8) en de Audi A4 (ZD 10) hebben de raadslieden vrijspraak bepleit van diefstal en opzetheling en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van schuldheling. De raadslieden hebben vrijspraak bepleit van diefstal van de Volkswagen Multivan (ZD 9) en zich wat betreft opzetheling daarvan gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
In zaak B hebben de raadslieden vrijspraak bepleit van opzetheling en zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van schuldheling (feit 1, primair). Ten aanzien van feit 3 hebben de raadslieden zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3.
Oordeel van de rechtbank
4.3.1.
Zaak Buizerd
4.3.1.1.
Inleiding
De rechtbank zal in de hierna volgende paragrafen ingaan op de vraag of en zo ja welke aan [verdachte] ten laste gelegde feiten kunnen worden bewezen. Samengevat, leiden de overwegingen van de rechtbank op basis van de onderzoeksbevindingen tot de volgende conclusies.
Onderzoek Buizerd
Onderzoek Buizerd is gestart naar aanleiding van de diefstal van een auto en leidde uiteindelijk tot veertien zaaksdossiers over diefstal dan wel heling van voertuigen, waarvan er een aantal heeft gestaan in een garagebox aan de [adres] in Utrecht die – via een afgeschermde constructie - door [medeverdachte 1] werd gehuurd en waar ook [verdachte] is geweest. De rechtbank neemt strafrechtelijke betrokkenheid van [verdachte] aan ten aanzien van een vijftal voertuigen en komt tot de conclusie dat [verdachte] samen met anderen medepleger is van de diefstal van één voertuig en de heling van vier voertuigen (zaak Buizerd, feit 4).
Op 30 oktober 2019 is [slachtoffer] in Utrecht door drie personen in elkaar geslagen. Deze personen droegen bivakmutsen en gebruikten slagvoorwerpen zoals een honkbalknuppel en een moker. Dit geweldsincident is in onderzoek Buizerd nader onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat de mishandeling van [slachtoffer] al in begin oktober 2019 werd voorbereid, maar werd verijdeld door de inbeslagname van de Volkswagen Multivan van waaruit de mishandeling zou worden gepleegd. De rechtbank komt tot de conclusie dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van deze voorbereiding tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel met voorbedachten rade (zaak Buizerd, feit 2).
Een deel van de bewijsmiddelen wordt ontleend aan het onderzoek Pulheim, het onderzoek naar de moord op advocaat [naam advocaat] , dat – deels – aan het dossier tegen [verdachte] is toegevoegd. Op 18 september 2019 is advocaat [naam advocaat] doodgeschoten. Op 23 februari 2023 zijn [verdachte in zaak Pulheim 1] en [verdachte in zaak Pulheim 2] door het gerechtshof Amsterdam als uitvoerders veroordeeld voor het medeplegen van de moord op [naam advocaat] . [2]
Na de moord op [naam advocaat] kwam vanuit het onderzoek Buizerd informatie binnen dat één van de in een garagebox aan de [adres] in Utrecht aangetroffen gestolen voertuigen, een Renault Megane, voorzien van valse kentekenplaten [kenteken] , zou zijn gebruikt bij de voorverkenningen voor de moord. Twee medeverdachten ( [medeverdachte 4] en [medeverdachte 1] ) worden vervolgd voor deze moord.
De rechtbank komt tot de conclusie dat de voertuigencriminaliteit en de aanval op [slachtoffer] hebben plaatsgevonden binnen het kader van een criminele organisatie en dat [verdachte] daaraan heeft deelgenomen (zaak Buizerd, feit 1). De rechtbank komt tot de conclusie dat deze criminele organisatie tevens het oogmerk voorbereiden van moord had (feit 1). Deze misdrijven vielen alle onder het oogmerk van de criminele organisatie, al had niet iedere deelnemer aan deze organisatie betrokkenheid bij of wetenschap van de afzonderlijke misdrijven.
Zaak B
De rechtbank komt in zaak B tot de conclusie dat [verdachte] zich heeft schuldig gemaakt aan de heling van een voertuig en dat hij dit voertuig heeft bestuurd terwijl hij onder invloed was van cannabis (zaak B, feit 1 en feit 3).
De rechtbank zal [verdachte] voor zijn betrokkenheid bij de feiten veroordelen tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
4.3.1.2.
Identificatie (PGP-)nummers en Sky-ID’s
Het bewijs bestaat voor een groot deel uit de historische verkeersgegevens van telefoonnummers, PGP-nummers en metadata van SkyECC. De rechtbank zal daarom eerst vaststellen welke PGP’s, telefoonnummers en Sky-ID’s aan de verschillende verdachten/personen toebehoren, alvorens de overige bewijsmiddelen te bespreken. [3]
De rechtbank neemt de conclusies van de politie over en stelt op basis van de hieronder te bespreken bewijsmiddelen vast dat [verdachte] , [naam 1] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [naam 2] gebruikmaakten van de telefoonnummers, PGP-nummers en/of Sky-ID’s zoals hieronder staat beschreven.
Telefoonnummers die kunnen worden toegeschreven aan [verdachte]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie toegeschreven aan [verdachte] , die in de periode van 13 augustus 2019 tot en met 24 september 2019 van dit nummer gebruik zou hebben gemaakt. De politie baseert deze conclusie onder meer op de historische verkeersgegevens van het nummer, waaruit blijkt dat * [nummer] is gebruikt in een Nokia met IMEI-nummer [nummer] . Deze telefoon is op 26 november 2019 in de woning van [verdachte] aan de [adres] aangetroffen. * [nummer] maakte in de nachtelijke uren veelvuldig gebruik van een cell-id aan de [adres Cell-ID] , gelegen in de directe omgeving van de woning van [verdachte] . Uit tapgesprekken tussen het telefoonnummer van de vader van [verdachte] en * [nummer] bleek dat de gebruiker van * [nummer] opneemt met “Hallo pa” en de vader van [verdachte] antwoordt met “Hee [verdachte] ”. Ook zijn er meerdere berichten in de telefoon aangetroffen van het telefoonnummer van de vader van [verdachte] waarin hij de gebruiker van * [nummer] aansprak met “ [verdachte] ” en “m’n geliefde zoon”. [4]
De politie schrijft ook telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) toe aan [verdachte] . Hij zou in de periode van 21 augustus 2019 tot en met 19 september 2019 van dit nummer gebruik hebben gemaakt. * [nummer] maakte in de nachtelijke uren het meest gebruik van een cellid aan de [adres Cell-ID] , gelegen in de directe omgeving van de woning van [verdachte] . In de inbeslaggenomen telefoon van Celine [naam 2] , een vriendin van [verdachte] , zijn WhatsApp conversaties aangetroffen met * [nummer] waaruit blijkt dat zij en de gebruiker van * [nummer] een seksuele relatie hebben. In meerdere van deze berichten wordt de gebruiker van * [nummer] ‘ [verdachte] ’ genoemd. [5]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie aan [verdachte] toegeschreven, die er in de periode van 2 juli 2019 tot en met 7 augustus 2019 gebruik van zou hebben gemaakt. De politie baseert deze conclusie onder meer op de volgende omstandigheden. * [nummer] maakte in de nachtelijke uren het meest gebruik van een cell-id aan de [adres Cell-ID] , gelegen in de directe omgeving van de woning van [verdachte] aan de [adres] . * [nummer] had het meeste contact met telefoonnummers die werden gebruikt door de vader van [verdachte] en [naam 2] , vriendin van [verdachte] . Verder zijn in de telefoon van [naam 2] WhatsApp-berichten aangetroffen tussen haar en * [nummer] , waarin de gebruiker van * [nummer] ‘ [verdachte] ’ wordt genoemd. [6]
Telefoonnummer [nummer] (hierna * [nummer] ) wordt door de politie aan [verdachte] toegeschreven. Dit blijkt onder meer uit het onderzoek naar de onder [naam vriendin verdachte] [naam 2] (vriendin van [verdachte] ) in beslag genomen iPhone XS op 12 december 2019. [7] Dit nummer wordt ook gebruikt door [medeverdachte 8] . [8] [9]
Ook telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie aan [verdachte] toegeschreven. Er zijn meerdere gesprekken tussen * [nummer] van [naam 2] en * [nummer] afgeluisterd en de verbalisant herkent de stem van de gebruiker als zijnde de stem van [verdachte] . [10] Daarnaast blijkt uit onderzoek in de telefoon van [naam 2] dat op 16 oktober 2019 het contact ‘ [verdachte] ’ met telefoonnummer * [nummer] aan de contactenlijst werd toegevoegd. [11] Ten slotte blijkt uit enkele tapgesprekken dat de gebruiker van * [nummer] zichzelf [verdachte] noemt. [12]
Sky-ID’s en (PGP-)nummers die kunnen worden toegeschreven aan [medeverdachte 1]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 1] . De politie baseert deze conclusie onder meer op de omstandigheden dat * [nummer] veelal in de nacht gebruik maakte van cell-id’s in de omgeving van de [adres medeverdachte 1] , het woonadres van [medeverdachte 1] . Bij de aanhouding van [medeverdachte 1] op 20 november 2019 werd een iPhone aangetroffen met daarin de simkaart met het telefoonnummer * [nummer] . Verder heeft [medeverdachte 1] op 26 mei 2020 bij de rechter-commissaris verklaard dat de zwarte iPhone de telefoon is met nummer * [nummer] en dat hij die al jaren gebruikt. [13]
PGP-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie aan [medeverdachte 1] toegeschreven. [14] Tijdens de doorzoeking van de woning van [medeverdachte 1] op 20 november 2019 aan de [adres medeverdachte 1] werd in een zak op de salontafel in de woonkamer een PGP-toestel met goednummer 5839784 aangetroffen. [15] In dat PGP-toestel zat een simkaart met PGP-nummer * [nummer] . [16] Sky-ID [Sky-ID 1] met gebruikersnaam ‘ [bijnaam 1] ” bleek via de in de metadata geregistreerde gegevens van het IMEI-nummer ( [nummer] ) en historische verkeersgegevens te zijn gekoppeld aan * [nummer] . [17]
Sky-ID’s die kunnen worden toegeschreven aan [naam 1]
Uit onderzoek in de metadata in onderzoek WERL bleek dat [naam 1] vermoedelijk verschillende Sky-ID’s gebruikte. Deze Sky-ID’s vormen vier ‘lijnen’ waarbij accounts elkaar opvolgen en er per lijn met andere Sky-ID’s contact is. Volgens de politie kunnen op basis van dit onderzoek in de metadata onder meer de volgende Sky-ID’s aan [naam 1] worden toegeschreven:
  • Sky-ID [Sky-ID 2] met bijnamen ‘ [bijnaam 2] ’, ‘ [bijnaam 3] ’, ‘ [bijnaam 4] ’, ‘ [bijnaam 5] ’, ‘ [bijnaam 6] ’, ‘ [bijnaam 7] ’ en ‘’havana’;
  • Sky-ID [Sky-ID 3] met bijnamen ‘ [bijnaam 8] ’, ‘ [bijnaam 9] ’, ‘ [bijnaam 10] ’ en ‘Bro’;
  • Sky-ID [Sky-ID 4] met bijnaam ‘ [bijnaam 11] !’;
  • Sky-ID [Sky-ID 5] met bijnamen ‘ [bijnaam 12] ’ en ‘ [bijnaam 13] ’.
- Sky-ID [Sky-ID 6] met bijnamen [bijnaam 14] En [bijnaam 15] . [20]
Telefoonnummers en Sky-ID’s die kunnen worden toegeschreven aan [medeverdachte 2]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie aan [medeverdachte 2] toegeschreven en werd door hem gebruikt in de periode van 23 mei 2019 tot en met 30 september 2019. Dit wordt mede gebaseerd op de cell-id’s die het nummer het meest gebruikte na de nachtrustperiode, te weten de [adres Cell-ID] of de [adres Cell-ID] . Deze cell-id’s zijn gelegen in de omgeving van het woonadres van [medeverdachte 1] aan de [adres medeverdachte 1] , waar [medeverdachte 2] gedurende die periode verbleef. Verder blijkt uit afgeluisterde telecommunicatie dat * [nummer] frequent contact had met [broer medeverdachte 2] , de broer van [medeverdachte 2] . Ook had * [nummer] enkele gesprekken met [zus medeverdachte 2] en [moeder medeverdahte 2] , de zus en moeder van [medeverdachte 2] . [21] Ten slotte bleek ook uit stemherkenning uit opgenomen en afgeluisterde gesprekken dat [medeverdachte 2] de gebruiker was van * [nummer] . [22]
Volgens de politie is [nummer] (hierna: * [nummer] ) in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 september 2019 in gebruik geweest bij [medeverdachte 2] . Dit wordt onder meer gebaseerd op tapgesprekken, waarin de stem van [medeverdachte 2] wordt herkend als de stem van de gebruiker van * [nummer] . Uit een CIOT-bevraging blijkt dat [medeverdachte 2] als abonnementhouder van * [nummer] stond geregistreerd. [23]
Sky-ID [Sky-ID 7] met gebruikersnaam ‘ [gebruikersnaam 1] ’ is in de metadata actief in de periode van 20 november 2019 tot en met 25 november 2019. Volgens de politie was [medeverdachte 2] de gebruiker van Sky-ID [Sky-ID 7] . [24] Tijdens de doorzoeking van de woning aan de [adres] op 26 november 2019 werd een PGP-telefoon met IMEI-nummer [nummer] inbeslaggenomen. [25] [medeverdachte 2] stond op dit adres ingeschreven. [26] Uit de beschikbare SkyECC-metadata bleek dat het IMEI-nummer van de aangetroffen PGP-telefoon in de woning van [medeverdachte 2] gekoppeld was aan Sky-ID [Sky-ID 7] . [27]
PGP-nummers en Sky-ID’s die kunnen worden toegeschreven aan [medeverdachte 1] / [medeverdachte 2]
PGP-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) was actief in de periode van 18 augustus 2019 tot en met 18 september 2019 en wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] . De politie baseert deze conclusie onder meer op samenhang tussen de historische verkeersgegevens van * [nummer] en andere (PGP-)nummers van [medeverdachte 2] (* [nummer] en * [nummer] ) en [medeverdachte 1] (* [nummer] ). Verder maakte * [nummer] in de nachtelijke uren vooral gebruik van cell-id’s in de omgeving van de woning van [medeverdachte 1] aan de [adres medeverdachte 1] . Uit onderzoek is gebleken dat [medeverdachte 2] ook op dit adres verbleef. [medeverdachte 1] is van 18 augustus 2019 tot 30 augustus 2019 in Marokko geweest. * [nummer] is in die periode ook actief geweest in het Marokkaanse netwerk, wat erop wijst dat * [nummer] tussen 18 augustus 2019 en 30 augustus 2019 in gebruik was bij [medeverdachte 1] . * [nummer] werd gebruikt in een telefoon met IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ). [28] Aan dit IMEI-nummer is Sky-ID [Sky-ID 8] met bijnamen ‘ [bijnaam 16] ’, ‘ [bijnaam 17] ‘ en ‘ [bijnaam 18] ’ gekoppeld. Sky-ID [Sky-ID 8] wordt door de politie daarom ook aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] toegeschreven. [29]
Uit historische verkeersgegevens volgt dat PGP-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) is gebruikt in een telefoon met IMEI-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ). * [nummer] is op 7 mei 2019 geactiveerd. [30] Volgens de politie is * [nummer] in de periode van 25 juni 2019 tot en met 24 september 2019 in gebruik geweest bij [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] . De politie baseert deze conclusie – kort gezegd – op een analyse van historische telecomgegevens van * [nummer] in relatie tot andere nummers in gebruik bij [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Tijdens de reis naar Marokko van [medeverdachte 1] in de periode van 18 augustus 2019 tot 30 augustus 2019 heeft * [nummer] registraties in Nederland en is er samenhang te zien met * [nummer] en * [nummer] van [medeverdachte 2] . Voor het vertrek van [medeverdachte 1] naar Marokko zijn er meerdere dagen waarop * [nummer] samenhangende registraties heeft met * [nummer] van [medeverdachte 1] . Ook zijn er meerdere dagen waaruit niet expliciet valt op te maken of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] de gebruiker is van * [nummer] . * [nummer] maakte in de periode van nachtrust gebruik van cell-id’s aan de Wiardi Beckmanstraat en Koningsweg in Soest. In het onderzoek is gebleken dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] aan de [adres medeverdachte 1] verbleven. [31] Sky-ID [Sky-ID 9] met gebruikersnamen ‘ [gebruikersnaam 2] ’ en ‘ [gebruikersnaam 3] ’ wordt door de politie toegeschreven aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en is actief in de metadata in de periode van 24 juni 2019 tot en met 13 september 2019. [32] De politie baseert deze conclusie op de omstandigheid dat Sky-ID [Sky-ID 9] via IMEI-nummer * [nummer] aan * [nummer] kan worden gekoppeld. [33]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) werd volgens de politie zowel door [medeverdachte 1] als door [medeverdachte 2] gebruikt. * [nummer] is gebruikt in een telefoon met IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ). In afgeluisterde gesprekken worden zowel [medeverdachte 1] als [medeverdachte 2] op basis van hun stem herkend als de gebruiker van * [nummer] . Ook noemt [medeverdachte 1] in meerdere gesprekken zijn naam. Verder vertoont * [nummer] een vergelijkbaar bewegingspatroon ten opzichte van telefoonnummers van [medeverdachte 1] (* [nummer] ) en [medeverdachte 2] (* [nummer] ). [34]
PGP-nummer en Sky-ID die worden toegeschreven aan [verdachte] en [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2]
PGP-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie zowel aan [verdachte] , als aan [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] toegeschreven. Aan * [nummer] is IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ) gekoppeld. Uit de verkeersgegevens is gebleken dat * [nummer] ook is gebruik in een telefoon met IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ). [verdachte] zou in de periode van 18 augustus 2019 tot en met 24 september 2019 van * [nummer] gebruik hebben gemaakt. De politie baseert deze conclusie op de omstandigheid dat * [nummer] tijdens de nachtelijke uren het meest gebruik maakte van cell-id’s gelegen aan de [adres Cell-ID] en de [adres Cell-ID] . Deze cell-id’s liggen in de omgeving van de woning van [verdachte] . Verder blijkt uit een analyse van de telecombewegingen dat * [nummer] , een telefoonnummer dat in gebruik was bij [verdachte] (hierboven uiteengezet), op 18 augustus 2019 en in de periode van 19 augustus 2019 en 1 oktober 2019 op meerdere dagen ‘meebewoog’ met * [nummer] .
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] zouden volgens de politie in de periode van 8 oktober 2019 tot 19 november 2019 gebruik hebben gemaakt van * [nummer] . * [nummer] is in die periode namelijk meerdere malen actief in Soest. Op deze moment zijn * [nummer] van [medeverdachte 1] (hierboven uiteengezet) en * [nummer] van [medeverdachte 2] (hierboven uiteengezet) ook actief in Soest. [35]
Sky-ID [Sky-ID 10] met bijnamen ‘ [bijnaam 19] ’ en ‘ [bijnaam 20] ’ wordt via de geregistreerde IMEI-nummers, gekoppeld aan * [nummer] . Dit Sky-ID wordt door de politie daarom ook aan [verdachte] en [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] toegeschreven. [36]
(PGP-)nummers en Sky-ID’s die kunnen worden toegeschreven aan [medeverdachte 3]
Volgens de politie heeft [medeverdachte 3] in de periode van 9 juni 2019 tot en met 8 september 2019 gebruik gemaakt van telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ). De politie baseert dit onder meer op de historische verkeersgegevens van * [nummer] , waaruit blijkt dat [adres Cell-ID] de thuismast van het nummer was. Deze thuismast ligt in de omgeving van de woning van [medeverdachte 3] aan De [adres medeverdachte 3] . * [nummer] heeft in één toestel gezeten, te weten een iPhone met IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ). Dit toestel is op 8 september 2019 onder [medeverdachte 3] inbeslaggenomen. Uit WhatsApp-berichten blijkt dat de gebruiker van telefoonnummer [nummer] aan de gebruiker van het telefoonnummer * [nummer] vroeg welke naam en adres op een factuur kunnen komen. De gebruiker van * [nummer] antwoordde vervolgens: De [adres medeverdachte 3] , [medeverdachte 3] . [37]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie ook toegeschreven aan [medeverdachte 3] , die er in de periode van 13 augustus 2019 tot en met 8 september 2019 gebruik van zou hebben gemaakt. Dit baseert de politie onder meer op de volgende onderzoeksbevindingen. Het nummer heeft in één toestel gezeten, te weten de iPhone met IMEI-nummer * [nummer] . Dit toestel, met daarin de simkaart met telefoonnummer * [nummer] , is op 8 september 2019 onder [medeverdachte 3] in beslaggenomen. Verder maakt * [nummer] in de nacht veelal gebruik van een cell-id aan de [adres Cell-ID] , gelegen in de omgeving van het woonadres van [medeverdachte 3] . Ten slotte noemt de gebruiker van * [nummer] zich op WhatsApp “ [bijnaam 21] ”. Dit is de bijnaam van [medeverdachte 3] . [38]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie tevens toegeschreven aan [medeverdachte 3] . De politie baseert deze conclusie op de omstandigheid dat het telefoontoestel met IMEI-nummer [nummer] en telefoonnummer * [nummer] op 25 februari 2020 bij [medeverdachte 3] is aangetroffen. De meest gebruikte zendmast van * [nummer] ligt aan de [adres Cell-ID] , gelegen in de omgeving van de woning van [medeverdachte 3] . Verder heeft * [nummer] gemeenschappelijke contacten met telefoonnummers * [nummer] en * [nummer] , die ook in gebruik waren bij [medeverdachte 3] . [39] [40]
Volgens de politie is PGP-nummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) in gebruik geweest bij [medeverdachte 3] . * [nummer] bleek te zijn gekoppeld aan een telefoon met IMEI-nummer [nummer] (* [nummer] ). Deze telefoon is op 25 februari 2020 bij [medeverdachte 3] aangetroffen. Verder heeft * [nummer] op meerdere dagen in de periode van 13 september 2019 tot en met 26 oktober 2019 gezamenlijke reisbewegingen met telefoonnummer * [nummer] , dat ook bij [medeverdachte 3] in gebruik was. [41] [42] Sky-ID [Sky-ID 11] met bijnaam ‘ [bijnaam 22] ’ bleek aan IMEI-nummer * [nummer] te zijn gekoppeld. De politie schrijft dit Sky-ID daarom ook toe aan [medeverdachte 3] . Sky-ID [Sky-ID 11] is actief in de metadata in de periode van 15 oktober 2019 tot en met 26 februari 2020. [43] [44]
Telefoonnummer in gebruik bij [naam 2]
Telefoonnummer [nummer] (hierna: * [nummer] ) wordt door de politie toegeschreven aan [naam 2] , omdat het nummer op haar naam staat en uit opgenomen en afgeluisterde gesprekken en uit stemherkenning blijkt dat het nummer bij haar in gebruik is. [45]
4.3.1.3.
Verloop van het onderzoek Buizerd
Het onderzoek Buizerd is gestart na de diefstal van een witte Audi S4 met kenteken [kenteken] op 6 augustus 2019 rond half vier ‘s nachts in Utrecht. In de Audi zat een telefoonbaken waardoor de aangever kon zien waar de auto zich bevond. Hij had een camera gericht op de auto en kon zien dat deze was weggenomen door twee mannen.
Volgens het baken zou de Audi S4 staan op de Plesmanstraat te Soesterberg. Na controle door de politie werd in een parkeervak ter hoogte van perceel [nummer] een soortgelijk voertuig aangetroffen, voorzien van het kenteken [kenteken] . Dit kenteken bleek te horen bij een zwarte Audi A4 uit Enschede. De eigenaar van die Audi A4 had de kentekenplaten nog, dus vermoedelijk waren ze gedupliceerd. [46] [47]
De gestolen Audi was afkomstig uit 2010 en had nog geen ingebouwde Track and Trace. Omdat dit soort auto’s vaak wordt gebruikt voor ram- en plofkraken werd er door de politie een camera-auto bij de Audi geplaatst. De Audi is vervolgens, via tussenstops op verschillende locaties in Utrecht, naar de [adres] gegaan. Daar bleken garageboxen te staan en het vermoeden was dat de Audi omstreeks 21:23 uur in een garagebox was geplaatst.
De politie beschikte over TCI-informatie dat iemand, woonachtig in Utrecht op een adres in de buurt van de [adres] , bezig was met het voorbereiden van plofkraken en beschikte over snelle auto’s, waaronder Audi’s. Eén van de tussenstops van de Audi was ongeveer tegenover de woning van een persoon genoemd in de TCI-informatie. Daarom vond er op 8 augustus 2019, om 02:30 uur, een inkijk plaats in de garageboxen aan de [adres] , waarbij bleek dat drie garageboxen, nummers [nummer] , [nummer] en [nummer] , met elkaar verbonden waren. [48] Deze garageboxen worden hierna ‘de garagebox’ genoemd.
In de garagebox werd een witte Audi S4 met vals kenteken [kenteken] gezien. Op het achterwiel lag een gekloonde sleutel. [49] Aan de hand van het identificatienummer (VIN) van de auto werd vastgesteld dat dit de op 6 augustus 2019 gestolen Audi was. [50] Er stonden ook twee Renault Meganes in de garagebox, die beide gestolen bleken en beide waren voorzien van een duplicaatkenteken. Ook stonden er nog drie motorscooters in de garagebox. De Audi en één van de twee Renaults werden door de politie voorzien van een baken. Ook werd er een camera geplaatst die gericht was op de garagebox. [51]
Bij de inkijk op 10 augustus 2019 werd rond 01:20 uur gezien dat [verdachte] en [medeverdachte 2] ieder met twee gevulde jerrycans de garagebox inliepen. Vervolgens verlieten ze de garagebox, maar om 03:05 uur kwamen ze terug. [medeverdachte 2] opende de garagebox en hierna werd de Renault met vals kenteken [kenteken] (ZD 4) de garagebox uitgereden. Even later werd een donkere Audi met kenteken [kenteken] (ZD 8) de garagebox ingereden. [52] [53]
Op 14 augustus 2019 vond een tweede inkijk in de garagebox plaats, waarbij wederom de witte Audi met vals kenteken [kenteken] (ZD 3), een Renault Megane met vals kenteken [kenteken] (ZD 5) en een zwarte Audi met vals kenteken [kenteken] (ZD 8) werden gezien. Alle drie de kentekenplaten bleken lamineercodes uit één serie te hebben die niet uit een bestaande serie kwamen. Codes uit deze serie kwamen blijkens navraag bij het Landelijk informatiecentrum voertuigencriminaliteit in zaken met een diversiteit aan strafbare feiten terug, waaronder: dump van xtc-afval, liquidatie en ram- en plofkraak. In de garagebox werden ook een fles ammoniak, verpakkingen van bivakmutsen en werkhandschoenen aangetroffen. [54] Vervolgens heeft de politie ook binnen in de garagebox een camera geplaatst. [55]
Bij het uitkijken van de camerabeelden binnen en buiten de garagebox kwamen onder anderen de verdachten [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] , [verdachte] en [medeverdachte 4] in beeld als personen die in de garagebox kwamen. Zij kwamen daar in verschillende samenstellingen en op verschillende data en tijdstippen. [medeverdachte 2] is daar op zeventien dagen geweest, [medeverdachte 1] op veertien dagen, [medeverdachte 4] op drie dagen en [verdachte] twee keer op één dag, namelijk op 10 augustus 2019 om 01:20 uur en 03:05 uur, samen met [medeverdachte 2] . [56]
Op de beelden in de garagebox van 16 augustus 2019 om 00:17 uur, is te zien dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] mondkapjes en handschoenen droegen. In de loods had één van de mannen twee spuitbussen vast. [57] Omdat ammoniak gebruikt wordt om DNA-sporen te wissen en op de beelden mensen met mondkapjes en handschoenen stonden, ontstond bij het opsporingsteam het vermoeden dat men met mogelijk ernstiger feiten dan plofkraken te maken had, namelijk het voorbereiden dan wel faciliteren van liquidaties.
Dit vermoeden leidde tot een intensivering van het opsporingsonderzoek. Zo vonden er nadien nog meer inkijken plaats en werden er telefoons getapt en werd er Opnemen van Vertrouwelijke Communicatie (hierna: OVC)-apparatuur geplaatst in onder andere een Peugeot die door [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] werd gebruikt.
Ook op beelden van 19 augustus 2019 is te zien dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] in de garagebox aanwezig zijn en dat zij handschoenen en mondkapjes dragen. Ze lopen met jerrycans heen en weer naar voertuigen waarbij het erop lijkt dat die voertuigen worden voorzien van brandstof. [58] [59]
Op de beelden van 26 augustus 2019 liep [medeverdachte 2] met vier grote jerrycans uit de garagebox. [60]
Op de beelden van 8 september 2019 zijn [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] te zien in de garagebox, met handschoenen, een doosje en een fles die eruit zag als een fles schoonmaakmiddel. [61] [62]
Op de beelden van 13 september 2019 is te zien dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] weer in de garagebox waren. [medeverdachte 2] nam een volle jerrycan mee naar binnen. [63] Zij hadden handschoenen aan en waren bezig met een grote jerrycan waarop sta
ond: Super Cleaner. Even later werd de bij eerdere observaties ook al waargenomen zwarte Audi met (vals) kenteken [kenteken] naar buiten gereden en weer later werd de Audi terug de garagebox in gereden. [64] [65]
Op de beelden van 14 september 2019 is te zien dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] samen in de garagebox [66] waren en kwam even later de witte Audi S4 met (vals) kenteken [kenteken] naar buiten, bestuurd door [medeverdachte 2] [67] .
Op de beelden van 17 september 2019 is te zien dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] weer samen in de garagebox waren. Door [medeverdachte 2] werd een Audi A5 de garagebox ingereden. Er werden foto’s genomen en de auto werd schoongemaakt. [68] [69]
Op de beelden van 19 september 2019 is te zien dat [medeverdachte 1] en een onbekende man in de garagebox waren. De garagebox werd gesweept. [70] [71]
Op 20 november 2019 is tijdens een doorzoeking in de woning van [medeverdachte 1] aan de [adres medeverdachte 1] een huurovereenkomst aangetroffen van de [adres] . Het contract stond op naam van een ‘ [naam huurder] ’ als huurder en [naam verhuurder] als verhuurder. De ingangsdatum van het contract betrof 14 juni 2019 en de duur was voor één jaar. Op het contract stond als telefoonnummer van [naam huurder] het nummer [nummer] . Dit telefoonnummer werd gebruikt door [medeverdachte 2] . [72]
Op 26 november 2019 vonden er wederom diverse doorzoekingen plaats. De garagebox aan de [adres] is op die dag doorzocht en ook de woning van [medeverdachte 2] aan de [adres medeverdachte 2] , de berging van de woning van de zus van [medeverdachte 2] aan het [adres zus medeverdachte 2] en de woning van [verdachte] aan de [adres] zijn doorzocht.
In de garagebox aan de [adres] zijn de Audi’s uit ZD 6, ZD 7 en ZD 8 en de motorscooter uit ZD 11 aangetroffen. Tevens zijn onder meer aangetroffen: twee flessen ammoniak, een fles wasbenzine, een spuitfles reiniger, een doos latex handschoenen, een plastic zak met zestien zwarte petjes, een plastic zak met vier zwarte wollen collen en een plastic zak met aanstekers. [73]
In de berging van de woning van de zus van [medeverdachte 2] ( [adres zus medeverdachte 2] ) zijn twee rugtassen met vijf jammers, autodiefstalapparatuur, navigatieapparatuur en een kentekenplaat ( [kenteken] ) aangetroffen. [74] [75] [76]
In de woning waar [medeverdachte 2] woonde ( [adres] ) is een bivakmuts aangetroffen en een document met instructies voor het programmeren van sleutels en het maken van een noodstart van een Renault. [77] [78]
In de woning van [verdachte] ( [adres] ) is een gedetineerdenagenda aangetroffen met daarin telefoonnummers die in het onderzoek werden toegeschreven aan onder anderen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 8] . [79] [80]
Op 12 mei 2020 zijn in de schuur van de woning van de grootouders van [medeverdachte 7] aan de [adres] valse kentekenplaten ( [kenteken] ) aangetroffen. Werktuigsporen op dit kenteken bleken overeen te komen met sporen op andere kentekenplaten in het onderzoek. Ook werden er zes honkbalknuppels, tien klauwhamers en twee voorhamers aangetroffen. [81]
Uiteindelijk heeft het onderzoek Buizerd ten aanzien van [verdachte] geleid tot meerdere verdenkingen met betrekking tot gestolen voertuigen. Daarnaast heeft het onderzoek Buizerd geleid tot verdenking van [verdachte] van betrokkenheid bij de voorbereiding en de uitvoering van het geweldsincident met betrekking tot [slachtoffer] en tot de verdenking dat hij heeft deelgenomen aan een criminele organisatie.
4.3.1.4.
OVC-gesprekken in de Nissan Micra
Op 20 november 2019 is OVC-apparatuur geplaatst in de Nissan Micra met kenteken [kenteken] die op naam staat van de moeder van [naam 2] . In de Nissan Micra hebben gesprekken plaatsgevonden die zijn opgenomen en uitgewerkt, onder andere op 26 november 2019, tussen een vrouw en een man. De vrouw is herkend als [naam 2] en zij is tijdens de gesprekken ook [naam vriendin verdachte] genoemd. De man is herkend als [naam 3] . Tijdens de gesprekken wordt ook de naam [verdachte] (de rechtbank begrijpt: [verdachte] ) meermalen genoemd. [82] Ook de namen [voornaam 1] , [voornaam 2] , [voornaam 3] en [bijnaam 21] worden genoemd. [83] [voornaam 1] is de voornaam van verdachte [medeverdachte 1] , [voornaam 2] de voornaam van verdachte [medeverdachte 8] , [voornaam 3] een verkleining van de voornaam van verdachte [medeverdachte 2] en [bijnaam 21] is een bijnaam van verdachte [medeverdachte 3] . Gelet op de context waarbinnen deze namen worden genoemd en gelet op de bewijsmiddelen die bij de bespreking van de afzonderlijke zaaksdossiers nog aan de orde komen, begrijpt de rechtbank dat in de OVC-gesprekken ook over deze verdachten werd gesproken.
Samengevat en zakelijk weergegeven wordt in sessie 192827 onder andere het volgende besproken. In de ochtend van 26 november 2019 is het huis van [verdachte] doorzocht en ook bij anderen hebben huiszoekingen plaatsgevonden. De Renault Megane die is gevonden heeft [naam 2] samen met [verdachte] ergens tussen Rotterdam en Den Haag weggebracht. Ze reden achter elkaar aan en zijn nog gestopt bij een benzinepomp. De politie heeft zelfs sporen van [medeverdachte 1] in die Renault Megane gevonden. [medeverdachte 1] heeft ‘zwaar gecasht’. [naam 2] heeft vaak met [verdachte] , met zijn eigen geld, handschoenen gehaald voor [medeverdachte 1] en [verdachte] heeft daar niet eens voor betaald gekregen. [medeverdachte 1] praatte met zijn neef met een PGP-telefoon en ze lieten [verdachte] klusjes doen, maar ze betaalden hem niet. [verdachte] heeft veel auto’s voor [medeverdachte 1] geregeld, vooral heel veel Audi’s en Renaultjes toen hij op pad was met [medeverdachte 3] . [medeverdachte 3] heeft daar wel veel aan verdiend maar het wordt [verdachte] niet gegund. Ook bij [medeverdachte 2] is er een doorzoeking geweest en als ze zijn PGP-telefoon hebben gevonden, dan is het klaar. [verdachte] heeft met iemand gebeld en heeft een kenteken doorgegeven en op dat moment kwam de politie met een takelwagen voor de Audi.
Bij de molen bij Oudenoord is er iemand ‘helemaal de kanker in geslagen’. Dat is ook in het nieuws geweest. [verdachte] moest dat eigenlijk doen met [medeverdachte 8] . Daar stond ook al een busje voor gereed met allemaal spullen er in, waaronder mokers, om iemand knock-out te slaan. [verdachte] had zijn bivakmuts met DNA in het busje laten liggen en dat busje is in beslag genomen. Hij heeft vanuit zijn huis gefilmd dat het busje werd weggesleept. Ze hadden het busje nog in de fik willen steken. [84]
Aansluitend op dit gesprek vindt het met sessienummer 195836 plaats. Tijdens dit gesprek tussen [naam 2] en [naam 3] wordt een opname afgespeeld van een uitzending van ‘De wereld draait door’, die onder andere gaat over de moord op [naam advocaat] . Gesproken wordt over het aanhouden van de neef van [naam 4] . In de uitzending wordt in dat verband het aantreffen van een uitgebrande Renault Megane genoemd. Daarop vraagt [naam 3] aan [naam 2] waar ze ‘hem’ hadden gebracht, waarop [naam 2] zegt dat ze er op de navigatie naartoe zijn gereden. [85]
De rechtbank is van oordeel dat bovengenoemde OVC-gesprekken gebruikt kunnen worden voor het bewijs, nu wat is besproken in die gesprekken op meerdere punten verankering vindt in het dossier, zoals uit de bewijsmiddelen naar voren komt, en de rechtbank geen aanleiding ziet die uitlatingen als onwaar of onbetrouwbaar te beschouwen. [naam 2] bevond zich in een voor haar veilige omgeving in de auto van haar moeder die zij gebruikte, zij waande zich onbespied en zij heeft uit eigen waarneming verteld over situaties waar zij bij was, zoals het samen met [verdachte] wegbrengen van een Renault Megane op 17 september 2019. Dit vindt steun in het dossier, zoals hierna onder 4.3.1.5 (ZD 4) blijkt. Uit de bewijsmiddelen genoemd onder 4.3.1.6 (ZD 5) blijkt verder dat zij ook op 16 september 2019 samen met [verdachte] was, in Nijmegen. Het is gelet daarop aannemelijk dat zij, als vriendin van [verdachte] , op de hoogte was van wat er speelde en dat zij wist waar zij het over had.
4.3.1.5.
ZD 4: diefstal en/of heling van Renault Megane ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] worden ervan beschuldigd de Renault Megane met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld. In het dossier Pulheim staat beschreven dat deze Renault is gebruikt bij de voorverkenningen op het kantoor en woonadres van [naam advocaat] . Medeverdachte [medeverdachte 1] is veroordeeld voor onder meer medeplichtigheid aan de moord op [naam advocaat] [86] . Die moord maakt onderdeel uit van het zaaksdossier criminele organisatie, waarvan [medeverdachte 2] wordt verweten daaraan deel te hebben genomen. Vanwege die verdenking gaat de rechtbank in deze passage wat dieper in op deze Renault en de betrokkenheid van de verschillende verdachten bij deze Renault.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. Wel acht de rechtbank bewezen dat [verdachte] zich samen met [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] heeft schuldig gemaakt aan medeplegen van opzetheling.
Medeplegen van opzetheling door [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2]
In de nacht van 24 juni 2019 op 25 juni 2019 wordt een grijze Renault Megane met kenteken [kenteken] gestolen in Nieuwegein. [87]
Het telefoonnummer van deze Renault Megane, [nummer] , maakt op 5 augustus 2019 om 05:45 uur gebruik van de zendmast [adres Cell-ID] . Het telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [medeverdachte 2] , maakt om 05:21 uur ook gebruik van de zendmast [adres Cell-ID] . [88] Deze zendmast is een van de zendmasten waarmee vanaf de nabije omgeving van de garagebox aan de [adres] verbinding kan worden gelegd. [89]
Om 10:16 uur wordt het MAC-adres, gekoppeld aan een Peugeot met kenteken [kenteken] , geregistreerd op de [adres] . Deze Peugeot stond op naam van de vader van [medeverdachte 1] en werd gebruikt door [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . [90] Om 10.19 uur maakt het telefoonnummer van de Renault Megane gebruik van een zendmast in de buurt van de [adres] , namelijk de [adres] . Het telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [medeverdachte 1] , straalt om 10:30 uur de zendmast Manitodreef in Utrecht aan. [91]
Op 8 augustus 2019 wordt de Renault Megane, voorzien van valse kentekenplaten [kenteken] , aangetroffen bij de eerste inkijk in de garagebox aan de [adres] . [92]
Op 10 augustus 2019 dragen [verdachte] [93] en [medeverdachte 2] [94] om 01:19 uur beiden twee gevulde jerrycans de garagebox in. [verdachte] rijdt de Renault Megane met valse kentekenplaten [kenteken] om 03:07 uur de garagebox uit, waarna [medeverdachte 2] de garagebox afsluit. [verdachte] rijdt weg met de Renault Megane. Ongeveer een half uur later rijden zij een andere gestolen auto (Audi met kenteken [kenteken] , ZD 8) de garagebox in. [95] [96] [97]
Om 02:51 uur maakt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 1] gebruik van de zendmast [adres Cell-ID] . Het telefoonnummer van de Renault Megane maakt om 03:07 uur gebruik van deze zendmast. Om 02:54 uur maakt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 2] gebruik van de zendmast Concordiastraat 68 in Utrecht. De zendmast Nevadadreef 25 in Utrecht wordt om 03:20 uur aangestraald door het telefoonnummer van de Renault Megane en om 03:51 uur door het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 1] . [98]
De zendmast Nevadadreef 25 in Utrecht wordt op 12 augustus 2019 om 03:51 uur aangestraald door het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 2] en om 04:52 uur door het telefoonnummer van de Renault Megane. Om 04:55 uur is er een ANPR-registratie van het valse kenteken [kenteken] van de Renault Megane in de buurt van waar het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 2] tijdens een belbeweging op hetzelfde tijdstip aanstraalt. Om 05:59 uur maakt het telefoonnummer van de Renault Megane gebruik van de zendmast Van Leijenberghlaan in Amsterdam. [99]
Op 14 augustus 2019 maakt het telefoonnummer van de Renault Megane om 01:47 uur weer gebruik van de zendmast Nevadadreef 25 in Utrecht. Het telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [verdachte] , heeft om 01:42 uur een belbeweging en straalt de zendmast [adres Cell-ID] aan.
Ook om 02:12 uur maakt het telefoonnummer van de Renault Megane gebruik van de zendmast Nevadadreef 25 in Utrecht. De telefoonnummers van [medeverdachte 2] (* [nummer] ) en [medeverdachte 1] (* [nummer] ) stralen om respectievelijk 02:46 en 02:47 uur de zendmast [adres Cell-ID] aan tijdens een inkomend sms-bericht en een belbeweging. [100]
Het telefoonnummer van de Renault Megane maakt op 16 augustus 2019 om 03:41 uur gebruik van de zendmast Van Rensselaerlaan/Hollantlaan 7 in Utrecht. Op hetzelfde tijdstip straalt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 1] tijdens een belbeweging de zendmast Papendorpseweg in Utrecht aan. Om 03:43 uur straalt het telefoonnummer * [nummer] van [verdachte] tijdens een inkomend sms-bericht de zendmast Van Rensselaerlaan/Hollantlaan aan. [101] Om 11:10 uur maakt het telefoonnummer van de Renault Megane gebruik van de zendmast Van Leijenberghlaan 221 in Amsterdam. [102]
Op 19 augustus 2019 maakt het telefoonnummer van de Renault Megane om 05:22 uur gebruik van de zendmast Beneluxlaan 80 in Utrecht. Het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 2] maakt om 05:29 uur gebruik van dezelfde zendmast. [103]
Op 20 augustus 2019 stralen de telefoonnummers van [medeverdachte 2] (* [nummer] en * [nummer] ) en [verdachte] (* [nummer] ) om respectievelijk 04:57 uur, 05:19 uur en 05:09 uur tijdens belbewegingen de zendmast Beneluxlaan 80 in Utrecht aan. Het telefoonnummer van de Renault Megane maakt om 05:19 uur ook gebruik van dezelfde zendmast. [104] Tussen 06:58 uur en 09:08 uur is de Renault Megane in Amsterdam. [105]
Zowel het telefoonnummer van de Renault Megane als dat van [medeverdachte 2] (* [nummer] ) maken op 21 augustus 2019 om 05:13 uur gebruik van de zendmast Beneluxlaan 80 in Utrecht. [medeverdachte 2] belt naar [verdachte] , die op dat moment in Weert is. [106]
Op 29 augustus 2019 straalt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 2] om 05:22 uur de zendmast Tigrisdreef in Utrecht aan. De Renault Megane maakt om 05:24 uur gebruik van de zendmast Nevadadreef 25 in Utrecht. [107]
Op 17 september 2019 om 19:15 uur maakt de Renault Megane verbinding met een zendmast aan de Yokohamadreef in Utrecht. Telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [medeverdachte 2] , en telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [medeverdachte 1] , bevinden zich rond dit tijdstip in de omgeving van de Renault Megane. Ook telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [verdachte] , is in die omgeving en heeft op dat moment contact met het telefoonnummer van [naam 2] ( [nummer] ). [108]
[verdachte] (* [nummer] ) belt om 19:29 uur naar [medeverdachte 2] (* [nummer] ). Zij maken dan beiden gebruik van de zendmast Reinesteijnseweg in Nieuwegein. [109] Tijdens dat gesprek vraagt [verdachte] (beller * [nummer] ) waar ze met die Micra naartoe moeten, waarop [medeverdachte 2] (gebelde * [nummer] ) antwoordt met ‘zelfde adres bro’. [110] [111]
Op 17 september 2019 om 19:56 uur worden de Renault Megane en de Peugeot met kenteken [kenteken] kort na elkaar gescand door een camera op de locatie Papendorp in Utrecht. De Renault Megane en de Peugeot waren ook op 26 juni 2019 om 19:08 uur kort na elkaar gescand door dezelfde camera op de locatie Papendorp in Utrecht.
De telefoonnummers van [medeverdachte 1] (* [nummer] ) en [medeverdachte 2] (* [nummer] ) stralen op 17 september 2019 om respectievelijk 20:09 uur en 20:10 uur de zendmast Papendorpseweg in Nieuwegein aan. Tijdens het telefoongesprek dat [medeverdachte 1] om 20:02 uur met zijn moeder voert op het moment dat zijn telefoon in Papendorp aanstraalt zegt hij dat hij samen met [medeverdachte 2] is. [112] [113] [114]
Om 20:20 uur hebben de telefoonnummers * [nummer] van [verdachte] en * [nummer] van [naam 2] contact met elkaar. Zij bevinden zich op dat moment rond de A12 bij De Meern. [115] Uit onderzoek is gebleken dat [verdachte] en [naam 2] de Renault Megane naar Bergschenhoek hebben gebracht. Om 20:31 uur hebben beide telefoonnummers meermalen contact met elkaar, zij bevinden zich op dat moment in de omgeving van Bodegraven. Van de Renault Megane is er twee minuten eerder, om 20:29 uur, een ANPR-registratie. Om 20:58 uur zijn beide telefoons in de omgeving van Bergschenhoek. [116] [117]
Om 21:07 uur belt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 1] naar het telefoonnummer * [nummer] van [verdachte] . [medeverdachte 1] vraagt of het is gelukt, waarop [verdachte] bevestigend antwoordt. [verdachte] zegt verder dat hij terug onderweg is en legt uit waar hij hem heeft gezet. [medeverdachte 1] belt ook om 22:33 uur naar [verdachte] en vraagt waar hij de sleutel heeft gedaan. [verdachte] zegt dat de sleutel linksonder, linksachter bij de bestuurderskant ligt. [medeverdachte 1] vraagt of hij niet door iemand is gezien, waarop [verdachte] antwoordt met ‘nee, zeker niet’. [118] [119] [120]
Om 22:41 uur belt [verdachte] (* [nummer] ) naar [medeverdachte 2] (* [nummer] ) en vraagt of het is gelukt, waarop [medeverdachte 2] antwoordt dat hij het niet weet en zo wordt gebeld. [121] [122]
Om 22:52 uur zijn [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] op de camerabeelden van de [adres] samen te zien in de garagebox. [123] De Renault Megane maakt om 22:52 uur verbinding met een zendmast in Bergschenhoek. [verdachte] (* [nummer] ), [medeverdachte 1] (* [nummer] ) en [medeverdachte 2] (* [nummer] en * [nummer] ) zijn rond dit tijdstip in Utrecht. [124]
[medeverdachte 1] heeft in een schriftelijke verklaring over de twee Renault Megane’s in de garagebox verklaard dat hij deze auto op verzoek van een jongen uit de buurt heeft gestald in zijn loods. De jongen vroeg hem of hij een plek wist om een paar van zijn auto’s te stallen die de jongen ‘omkatte of kloonde zodra ze heet zouden worden’. Hij had ook andere auto’s in zijn loods staan. Ook heeft hij verklaard regelmatig auto’s te sweepen en zijn sweeper uit te lenen. Hij heeft ook de Renault Megane in dit zaaksdossier gesweept. Over het wegbrengen van deze Renault Megane naar Bergschenhoek heeft [medeverdachte 1] verklaard dat [verdachte] dit desgevraagd voor hem heeft gedaan, dat [verdachte] de auto in Bergschenhoek heeft geparkeerd en de sleutel op de achterband heeft gelegd. [medeverdachte 1] heeft ook verklaard dat zij elkaar toen hebben gebeld. [125]
[verdachte] heeft ter terechtzitting van 9 oktober 2023 verklaard dat hij op verzoek van [medeverdachte 1] een auto naar Bergschenhoek heeft verplaatst, de sleutel op de band heeft gelegd en [medeverdachte 1] heeft laten weten waar de auto stond. [126]
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen, in samenhang met de bewijsmiddelen onder 4.3.1.1, 4.3.1.2 en 4.3.1.3, het volgende vast.
De Renault Megane is in de nacht van 24 juni op 25 juni 2019 gestolen en stond op 8 augustus 2019 in de garagebox die door [medeverdachte 1] werd gehuurd en beheerd. Bij de huur van deze garagebox is het telefoonnummer van [medeverdachte 2] opgegeven en [medeverdachte 2] en [verdachte] hadden toegang tot de garagebox. [medeverdachte 2] heeft de garagebox in bijzijn van [verdachte] afgesloten. Op 10 augustus 2019 is de Renault Megane in de nacht door [verdachte] de garagebox uitgereden, nadat hij en [medeverdachte 2] ieder met twee volle jerrycans de garagebox in waren gegaan. Daarna hebben zij een andere gestolen auto in de garagebox geplaatst. Blijkens de OVC-gesprekken van [naam 2] in de Nissan Micra hield [verdachte] zich wel vaker bezig met gestolen Renaults voor [medeverdachte 1] en hebben zij en [verdachte] deze Renault Megane samen weggebracht. [verdachte] heeft in zijn eigen zaak verklaard dat hij op verzoek van [medeverdachte 1] een auto naar Bergschenhoek heeft gebracht en daarover contact heeft gehad met [medeverdachte 1] . Uit de reis- en belbewegingen blijkt dat [medeverdachte 2] , [verdachte] en [medeverdachte 1] op meerdere momenten in de nachtelijke uren bij of in de Renault Megane aanwezig zijn geweest.
De rechtbank is van oordeel dat uit het voorgaande blijkt dat [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en deze Renault Megane voorhanden hebben gehad en daarbij nauw en bewust hebben samengewerkt. Gelet op de hiervoor aangehaalde schriftelijke verklaring van [medeverdachte 1] , de gang van zaken met betrekking tot de Renault Megane en het gegeven dat in de garagebox meerdere gestolen voertuigen zijn aangetroffen (zoals hierna beschreven), waarvoor geen van de verdachten een aannemelijke ontzenuwende verklaring heeft gegeven, gaat de rechtbank ervan uit dat niet alleen [medeverdachte 1] , maar ook [medeverdachte 2] en [verdachte] wisten dat deze Renault Megane van diefstal afkomstig was. Daarmee is het medeplegen van opzetheling bewezen.
4.3.1.6.
ZD 5: diefstal en/of heling van Renault Megane ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] worden ervan beschuldigd de Renault Megane met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. De rechtbank vindt medeplegen van opzetheling door [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] wel bewezen.
Medeplegen van opzetheling door [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2]
Op 27 juni 2019 wordt een zwarte Renault Megane met kenteken [kenteken] gestolen in Utrecht. [127]
Deze Renault Megane wordt op 8 augustus 2019 bij de inkijk in de garagebox aan de [adres] aangetroffen. Op dat moment heeft de Renault Megane het valse kenteken [kenteken] . [128] De Renault Megane wordt door de politie voorzien van een baken en OVC-apparatuur. [129]
Ook bij de inkijk op 14 augustus 2019 wordt de Renault Megane in de garagebox aangetroffen, samen met andere gestolen voertuigen met valse kentekenplaten (ZD 3 en ZD 8). Alle lamineercodes van de valse kentekenplaten, die in dezelfde serie zaten, komen uit een niet bestaande serie. [130] [131]
Op 16 augustus 2019, omstreeks 01:46 uur, gaan twee mannen de garagebox in en kort daarna wordt de Renault Megane de garagebox uitgereden. Deze mannen zijn op de beelden bij de garagebox herkend als [medeverdachte 1] [132] en [medeverdachte 4] [133] . [medeverdachte 1] verlaat de garagebox later dan de Renault Megane en gaat na enkele minuten weer de garagebox binnen. Om 02:13 uur wordt een zwarte Audi Cabriolet (ZD 7) de garagebox binnen gereden. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] zijn in de garagebox met handschoenen aan en mondkapjes op en verlaten de garagebox om 02:22 uur. [134]
Blijkens bakengegevens komt de Renault Megane op 22 augustus 2019 omstreeks 05:39 uur in beweging en komt deze omstreeks 05:42 uur aan op een parkeerplaats aan de Kooijdijk in Westbroek. [135] De Renault Megane wordt daar rond 06:00 uur aangetroffen. Op de Kooijdijk staat op acht meter afstand van de Renault Megane ook de Peugeot 208 met kenteken [kenteken] geparkeerd. [136]
In de OVC-gesprekken die in de Renault Megane zijn gevoerd, worden de stemmen van [medeverdachte 2] en [verdachte] herkend. [medeverdachte 2] rijdt op 12 september 2019 in de Renault Megane [137] en [verdachte] op 27 augustus 2019 [138] , 15 september 2019 [139] en 16 september 2019. Op die laatste dag zegt [verdachte] tegen [naam 2] dat hij in Nijmegen is en door haar opgehaald wil worden. [140]
Op 16 september 2019 om 19:47 uur maakt de Renault Megane gebruik van de zendmast Utrecht Overvecht en om 20:06 uur van die in Utrecht Lombok. De telefoon met nummer * [nummer] , in gebruik bij [verdachte] , is om 20:04 uur in Lombok. De zendmast waarvan dit nummer gebruik maakt is in de buurt van het gebied waar de Renault zich om 20:06 uur bevindt. [141] De telefoon met nummer * [nummer] beweegt richting Nijmegen. Om 20:50 uur is er een ANPR hit op de gedupliceerde kentekenplaten [kenteken] in de richting van Nijmegen ter hoogte van Deest. De telefoon met nummer * [nummer] maakt rond datzelfde tijdstip gebruik van een zendmast ter hoogte van Afferden.
Om 21:03 maakt * [nummer] gebruik van een zendmast die dekking geeft op het gebied Malvert. Om 21:39 uur zijn er weer locatiegegevens in Nijmegen van de Renault Megane in de omgeving van de zendmast waar de telefoon van [verdachte] gebruik van heeft gemaakt. [142] De telefoon van [verdachte] maakt tussen 21:30 uur en 22:46 uur gebruik van een zendmast in Nijmegen en heeft in deze periode meermalen contact met * [nummer] , in gebruik bij [naam 2] . [verdachte] wordt om 22:46 uur gebeld door nummer * [nummer] , in gebruik bij [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] vraagt waar [verdachte] is en [verdachte] zegt dat hij nog daar is. Om 22:44 uur is nummer * [nummer] van [naam 2] ook in Nijmegen, komend vanuit Utrecht. [143] Om 00:53 uur zijn [verdachte] en [naam 2] weer in Utrecht. [144]
De Renault Megane blijft achter in Nijmegen en op 19 september 2019 wordt vastgesteld dat de auto is geplaatst in een garagebox aan de [adres] . Bij een inkijkoperatie op 21 september 2019 wordt de Renault Megane met het valse kenteken [kenteken] in die garagebox aangetroffen. [145]
Op 26 november 2019 vindt een doorzoeking plaats in de garagebox aan de [adres] en wordt de Renault Megane daar aangetroffen en inbeslaggenomen. [146]
[verdachte] heeft ter terechtzitting verklaard dat hij ‘niet zo goed’ weet of hij in deze auto heeft gereden.
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen, in samenhang met de bewijsmiddelen onder 4.3.1.2, 4.3.1.3 en 4.3.1.4, het volgende vast.
De op 27 juni 2019 in Utrecht gestolen Renault Megane is daarna in de garagebox aan de [adres] geplaatst en op 16 augustus 2019 weer uit de garagebox gereden, in bijzijn van [medeverdachte 1] , waarna een andere gestolen auto in de garagebox is geplaatst. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] waren toen met handschoenen en mondkapjes in de garagebox aanwezig en hebben de garagebox op 16 augustus 2019 tegen half drie in de nacht verlaten. De Renault Megane is op 22 augustus 2019 achtergelaten op een parkeerplaats in Westbroek, waar ook de Peugeot 208, in gebruik bij [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , geparkeerd stond. [medeverdachte 2] en [verdachte] hebben beiden in de Renault Megane gereden. [verdachte] heeft dit voor het laatst gedaan op 16 september 2019. Hij heeft deze auto toen naar Nijmegen gereden en hem daar in een garagebox geparkeerd. Toen [verdachte] in Nijmegen was, heeft hij telefonisch contact gehad met [medeverdachte 2] en hem verteld dat hij daar nog was. [verdachte] is in Nijmegen opgehaald door [naam 2] en zij zijn samen teruggereden naar Utrecht, vermoedelijk in haar Nissan Micra. De Renault Megane is in Nijmegen achtergebleven.
De rechtbank is van oordeel dat uit het voorgaande blijkt dat [verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] deze Renault Megane voorhanden hebben gehad, dat zij daarbij nauw en bewust hebben samengewerkt en dat zij wisten dat deze auto van diefstal afkomstig was, mede gelet op het feit dat zij ook een andere gestolen Renault Megane (ZD 4) onder zich hebben gehad. Het medeplegen van opzetheling is daarmee bewezen.
4.3.1.7.
ZD 3: diefstal en/of heling van Audi S4 ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] worden ervan beschuldigd de Audi S4 met kenteken [kenteken] , valse kentekens [kenteken] en [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. De rechtbank spreekt [verdachte] , in navolging van de officier van justitie en de verdediging, ook vrij van opzetheling en schuldheling van deze auto, nu evenmin kan worden vastgesteld dat hij deze auto op enig moment voorhanden heeft gehad.
4.3.1.8.
ZD 8: diefstal en/of heling van Audi S4 ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] worden ervan beschuldigd de Audi S4 met kenteken [kenteken] (de rechtbank leest dit als: [kenteken] ), valse kentekens [kenteken] en [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt bewezen dat [verdachte] deze auto samen met [medeverdachte 3] heeft gestolen en spreekt hem vrij van opzetheling en schuldheling daarvan, omdat niet vastgesteld kan worden dat [verdachte] na de diefstal en aflevering van deze auto daarmee nog enige betrokkenheid heeft gehad.
Diefstal in vereniging door [verdachte] en [medeverdachte 3]
Tussen 8 augustus 2019 om 17:45 uur en 9 augustus 2019 om 05:45 uur wordt een zwarte Audi S4 met kenteken [kenteken] en chassisnummer [nummer] gestolen in Zandvoort. [147]
Op 8 augustus 2019 rond 22:00 uur spreekt [medeverdachte 3] onder zijn artiestennaam [bijnaam 21] via WhatsApp met een zekere [naam 5] . [medeverdachte 3] zegt dat hij denkt dat de jongens meteen door willen, dat hij met ‘hete namen’ is en dat hij niet perse zijn kop hoeft te verbranden ‘in een lounge vol met recchas’, waarmee vermoedelijk undercover politieagenten worden bedoeld. [naam 5] spreekt verder over het verliezen van DNA in een S5, waarmee waarschijnlijk een Audi S5 wordt bedoeld. [148] [149] In de inbeslaggenomen iPhone 8 telefoon van [medeverdachte 3] staat ook een raptekst waarin onder andere wordt gesproken over een Audi RS5. [150]
Op 9 augustus 2019 om 00:27 uur ontvangt [medeverdachte 3] (* [nummer] ) via WhatsApp een filmpje van [verdachte] (* [nummer] ) met beelden van Opsporing Verzocht van plofkraken en een videoclip met rapmuziek over plofkraken. Vanaf 00:41 uur hebben zij contact met elkaar via Instagram. [verdachte] vraagt waar [medeverdachte 3] is en zegt dat hij eraan komt. [151]
Ongeveer een uur later, om 01:36 uur, straalt het telefoonnummer * [nummer] van [medeverdachte 3] een zendmast aan in Zandvoort. Even daarvoor, om 01:02 uur, geeft de Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] een ANPR-registratie op de N205 Spanjaardlaan in Heemstede. De huurder van deze Volkswagen Polo is [medeverdachte 3] . [verdachte] maakt ook gebruik van deze auto. [152] Om 02:08 uur is de gebruiker van * [nummer] weer in Utrecht en heeft dan meerdere belbewegingen met het telefoonnummer * [nummer] , in gebruik bij [verdachte] . [153] Om 03:14 uur gebruikt [medeverdachte 3] de app ‘Qenteken’ waarmee voertuiggegevens opgevraagd kunnen worden. [154]
Op 9 augustus 2019 vanaf 15:45 uur is er berichtencontact tussen [medeverdachte 3] en een zekere [naam 6] . [naam 6] vraagt of het is gelukt, waarop [medeverdachte 3] zegt: ‘Je kent met toch. Je luistert me muziek toch. Dan weet je genoeg. Hele snelle jongen uit de grensstreek. Manne hier denken dat ik tovenaar ben’. [155]
[verdachte] [156] en [medeverdachte 2] [157] zijn herkend op de camerabeelden van de [adres] . Op die beelden is te zien dat een zwarte Audi, op dat moment voorzien van het valse kenteken [kenteken] , op 10 augustus 2019 om 03:33 uur de garagebox wordt binnengereden, nadat de Renault Megane met kenteken [kenteken] (ZD 4) de garagebox was uitgereden. [medeverdachte 2] is degene die de deur van de garagebox opent en [verdachte] is degene die de Audi naar binnen rijdt. [158]
Bij de inkijk op 14 augustus 2019 in de garagebox aan de [adres] wordt de zwarte Audi S4 met chassisnummer [nummer] , inmiddels voorzien van de valse kentekenplaten [kenteken] , samen met andere gestolen voertuigen (ZD 3 en ZD 5) met valse kentekenplaten, aangetroffen. De autosleutel ligt op het achterwiel aan de bestuurderszijde.
Alle lamineercodes van de valse kentekenplaten, die in dezelfde serie zaten, komen uit een niet bestaande serie. [159] [160]
In OVC-gesprekken in de Nissan Micra hebben [naam 2] en [naam 3] het erover dat [verdachte] ( [verdachte] ) en [medeverdachte 3] ( [bijnaam 21] ) heel wat Audi’s en Renaults hebben gepakt. [161]
De Audi S4 met vals kenteken [kenteken] wordt aangetroffen bij de doorzoeking in de garagebox aan de [adres] op 26 november 2019 en daar inbeslaggenomen. [162] Deze garagebox, waar onder andere gestolen voertuigen in werden gestald, werd gehuurd en beheerd door [medeverdachte 1] .
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen, in samenhang met de bewijsmiddelen onder 4.3.1.2, 4.3.1.3 en 4.3.1.4, het volgende vast.
Uit het berichtenverkeer tussen onder anderen [medeverdachte 3] en [verdachte] voor en na de diefstal van de Audi S4 en de ANPR-registratie van de Volkswagen Polo, die door hen beiden werd gebruikt, komt naar voren dat [verdachte] in de nacht van de diefstal naar [medeverdachte 3] toe is gereden en dat zij samen met de Volkswagen Polo naar Noord-Holland zijn gereden. De telefoon van [medeverdachte 3] was niet veel later in Zandvoort, waar de Audi S4 is gestolen. Kort na de diefstal is de gestolen Audi S4 voorzien van het valse kenteken [kenteken] en de dag na de diefstal is de Audi S4 door [verdachte] en [medeverdachte 2] in de garagebox aan de [adres] geplaatst, nadat een andere gestolen auto met valse kentekenplaten eruit was gereden.
De rechtbank gaat er op grond van het voorgaande van uit dat [verdachte] en [medeverdachte 3] de Audi S4 samen hebben gestolen en dat zij met de Audi S4 en met de Volkswagen Polo samen zijn teruggereden naar Utrecht. De rechtbank houdt er daarbij rekening mee dat het niet mogelijk is om alleen heen en terug te rijden met de Audi S4, wat het des te aannemelijker maakt dat zij dit samen hebben gedaan, en dat deze auto kort na de diefstal al is voorzien van valse kentekenplaten en door [verdachte] in de garagebox is geplaatst, waaruit afgeleid kan worden dat hij de Audi S4 vanaf de diefstal tot het in de garagebox rijden in zijn bezit heeft gehad.
4.3.1.9.
ZD 7: diefstal en/of heling van Audi A5 Cabriolet ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] worden ervan beschuldigd de Audi A5 met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. De rechtbank spreekt [verdachte] , in navolging van de officier van justitie en de verdediging, ook vrij van opzetheling en schuldheling van deze auto, nu evenmin kan worden vastgesteld dat hij deze auto op enig moment voorhanden heeft gehad.
4.3.1.10.
ZD 6: diefstal en/of heling van Audi RS5 ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] worden ervan beschuldigd de Audi RS5 met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. De rechtbank spreekt [verdachte] , in navolging van de officier van justitie en de verdediging, ook vrij van opzetheling en schuldheling van deze auto, nu evenmin kan worden vastgesteld dat hij deze auto op enig moment voorhanden heeft gehad.
4.3.1.11.
ZD 11: diefstal en/of heling van Piaggio Sprinter 125 (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] worden ervan beschuldigd de motorscooter, Piaggio Sprinter 125, in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze scooter heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. De rechtbank spreekt [verdachte] , in navolging van de officier van justitie en de verdediging, ook vrij van opzetheling en schuldheling van deze scooter, nu evenmin kan worden vastgesteld dat hij deze scooter op enig moment voorhanden heeft gehad.
4.3.1.12.
ZD 10: diefstal en/of heling van Audi A4 ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] worden ervan beschuldigd de Audi A4 met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. Wel is bewezen dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan opzetheling.
Opzetheling
Tussen 1 juli 2019 en 2 juli 2019 wordt een Audi A4 met kenteken [kenteken] gestolen in Vleuten. [163]
Deze auto wordt voorzien van het valse kenteken [kenteken] . Op 8 november 2019 worden er gesprekken afgeluisterd van het telefoonnummer * [nummer] van [verdachte] , waaruit blijkt dat [verdachte] actief bezig was met het organiseren van het laten afslepen van een auto, waarbij hij als kenteken [kenteken] doorgaf. [164] [naam 2] en [naam 3] hebben het er in een OVC-gesprek ook over dat [verdachte] heeft gebeld en een kenteken heeft doorgegeven en dat de politie op dat moment met een takelwagen voor de Audi kwam. [165]
Uit tapgesprekken, locatiegegevens en een ANPR-registratie van de auto met kenteken [kenteken] blijkt dat [verdachte] deze Audi op 1 oktober 2019 samen met [medeverdachte 8] naar Bergschenhoek heeft gebracht. [166]
Deze Audi wordt op 22 oktober 2019 aangetroffen in Vleuten [167] en de volgende dag door de politie voorzien van een baken. [168] Na de inbeslagname op 8 november 2019 vindt in de Audi DNA-onderzoek plaats. Dit levert drie matches met het DNA van [verdachte] op. [169] [170]
[verdachte] heeft geen verklaring willen afleggen over deze auto.
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen, in samenhang met de bewijsmiddelen onder 4.3.1.2, 4.3.1.3, 4.3.1.4, vast dat [verdachte] de beschikking heeft gehad over de gestolen Audi en dat hij daarin heeft gereden, terwijl deze voorzien was van valse kentekenplaten. Daaruit leidt de rechtbank af dat hij – mede gelet op zijn betrokkenheid bij de hiervoor genoemde gestolen voertuigen, moet hebben geweten dat deze auto van diefstal afkomstig was. Hij heeft zich aldus schuldig gemaakt aan opzetheling.
4.3.1.13.
ZD 9: diefstal en/of heling van Volkswagen Multivan ( [kenteken] ) (feit 4)
[verdachte] , [medeverdachte 8] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] worden ervan beschuldigd de Volkswagen Multivan met kenteken [kenteken] , vals kenteken [kenteken] , in vereniging te hebben gestolen en/of geheeld.
De rechtbank vindt niet bewezen dat [verdachte] deze auto heeft gestolen en spreekt hem daarvan vrij. Wel is bewezen dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan opzetheling.
Opzetheling
Tussen 6 september 2019 om 23:00 uur en 7 september 2019 om 09:00 uur wordt van de Wagenschutsweg in Heerlen een bruine Volkswagen Multivan met kenteken [kenteken] gestolen. [171]
Onder [medeverdachte 3] wordt op 8 september 2019 onder andere een navigatiesysteem in beslag genomen, waarin de straat Wagenschutsweg in Heerlen was ingevoerd. [172]
Op 6 september 2019 rond 09:00 uur stuurt [medeverdachte 3] onder de naam [bijnaam 21] en met zijn telefoonnummer * [nummer] WhatsApp-berichten aan een zekere ‘ [naam 7] ’, waarin hij zegt dat hij de komende nacht weg moet en dat hij vroeg gaat beginnen zodat hij op tijd klaar kan zijn.
Op 7 september 2019 om 02:54 uur schrijft [medeverdachte 3] dat hij met [naam 8] is. Even later schrijft hij dat ze het voorwerk hebben gedaan en dat ze nog ongeveer een uur werk hebben.
Ook stuurt hij het bericht ‘Ben Meezenbroek’. De Volkswagen Multivan is gestolen in de wijk Meezenbroek Schaesbergerveld in Heerlen. Om 14:55 uur schrijft [medeverdachte 3] dat hij weer terug naar Utrecht moet om zijn geld op te halen. [173]
Op 10 oktober 2019 rond 22:50 uur gaat de politie na een melding van een verdachte situatie naar Lagenoord in Utrecht. De melder zag dat een donkerkleurige Volkswagen parkeerde achter een daar al geparkeerde Audi, dat drie mannen uit de Volkswagen stapten en wegreden in de Audi. De drie mannen werden door de melder omschreven als drie licht getinte jongens met trainingspakken. Het kenteken van de Volkswagen zou [kenteken] zijn. Ter plaatse ziet de politie dat de kentekenplaten op de Volkswagen vals zijn en dat het chassisnummer van deze Volkswagen hoort bij een ander kenteken, namelijk [kenteken] . Dit is het kenteken van de gestolen Volkswagen Multivan waarvan op 7 september 2019 aangifte werd gedaan. [174]
De Volkswagen wordt weggetakeld. Op dat moment rijdt er een donkerkleurige Audi A4 met kenteken [kenteken] (ZD 10) voorbij. [175] [verdachte] heeft zich schuldig gemaakt aan de heling van deze Audi.
Rond het tijdstip van het aantreffen en wegtakelen van de Volkswagen worden er telefoongesprekken gevoerd die worden afgeluisterd. In een gesprek op 10 oktober 2019 om 23:25 uur tussen [verdachte] (* [nummer] ) en [medeverdachte 8] [nummer] (hierna: * [nummer] ), die aan hun stem worden herkend, [176] zegt [medeverdachte 8] , na de mededeling van [verdachte] dat er een tweede ‘liefje’ bij is gekomen, dat al die dingen er nog liggen, dat alles er nog in ligt, waarop [verdachte] zegt dat hij het weet. [verdachte] vraagt of hij ‘die petje of iets’ daar heeft gelaten. [medeverdachte 8] zegt: ‘Ja dat zeg ik toch, dat zeg ik toch, alles ligt daar nog’, ‘alles DNA alles jongen’, ‘alles van ons alle drie he’. [177] Om 23:28 uur belt [verdachte] naar [medeverdachte 1] (* [nummer] ) en zegt dat hij alles heeft behalve zijn ‘bivi’, dat daar zijn DNA op zit en dat dit een ‘kanker groot probleem’ is. Ook zegt [verdachte] dat er een tweede auto bij is gekomen, dat die ernaast staat en dat ze hem ‘heel ziek’ aankeken. Op dat moment komen er meerdere politievoertuigen op de Lagenoord in Utrecht ter plaatse. [178] Op 11 oktober 2019 om 00:07 uur belt [verdachte] naar het telefoonnummer * [nummer] , op dat moment in gebruik bij [medeverdachte 2] , en zegt dat ‘die ding’ nu wordt opgetakeld, dat heel Zuilen vol politie zit, dat er overal politie is en dat de ‘waggie’ in beslag wordt genomen. [179]
In de Volkswagen worden door de politie onder andere de volgende goederen aangetroffen: een voorhamer, twee klauwhamers, kabelbinders, een honkbalknuppel, bivakmutsen en handschoenen. [180] [181]
Na forensisch onderzoek wordt DNA aangetroffen in de Volkswagen en op goederen in de Volkswagen.
Het DNA van [medeverdachte 8] matcht met DNA op een honkbalknuppel (SIN: AAFD4029NL#03), hamers (SIN: AAFD4034NL#02, AAFY1462NL#03, AAFY1463NL#01), bivakmutsen (SIN: AAFD4028NL#01, AAFD4032NL#01, AAND9729NL#01), handschoenen (SIN: AAND9730NL#02), deurbediening rechter schuifdeur (SIN: AANE5047NL#01) en voorzijde oppervlak stuurwiel (SIN: AANE5050NL#01).
Het DNA van [verdachte] matcht met DNA op bivakmutsen (SIN: AAFD4028NL#01, AAFD4032NL#01) en voorzijde oppervlak stuurwiel (SIN: AANE5050NL#01).
Het DNA van [medeverdachte 7] matcht met DNA op de hoofdsteun linksvoor (SIN: AANE5013NL#01). [182] [183] [184]
[verdachte] heeft geen verklaring willen afleggen over deze auto.
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt op grond van de bovenstaande bewijsmiddelen, in samenhang met de bewijsmiddelen onder 4.3.1.2, 4.3.1.3 en 4.3.1.4, het volgende vast.
In de nacht dat de Volkswagen Transporter is gestolen was [medeverdachte 3] blijkens WhatsApp-berichten in de wijk waar deze is gestolen. Hij heeft het in die gesprekken over een klus die geklaard moet worden en appt de volgende dag dat hij betaald krijgt, waaruit geconcludeerd kan worden dat de klus is geklaard. In het onder [medeverdachte 3] inbeslaggenomen navigatiesysteem staat de straat Wagenschutseweg in Heerlen, de straat waar de Volkswagen is weggenomen. Deze feiten en omstandigheden leiden tot de conclusie dat [medeverdachte 3] zich schuldig heeft gemaakt aan de diefstal van de auto.
Na het wegtakelen van de gestolen Volkswagen, die op dat moment was voorzien van valse kentekenplaten, zijn door [verdachte] gesprekken gevoerd over het wegtakelen van het voertuig door de politie, over de spullen die erin lagen en dat daarop DNA van hun ‘alle drie’ zou zitten. In de Volkswagen zijn DNA-matches met [verdachte] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 7] aangetroffen. Ook de spullen waarover werd gesproken werden – met DNA-matches met [verdachte] en [medeverdachte 8] - in de Volkswagen aangetroffen. De rechtbank leidt uit deze bevindingen af dat [verdachte] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 7] de auto kennelijk na de diefstal onder zich hebben gekregen.
De in de Volkswagen aangetroffen goederen – een voorhamer, twee klauwhamers, kabelbinders, een honkbalknuppel, bivakmutsen en handschoenen – en het OVC-gesprek tussen [naam 2] en [naam 3] in de Nissan Micra op 26 november 2019, wijzen erop dat het de bedoeling was met deze Volkswagen en de goederen een geweldsmisdrijf te plegen. Het OVC-gesprek - waarin wordt gesproken over iemand die bij Oudenoord bij de molen helemaal de kanker in was geslagen, dat [verdachte] en [voornaam 2] dat hadden moeten doen, dat daarbij een busje was en dat [verdachte] zijn bivak met DNA erin had laten liggen, dat dat busje inbeslaggenomen was en dat ze deze nog in de fik hadden willen steken – bevestigt dat er inderdaad een plan was iemand geweld aan te doen en dat [slachtoffer] (slachtoffer in ZD 2, zie verderop) het doelwit was. Dit geweldsmisdrijf is uiteindelijk gepleegd met behulp van een andere gestolen Volkswagen (ZD 13).
De rechtbank gaat er op grond van het voorgaande van uit dat [verdachte] , samen met [medeverdachte 8] en [medeverdachte 7] , in de gestolen Volkswagen heeft gereden en dat hij deze aldus voorhanden heeft gehad. Ook gaat de rechtbank ervan uit dat [verdachte] wist dat dit voertuig gestolen was. [verdachte] hield zich immers al bezig met gestolen voertuigen en het was kennelijk de bedoeling om met deze gestolen Volkswagen en de spullen daarin een geweldsmisdrijf te plegen. Dit maakt dat de rechtbank bewezen acht dat [verdachte] zich heeft schuldig gemaakt aan het medeplegen van opzetheling.
4.3.1.14.
ZD 2: Geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer] (Buizerd feiten 2 en 3)
Op 30 oktober 2019 rond 23:30 uur wordt op de Adelaarstraat in Utrecht [slachtoffer] , woonachtig aan de [adres] , door drie personen in elkaar geslagen. [185] De drie personen dragen bivakmutsen en gebruiken slagvoorwerpen, zoals een honkbalknuppel en een moker. Ze vluchten met een Volkswagen Transporter. Een vierde persoon zou de Volkswagen Transporter hebben bestuurd. Op de plaats delict blijft een voorhamer van ongeveer een meter lang met een zwart/geel handvat van het merk ‘Stanley’ achter. [186]
De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of [verdachte] betrokkenheid heeft gehad bij dit geweldsmisdrijf en, zo ja, in welke vorm. Bij de beantwoording van deze vraag zijn de hiernavolgende feiten en omstandigheden redengevend.
Op grond daarvan komt de rechtbank tot de conclusie dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van voorbereiding van het medeplegen van zware mishandeling met voorbedachten rade van [slachtoffer] (feit 2). De rechtbank vindt, net als de officier van justitie en de verdediging, niet bewezen dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan feit 3 en spreekt hem daarvan vrij. Gelet op de eensluidende standpunten van de officier van justitie en de verdediging ten aanzien van dit feit, laat de rechtbank die verdenking verder onbesproken.
4.3.1.14.1.
Redengevende feiten en omstandigheden
Gebeurtenissen 10 oktober 2019
Zoals hiervoor overwogen, wordt op 10 oktober 2019 rond 22:50 uur aan de Lagenoord in Utrecht een gestolen Volkswagen Multivan met valse kentekenplaten ( [kenteken] ) aangetroffen en inbeslaggenomen (ZD 9). [187] In het busje worden onder andere een voorhamer, twee klauwhamers, kabelbinders, een honkbalknuppel, bivakmutsen, handschoenen en een zwarte pet aangetroffen. [188] [189]
Op 10 oktober 2019 om 23.23 uur belt [verdachte] (* [nummer] ) met [medeverdachte 8] (* [nummer] ) en zegt: ‘is een tweede liefje bij komen kijken’. [medeverdachte 8] antwoordt: ‘Kanker en al die dingen liggen er nog in he…alles DNA alles jongen.’ [190] Het nummer (* [nummer] ) wordt zowel door [verdachte] als Bensschop gebruikt. Het nummer (* [nummer] ) wordt ook aan [verdachte] toegeschreven. [191]
[verdachte] en [medeverdachte 8] worden vandaag veroordeeld voor opzetheling van deze Volkswagen Multivan (vals kenteken [kenteken] ) (ZD 9). Hun DNA matcht met DNA dat is aangetroffen in het busje en op goederen in het busje. Ook van [medeverdachte 7] is een DNA-match gevonden in het busje.
Het DNA van [medeverdachte 8] matcht met DNA op een honkbalknuppel (SIN: AAFD4029NL#03), hamers (SIN: AAFD4034NL#02, AAFY1462NL#03, AAFY1463NL#01), bivakmutsen (SIN: AAFD4028NL#01, AAFD4032NL#01, AAND9729NL#01), handschoenen (SIN: AAND9730NL#02), deurbediening rechter schuifdeur (SIN: AANE5047NL#01) en voorzijde oppervlak stuurwiel (SIN: AANE5050NL#01).
Het DNA van [verdachte] matcht met DNA op bivakmutsen (SIN: AAFD4028NL#01, AAFD4032NL#01) en voorzijde oppervlak stuurwiel (SIN: AANE5050NL#01).
Het DNA van [medeverdachte 7] matcht met DNA op de hoofdsteun linksvoor (SIN: AANE5013NL#01). [192] [193]
In de onder [medeverdachte 7] inbeslaggenomen Apple iPhone telefoon wordt een filmpje aangetroffen dat sinds 11 oktober 2019, 22.14 uur in de telefoon is opgeslagen. In het filmpje is te zien en te horen dat een donkerkleurig bestelbusje onder begeleiding van vier politieauto’s wordt afgevoerd door een sleepwagen. Het filmpje is gemaakt bij de kruising [adres] met de Vleutenseweg in Utrecht. In het filmpje wordt ingezoomd op de sleepwagen en takelwagen en is te horen dat een man, die samen met in ieder geval een ander is, spreekt over ‘die bus’ en meermalen tegen de ander zegt te kijken. [194] In deze telefoon zijn tevens telefoonnummers gevonden van [medeverdachte 1] (* [nummer] ), [medeverdachte 2] (* [nummer] en * [nummer] ) en [verdachte] (* [nummer] en * [nummer] ). [195]
In een OVC-gesprek in de Nissan Micra van [naam 2] op 26 november 2019 wordt gesproken over iemand die bij de Oudenoord, bij de molen, helemaal ‘naar de kanker’ was geslagen, dat [verdachte] (‘ [verdachte] ’) dat eigenlijk met [medeverdachte 8] (‘ [voornaam 2] ’) had moeten doen, dat daarbij een busje was en dat [verdachte] zijn bivakmuts met DNA erin had laten liggen, dat er spullen in het busje lagen om iemand mee knock-out te slaan zoals mokers, dat het busje inbeslaggenomen was en dat dit geëscorteerd werd door de politie, dat [verdachte] dit vanuit zijn huis heeft gefilmd en dat hij nog naar het politiebureau wilde gaan om het busje in de fik te steken. [196]
In een schuur van de grootouders van [medeverdachte 7] aan de [adres] , waar hij zelf ook toegang toe had, worden op 12 mei 2020 onder andere vier voorhamers, zes honkbalknuppels en tien klauwhamers inbeslaggenomen. [197]
Gebeurtenissen tussen 11 oktober 2019 en 15 oktober 2019
Op 11 oktober 2019 worden telefoongesprekken tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] opgenomen en afgeluisterd. In het gesprek op 11 oktober 2019 om 18:56 uur geeft [medeverdachte 2] het telefoonnummer ( [nummer] ) aan [verdachte] van ‘ [bijnaam 23] ’, die naar hem onderweg is. [198] Dat telefoonnummer is op dat moment in gebruik bij [naam 9] . Blijkens zendmastgegevens van de telefoonnummers van [verdachte] (* [nummer] ) en [naam 9] (* [nummer] ) zijn zij rond 19:16 uur bij elkaar in de buurt in Utrecht. Hierna heeft [verdachte] weer telefonisch contact met [medeverdachte 2] . Hij zegt dat hij nu met hem is en vraagt wat nu precies de bedoeling is en of hij wat moet doorgeven. [medeverdachte 2] gaat dat voor de zekerheid vragen en laat het hem weten. [199]
In het gesprek om 19:19 uur citeert [medeverdachte 2] een opdracht aan [verdachte] : ‘Hij moet posten en plakken die kanker C3’, ‘en als hij die hond ziet weggaan, kijken hoe en wat’ en ‘ze kankermoeder moet vandaag geket worden. No joke’. [verdachte] antwoordt dat hij het doorgeeft. [200] De telefoonnummers van [verdachte] en [naam 9] verplaatsen zich gezamenlijk via de wijk Kanaleneiland in Utrecht naar de omgeving van de Binnenstad / de Oudenoord / Adelaarstraat te Utrecht. [201]
Op 11 oktober 2019 om 20:00 uur belt [verdachte] met [medeverdachte 2] en zegt dat ‘die ene ding er niet staat’ en dat ‘meneer zelf achter op een Vespa’ langsreed. [verdachte] vraagt [medeverdachte 2] wat te doen, want waar hij is, is geen ‘place to be’ en ze rijden rondjes. [medeverdachte 2] geeft het door maar zijn berichten komen niet aan. [verdachte] wacht op bericht van [medeverdachte 2] . [202] Om 20:07 uur belt [verdachte] nogmaals met [medeverdachte 2] en zegt dat [medeverdachte 2] moet doorgeven dat ‘Ondiep ook niets is’. [203] Ook uit de mastgegevens blijkt van een verplaatsing naar de wijk Ondiep in Utrecht. De telefoonnummers van [verdachte] en [naam 9] stralen rond 20:09 uur een zandmast aan in de omgeving van Nijenoord in Utrecht. [204]
Na het gesprek met [medeverdachte 2] belt [verdachte] naar [medeverdachte 8] . [medeverdachte 8] zegt dat ‘die ene kap, met zwarte ding erboven’ ‘begint met 76’. [205] [206]
Op 11 oktober 2019 haalt [medeverdachte 2] [medeverdachte 1] tussen 22:30 uur en 23:30 uur op van luchthaven Schiphol met de Peugeot van de vader van [medeverdachte 1] . Zij rijden vervolgens over de Valkenkamp in Maarssen. [207]
Op 12 oktober 2019 vindt om 00:52 uur een OVC-gesprek plaats tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in de Peugeot. [medeverdachte 1] zegt dat ze naar ‘Alle zijn huis’ rijden. [208]
Blijkens het baken op de Peugeot zijn [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] om 01:12 uur op de [adres] te Utrecht. [209] [medeverdachte 1] zegt op dat moment tegen [medeverdachte 2] dat hij terug moet rijden en: ‘Die C3 daar, rij, ga eens daarnaartoe, die grijze, volgens mij is dat hem’, ‘Kenteken is 7 (zeven) 6 (zes) nog wat’. [210] [211] Ook is te horen dat er foto’s worden gemaakt. [212] Om 01:20 uur rijden [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] met de Peugeot over de [adres] in de richting van de Adelaarstraat in Utrecht en ze stoppen op de Kanaalstraat. Hierna rijden ze richting de woning van [medeverdachte 1] in [woonplaats] . [213]
Uit onderzoek blijkt dat [slachtoffer] een grijze Citroën C3 met kenteken [kenteken] in gebruik heeft en dat hij woont op [adres] . [214]
Uit onderzoek in een bij de doorzoeking van het huis van [medeverdachte 1] inbeslaggenomen Nokia 105 telefoon komt naar voren dat [medeverdachte 1] het telefoonnummer van [slachtoffer] heeft geprobeerd te achterhalen. [215]
Gebeurtenissen tussen 23 oktober 2019 en het geweldsmisdrijf op 30 oktober 2019
Op 23 oktober 2019 voeren [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] om 01:34 uur een gesprek in de Peugeot. [medeverdachte 1] vraagt [medeverdachte 2] of hij ‘hem’ laatst 150,- euro had gegeven om die spullen te halen en of een hamer 30,- euro kost. [medeverdachte 2] zegt dat hij ‘hem’ twee barkie (200,- euro) heeft gegeven. [medeverdachte 1] zegt dat er een moker moest worden gehaald. [216]
Op 23 oktober 2019 zitten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] rond 21:31 uur wederom in de Peugeot. [medeverdachte 1] zegt desgevraagd tegen [medeverdachte 2] dat hij naar ‘de molen’ moet rijden. [medeverdachte 2] vraagt of hij naar rechts moet, naar de [adres] , waarop [medeverdachte 1] bevestigend antwoordt. [217] [218] Uit de bakengegevens van de Peugeot blijkt dat het voertuig rond 21:40 uur staat geparkeerd aan de [adres] in Utrecht ter hoogte van perceelnummer [nummer] . In een OVC-gesprek is te horen dat [medeverdachte 1] zegt dat ‘hij’ woont op nummer [nummer] en dat [medeverdachte 2] daar ergens moet parkeren. Op een gegeven moment, rond 21:47 uur, zegt [medeverdachte 1] : ‘Volgens mij is hij het broer’. [219] [220] [221] [222]
De volgende dag, op 24 oktober 2019, vindt in de Peugeot een OVC-gesprek plaats tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] , die aan hun stemmen worden herkend. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] vragen aan [medeverdachte 3] of hij niet nog een paar Transporters heeft staan. [223] [224] [225] Vervolgens wordt in de nacht van 26 oktober 2019 in Hoensbroek een Volkswagen Transporter gestolen (ZD 13).
Op 30 oktober 2019 stuurt [naam 1] om 19:07 uur (UTC+1) berichten met het Sky-ID [Sky-ID 2] naar het Sky-ID [Sky-ID 1] van [medeverdachte 1] : ‘Zet chauf klaar. Spullen alles. Vandaag actie’. [226]
Als [medeverdachte 1] om 19:23 uur nog niet heeft gereageerd stuurt [naam 1] een boos bericht: ‘Ben een hoerenzoon als ik nog ooit wat met jou ga doen. Dit is niet weggelegd voor jou, dus geniet van je kk rust na deze kanker goerige kk troep klus’. Ongeveer tien minuten later biedt [naam 1] zijn excuses aan en hij schrijft om 19:36 uur: ‘Zorg dat we die hond op goeie plek hebben zo. Oke jongens zijn er met een uur! Bus afgetankt hamers erin alles. Oke top broer kk hond wordt tijd’. [227]
Om 20:35 uur vindt in de Peugeot een gesprek plaats tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en een derde persoon die in de Peugeot stapt. [medeverdachte 1] vraagt wat de planning is en of ze hem nu gelijk gaan pakken. [medeverdachte 1] zegt dat hij in de buurt is, dat hij gaat bellen om handel bij hem te halen en dat ze hem dan gelijk gaan pakken. [medeverdachte 1] zegt dat die jongens er met een kwartiertje zijn, dat de bus klaar staat en dat hij er nu even alles in gaat stoppen. [228] [229]
De derde persoon die instapt en deelneemt aan het gesprek wordt aan zijn stem herkend als [medeverdachte 7] . [230]
Even later zegt [medeverdachte 1] tegen [medeverdachte 7] dat de bus niet verbrand moet worden. [medeverdachte 7] vraagt waar die naartoe moet, waarop [medeverdachte 1] zegt dat de bus gewoon safe moet staan om de volgende dag weer gebruikt te worden. [231]
Om 22:44 uur vindt in de Peugeot een voorbespreking plaats tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] over een te voeren telefoongesprek. [medeverdachte 2] vraagt [medeverdachte 1] hem precies uit te leggen wat hij moet zeggen. [medeverdachte 1] geeft hem instructies: ‘Wat gaan we zeggen. He man, bro. Kan ik nog wat bij je halen ja of nee. Zeg, yo, met [naam 10] (fon.). Met [naam 11] (fon.). Gewoon zeggen, he Leidse Rijn. Heb je nog wat of niet? Het gaat om handel hier. Gewoon zeggen ik heb nu wat nodig’. [medeverdachte 2] vraagt [medeverdachte 1] waar hij moet komen en wanneer. [medeverdachte 1] : ‘Zeg maar tegen hem waar hij wilt. Jij moet zeggen kom maar naar jou toe als je wilt. Als je kan, zeg maar ik ben op de weg, maar maakt niet uit. Snap je?’. [medeverdachte 2] : ‘Anders zeg ik gewoon Overvecht?’. [medeverdachte 1] : ‘Dan zeg je tegen hem, dan over een half uurtje ben ik. Half uurtje in De Keizer’. [232] Om 22:47 uur zegt [medeverdachte 1] tegen [medeverdachte 2] dat hij ‘ [naam 12] ’ (fon.) heet. [233]
[medeverdachte 2] (* [nummer] ) probeert meerdere keren contact op te nemen met [slachtoffer] (* [nummer] ). De derde keer wordt er opgenomen. [medeverdachte 2] stelt zich voor als [naam 13] uit Leidse Rijn, zegt dat hij wat nodig heeft en vraagt of dat gaat lukken. [slachtoffer] zegt dat hij niet weet waar het over gaat en beëindigt het gesprek. [234]
Intussen ontvangt [medeverdachte 1] op zijn Sky-ID [Sky-ID 1] berichten van het Sky-ID [Sky-ID 2] van [naam 1] . Tussen 22:46 uur en 23:07 uur (UTC+1) stuurt [naam 1] onder andere de volgende berichten naar [medeverdachte 1] : ‘Mijn jongens kunnen niet buiten blijven bro. Hoe lang broer. Want ze wachten echt lang. Peugeot. Hoe lang +- voor hond er is. Oke waar is fucking driver man. En pacha goed??? Wel echt kk druk daar heh maar denk hij haalt het dan van osso???? Want hij woont er achter. Oke broer dus nu naar ze osso gaan timeren? Oke perfect jongens zijn klaar en ze moeten dichtbij proberen! Yallah bro gas erop!!’. [235]
Om 23:02 uur rijdt de Peugeot nabij de Burgemeester Norbruislaan ter hoogte van de kruising met de Jan van Zutphenlaan. Op dat moment wordt [medeverdachte 2] (* [nummer] ) teruggebeld door [slachtoffer] (* [nummer] ). [medeverdachte 2] zegt dat hij met tien à vijftien minuten in Overvecht zal zijn. Daarop zegt [slachtoffer] dat [medeverdachte 2] naar de molen bij de Pacha toe moet komen. [medeverdachte 2] zegt dat dat goed is. In de directe omgeving van een shishalounge genaamd Pacha aan de Bemuurde Weerd Oostzijde te Utrecht staat een molen genaamd Rijn en Zon op de Adelaarstraat in Utrecht. [236] [237]
Om 23:03 uur stapt [medeverdachte 7] weer in de Peugeot en vindt er een gesprek plaats tussen [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 7] . [medeverdachte 7] vraagt naar de handschoenen en [medeverdachte 2] zegt dat alles in de wagen zit. [medeverdachte 2] vraagt aan [medeverdachte 7] of hij van tevoren nog handschoenen wil, ‘want jij bent die driver’. ‘Ja tuurlijk’, zegt [medeverdachte 7] . [medeverdachte 2] zegt: ‘Hij zegt kom naar Pacha’. ‘Wie?’, vraagt [medeverdachte 7] . [medeverdachte 2] antwoordt: ‘..dinge, [naam 12] ’. [medeverdachte 7] zegt dat hij met hun gelijk naar de auto rijdt. [medeverdachte 2] zegt dat hij met hem heeft afgesproken, dat hij zei dat [medeverdachte 2] daarnaartoe moest komen en dat [medeverdachte 7] dus alvast naar Pacha moet gaan rijden en voor de deur moet parkeren. [medeverdachte 1] bevestigt dat hij voor de deur moet parkeren. [238] [239]
[medeverdachte 2] wordt om 23:15 uur weer gebeld door [slachtoffer] . [medeverdachte 2] zegt dat hij bijna in Overvecht is en van daar gelijk naar hem doorrijdt. [slachtoffer] zegt dat hij bij de molen op hem zit te wachten. Rond 23:18 uur wordt de Peugeot 208 geparkeerd in de omgeving van de Stroyenborchdreef in Utrecht en stappen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] uit. [medeverdachte 2] voert via een zendmast aan de Kosdreef, in de omgeving van de Stroyenborchdreef, nog een aantal telefoongesprekken met [slachtoffer] . In het telefoongesprek om 23:24 uur zegt [medeverdachte 2] tegen [slachtoffer] dat hij met twee, drie minuten bij de molen zal zijn. Ook om 23:30 uur zegt [medeverdachte 2] tegen [slachtoffer] dat hij er met twee minuten zal zijn. [240]
[naam 1] ( [Sky-ID 2] ) stuurt ook berichten naar het Sky-ID [Sky-ID 10] , dat op 30 oktober 2019 door [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] werd gebruikt. [naam 1] schrijft om 22:47 uur (UTC+1): ‘Driver stapt nu naar ze bro. Kunnen ze samen timeren in de buurt van bus bro’. Tussen 23:21 uur en 23:23 uur schrijft [naam 1] : ‘Laat hem rekken bro. Dus ze moeten pacha komen? Oke dus voor pacha niet ze osso? Hond is voor pacha. Balonnen doen in een waggi. Beste een kleine tik geven aan die auto ofzo. Check wat beste is hem eruit te lokken’. Om 23:28 uur schrijft [naam 1] : ‘Onderweg. Gaan elk moment beginnen’. [241]
Geweldsmisdrijf van 30 oktober 2019
[slachtoffer] wordt op 30 oktober 2019 rond 23:30 uur aan de Adelaarstraat in Utrecht door drie mannen in elkaar geslagen. De drie mannen gebruiken hierbij slagvoorwerpen – vermoedelijk een honkbalknuppel, een moker en een hamer – en dragen bivakmutsen. [242]
De politie ontvangt de melding van het geweldsincident rond 23:30 uur. Het voertuig van de verdachten, een grijze Volkswagen Transporter, zou zijn weggereden richting Overvecht. [243]
De politie komt rond 23:31 uur aan op de Adelaarstraat en treft [slachtoffer] op straat aan. Hij is niet aanspreekbaar en bloedt uit zijn hoofd. Op twee meter afstand van [slachtoffer] ziet de politie een hamer met lange steel, een moker, rechtop staan. Rondom de moker ligt bloed en dons van de jas van [slachtoffer] . De moker wordt inbeslaggenomen voor onderzoek. [244]
[slachtoffer] verklaart dat hij op 30 oktober 2019 op de kruising van de Adelaarstraat met de [adres] stond en dat hij op een gegeven moment in de Merelstraat een grijze Volkswagen Transporter zag staan waar twee of drie jongens uit stapten en iemand achter het stuur zat. Twee jongens hielden een moker vast in hun hand. Een andere persoon hield ook iets in zijn hand vast. De jongens renden op hem af en [slachtoffer] rende weg. De jongens haalden hem in en sloegen hem met de moker die zij in hun hand hadden. [slachtoffer] voelde dat hij werd geraakt op zijn hoofd, rug, schouders, armen en benen. [slachtoffer] viel daarbij op de grond. Hij voelde heel erg veel pijn over zijn hele lichaam. Hij probeerde op te staan, maar voelde en zag dat hij direct weer werd neergeslagen door de moker. Hij zag bloed voor zijn ogen. Toen omstanders doorhadden wat hem overkwam, stopten de jongens met slaan en renden ze weg. Hij zag nog dat één persoon terugkwam, hem weer sloeg en wegrende. De drie jongens stapten weer in de grijze Volkswagen Transporter en de Transporter reed weg in de richting van de Kardinaal de Jongweg. Eén van de daders droeg een capuchon en een bivakmuts. De andere twee jongens hadden hun gezicht ook bedekt, vermoedelijk met een bivakmuts. Eén van de jongens liet een zwart petje vallen. [slachtoffer] zag het petje op straat liggen. [245]
[slachtoffer] verklaart het volgende letsel te hebben opgelopen: gebroken hand, gekneusde rib, zeventien hechtingen in zijn hoofd en twee wonden, barst in zijn schedel, gebroken/gekneusd scheenbeen. [246] Het dossier bevat foto’s van letsel van [slachtoffer] . [247]
Getuige [naam getuige] verklaart als volgt. Zij zag op 30 oktober 2019 omstreeks 23.:31 uur drie mannen achter een grijze Volkswagen bus vandaan rennen die op de Merelstraat ter hoogte van de molen stond. Twee van deze mannen droegen een honkbalknuppel bij zich. De derde man droeg een grote moker bij zich. Deze moker had een opvallende gele kleur en een handvat van ongeveer een meter. Eén van de mannen met een honkbalknuppel maakte een lage slaande beweging richting de man die door hen werd achtervolgd. Hij raakte de man en de man kwam ten val op de [adres] . Alle drie de mannen sloegen hierna meerdere keren op het slachtoffer in. Het slachtoffer werd meermalen met de moker en met de honkbalknuppel geslagen. Toen omstanders begonnen te schreeuwen en te claxonneren, renden de drie mannen plotseling weg in de richting van de Volkswagen bus die inmiddels op de Adelaarstraat stond en zij stapten aan de zijkant in. Vrijwel direct hierna reed de bus weg richting de Nieuwe Keizersgracht.
Gebeurtenissen na het geweldsmisdrijf
Op de camerabeelden van de garagebox aan de [adres] is te zien dat [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] op 31 oktober 2019 rond 00:53 uur aan komen lopen bij de garagebox. [medeverdachte 2] heeft in zijn linkerhand een grote tas met daarin een groot lichtkleurig voorwerp dat aan de bovenzijde uitsteekt. [medeverdachte 1] opent de deur van de garagebox en [medeverdachte 2] gaat naar binnen met de tas. Deze tas heeft een opdruk, een ovaal in de kleur zwart met daarin onder andere het woord ‘food’. [medeverdachte 2] komt vervolgens zonder tas uit de garagebox. [248]
Op 31 oktober 2019 om 02:24 uur vraagt [medeverdachte 1] in de Peugeot aan [medeverdachte 7] of ze met drie man waren en of eentje met een houten bat (honkbalknuppel) bezig was. [medeverdachte 1] vraagt verder: ‘Eentje was aan het knuppelen, eentje was aan het hameren en ander aan het mokeren?’ [medeverdachte 7] antwoordt bevestigend. [249] [250]
Op 1 november 2019 om 03:55 uur vindt een heimelijke inkijk plaats in de garagebox aan de [adres] . Tijdens deze inkijk wordt een foto gemaakt van een daar aangetroffen gele Jumbo boodschappentas. De tas heeft een zwart vlak met lichte letters met de woorden ‘food’ en ‘markt’. Het zwarte vlak heeft aan de linker bovenzijde een ronding en daarboven het woord ‘Jumbo’. Dit komt overeen met de foto die op 31 oktober 2019 om 00:53 uur is gemaakt bij de garagebox. In de tas worden onder andere een honkbalknuppel met bloedspetters, drie gebruikte bivakmutsen en twee klauwhamers van het merk ‘Stanley’ aangetroffen. [251] [252] [253] Ook wordt een verpakking van een slaghamer van het merk ‘Stanley’ aangetroffen. De moker die op de plaats delict wordt achtergelaten, is van het merk ‘Stanley’. [254]
De drie bivakmutsen worden rondom de mondopening bemonsterd. [255] Op de drie bivakmutsen wordt DNA aangetroffen van [medeverdachte 9] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 5] . Op het handvat van de honkbalknuppel wordt DNA van [medeverdachte 8] aangetroffen. Ook wordt een DNA-bloedspoor van de honkbalknuppel bemonsterd en onderzocht. Dat levert een DNA-hit op met het slachtoffer [slachtoffer] . [256] [257] [258]
4.3.1.14.2.
Bewijsoverweging
De rechtbank stelt voorop dat bij de beantwoording van de vraag of het tenlastegelegde feit is bewezen, moet komen vast te staan dat de in de tenlastelegging omschreven voorwerpen en het daarin omschreven vervoermiddel (hierna: de middelen) bestemd waren tot het begaan van het misdrijf, zoals in de tenlastelegging omschreven. Daartoe dient te worden beoordeeld of de middelen afzonderlijk dan wel gezamenlijk, naar hun uiterlijke verschijningsvorm ten tijde van het handelen dienstig konden zijn voor het misdadige doel dat [verdachte] met het gebruik daarvan voor ogen had.
Uit de hierboven genoemde bewijsmiddelen blijkt het volgende.
In de Volkswagen Multivan die op 10 oktober 2019 is inbeslaggenomen, zijn DNA-matches met [verdachte] , [medeverdachte 8] en [medeverdachte 7] aangetroffen. Uit het feit dat er DNA-matches met [verdachte] en [medeverdachte 8] zijn aangetroffen op voorwerpen die in het busje lagen, heeft de rechtbank hiervoor al geconcludeerd dat [medeverdachte 8] en [verdachte] die voorwerpen – een voorhamer, twee klauwhamers, kabelbinders, een honkbalknuppel, bivakmutsen, handschoenen en een zwarte pet – voorhanden hebben gehad. [verdachte] en [medeverdachte 8] worden veroordeeld voor heling van dit Volkswagen busje (ZD 9). Uit gesprekken die na de inbeslagname van de Volkswagen Multivan zijn gevoerd blijkt dat [medeverdachte 8] en [verdachte] zich zorgen maakten over de inbeslagname. Dat het de bedoeling was [slachtoffer] al eerder te mishandelen, wordt onder meer afgeleid uit het OVC-gesprek van [naam 2] in de Nissan Micra. Daags na de inbeslagname is er telefonisch contact tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] , tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] en tussen [verdachte] en [medeverdachte 8] dat naar het oordeel van de rechtbank evident betrekking heeft op het lokaliseren en volgen van de auto van [slachtoffer] .
[slachtoffer] is later, op 30 oktober 2019, daadwerkelijk mishandeld. Onder meer [medeverdachte 7] [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] worden ten aanzien van de uitvoering van dit geweldsmisdrijf veroordeeld voor het medeplegen van poging tot zware mishandeling met voorbedachten rade. Bij die mishandeling zijn voorwerpen gebruikt die later in de garagebox aan de [adres] in een Jumbotas zijn teruggevonden. De voorwerpen die bij het geweldsmisdrijf zijn gebruikt, komen qua soort, merk en type overeen met de voorwerpen die in de inbeslaggenomen Volkswagen Multivan zijn aangetroffen en met voorwerpen die in een schuur van de grootouders van [medeverdachte 7] , waar laatstgenoemde zelf toegang toe had, zijn aangetroffen.
De rechtbank gaat er op grond van het voorgaande, in onderlinge samenhang bezien, van uit dat [verdachte] en [medeverdachte 8] de Volkswagen Multivan en de voorwerpen die daarin lagen voorhanden hebben gehad, met het oog op de uitvoering van het geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer] . Het OVC-gesprek tussen [naam 2] en [naam 3] op 26 november 2019, zoals hierboven is weergegeven, bevestigt naar het oordeel van de rechtbank eveneens dat het de bedoeling was dat het geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer] eerder door [verdachte] en [medeverdachte 8] zou worden gepleegd.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen is de rechtbank van oordeel dat de Volkswagen Multivan met valse kentekenplaten, de voorhamer, klauwhamers, kabelbinders, honkbalknuppel, bivakmutsen en zwarte pet die [verdachte] voorhanden heeft gehad gezamenlijk naar hun uiterlijke verschijningsvorm dienstig konden zijn voor zware mishandeling met voorbedachten rade. De rechtbank leidt uit het voorgaande verder af dat [verdachte] ten tijde van het voorhanden hebben van die middelen dat misdadige doel ook voor ogen had. De rechtbank acht het – gelet op de aard van de voorwerpen en de mate van voorbereiding – volstrekt onwaarschijnlijk dat er slechts een mishandeling werd voorbereid, zoals is gesuggereerd door de verdediging. Gelet op het type wapens die [verdachte] en [medeverdachte 8] bij zich hadden, gaat de rechtbank ervan uit dat het de bedoeling was [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen en dus niet om hem te doden. [verdachte] zal dan ook worden vrijgesproken van voorbereiding moord.
Wel is bewezen dat die middelen bestemd waren tot het begaan van toebrengen zwaar lichamelijk letsel en dat [verdachte] door de middelen voorhanden te hebben zich op 10 oktober 2019 schuldig heeft gemaakt aan het voorbereiden van zware mishandeling met voorbedachten rade en dat hij daarbij nauw en bewust heeft samengewerkt met [medeverdachte 8] .
De rechtbank concludeert dat feit 2 in zaak Buizerd kan worden bewezen.
4.3.1.15.
ZD 1: Criminele organisatie (zaak Buizerd, feit 1)
De rechtbank stelt ten aanzien van het toe te passen beoordelingskader voorop, dat voor een veroordeling ter zake deelneming aan een criminele organisatie dient te worden vastgesteld dat sprake is geweest van een organisatie, dat die organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven en dat de verdachte aan die organisatie heeft deelgenomen. Voor een criminele organisatie moet sprake zijn van een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen twee of meer personen. Voor deelneming aan die criminele organisatie is van belang dat de verdachte behoort tot het samenwerkingsverband en dat hij een aandeel heeft in, dan wel dit verband ondersteunt met gedragingen die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. Voor deelneming in de zin van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht is voldoende dat de verdachte in zijn algemeenheid weet (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven en hij dit oogmerk op enigerlei wijze ondersteunt. Niet is vereist dat de verdachte wetenschap heeft van één of meer concrete misdrijven die door de organisatie worden beoogd. De verdachte hoeft ook geen opzet te hebben op concrete misdrijven. Dit is niet anders indien het oogmerk van de organisatie is gericht op het plegen van misdrijven van uiteenlopende aard.
Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting komt een beeld naar voren van een gestructureerd samenwerkingsverband van in ieder geval zeven personen dat zich gedurende geruime tijd in wisselende samenstellingen heeft beziggehouden met verschillende vormen van criminaliteit, waarbij ieder een eigen aandeel heeft gehad dat rechtstreeks verband hield met de verwezenlijking van het oogmerk van die organisatie. Niet alle leden van de organisatie waren betrokken bij ieder oogmerk.
De rechtbank is op grond van de hierboven onder 4.3.1.1 tot en met 4.3.1.14 genoemde en hierna volgende bewijsmiddelen en overwegingen van oordeel dat kan worden bewezen dat [verdachte] in de tenlastegelegde periode samen met in ieder geval [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] , [medeverdachte 7] , [medeverdachte 4] en [naam 1] heeft deelgenomen aan een criminele organisatie. Daarbij was niet alleen sprake van een samenwerkingsverband tussen leden van deze criminele organisatie, maar ook van een zekere rolverdeling, zoals blijkt uit de hierboven weergegeven bewijsmiddelen.
Het oogmerk van de organisatie was gericht op het plegen van gekwalificeerde diefstal van voertuigen, opzetheling van voertuigen, het opzettelijk voorhanden hebben en gebruik maken van valse kentekenplaten en het voeren van valse kentekens, zware mishandeling met voorbedachten rade en het voorbereiden van moord.
De voertuigcriminaliteit waarmee de criminele organisatie zich bezighield, was dienstig aan het geweldsoogmerk van de organisatie. Zo werden er ten behoeve van het geweldsmisdrijf tegen [slachtoffer] twee gestolen auto’s ingezet. Dat zware mishandeling een belangrijk oogmerk van de organisatie was, leidt de rechtbank verder af uit het feit dat [naam 1] (Sky-ID [Sky-ID 2] ) de volgende dag een bericht stuurde aan Sky-ID [Sky-ID 10] met als inhoud: ‘Hebben we nieuwe hamers setjes alles voor nieuwe klus moet uit belgie of duits’ [259] , uit het hierboven aangehaalde OVC-gesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] waarin [medeverdachte 2] een artikel voorleest dat over de mishandeling van [slachtoffer] gaat en waarin [medeverdachte 1] vervolgens zegt: ‘Weet je wie we ook gaan doen Yassin’ [260] en uit een bericht van [medeverdachte 1] (Sky-ID [Sky-ID 1] ) aan Sky-ID [Sky-ID 10] (dan vermoedelijk in gebruik bij [medeverdachte 2] ) van 13 november 2019 met als inhoud: ‘Alle botte breken, Op ze minst en schade betalen, Plus boete, 50k, deze week’ [261]
De organisatie beschikte naast de voertuigen ook over wapens en andere voorwerpen ten behoeve van dit geweld. Zoals eerder beschreven werden er in de schuur van de grootouders van [medeverdachte 7] honkbalknuppels, klauwhamers en voorhamers aangetroffen. Daarnaast werden er in PGP-telefoons notities aangetroffen waaruit de rechtbank afleidt dat deze voorwerpen op bijna bedrijfsmatige wijze werden geïnventariseerd en aangeschaft.
Zo werd er in de veiliggestelde bestanden van de telefoon die onder [medeverdachte 1] in beslag is genomen en werd gekoppeld aan het Sky-ID [Sky-ID 1] een lijst aangetroffen met de naam ‘Inventaris’ met daarin vermeld de volgende goederen:
3x jammers
1x jammer autolader
8x amo flesjes
1000x 1gr zakjes
2x gps tracker
Sweeper
3x af luister zender
Renault kastje 3x sleutel
Audi kastje a6 s6 rs6 t/m bouwjaar 2010
Audi kastje B7 = rs4 t/m 2008
Audi kastje B8 = a4 s4 rs4 a5 s5 rs5 t/m 2014
22x petjes
14x bivak
20x schroeven
Slotentrekker [262]
Deze inventaris vertoont overeenkomsten met een veiliggesteld bestand uit de telefoon waaraan Sky-ID [Sky-ID 10] was gekoppeld, waarin onder het kopje ‘nodig’ het volgende stond vermeld:
10x hamer
5x moker
20x handschoenen
10 ammo
20x keukendoek
10x barbeque brander
5x knuppel
5x nokia telefoon nieuw [263]
Na de aanhouding van [medeverdachte 1] op 20 november 2019 krijgt [medeverdachte 2] (Sky-ID [Sky-ID 7] ) via Sky-chats instructies van [naam 1] (Sky-ID [Sky-ID 2] ). [medeverdachte 2] krijgt de opdracht informatie over een ‘stash’ door te geven, geen telefoons mee te nemen, nooit in auto’s (‘waggi’) te praten (‘ook niet met undercovertaal of iets’), het slot van de ‘box’ te vervangen, nieuwe telefoons te kopen, auto’s te verplaatsen en platen te vervangen en auto’s van binnen en buiten schoon te maken (‘echt super belangerijk desnoods extra ammo kopen’, ‘schoonmaken moet u wel ff zelf doen voor die fouten maakt onze broeder echt die ammo goed spuiten en vegen snap je alles stoelen grond stuur alles alles alles’). [264]
Op beelden van de garagebox van 22 november 2019 is te zien dat [medeverdachte 2] het slot van de garagebox vervangt. [265]
De leider van de criminele organisatie, [medeverdachte 1] , wordt vandaag veroordeeld voor het medeplegen van medeplichtigheid aan moord op [naam advocaat] . [verdachte] is geen verdachte in die zaak en om die reden zijn de bewijsmiddelen voor deze medeplichtigheid niet in dit vonnis opgenomen. De rechtbank verwijst naar het vonnis van [medeverdachte 1] . [266] Voor [verdachte] vindt de rechtbank het wel van belang dat deze medeplichtigheid heeft plaatsgevonden binnen het kader van de criminele organisatie. [medeverdachte 4] heeft voorverkenningen verricht bij het kantoor van [naam advocaat] en vervolgens zijn vanuit de organisatie twee auto’s ingezet. [medeverdachte 4] heeft met de Renault uit ZD4 voorverkenningen verricht bij de woning van [naam advocaat] en [medeverdachte 3] heeft de Volkswagen Transporter uit ZD 14 gestolen en ter beschikking gesteld aan de uitvoerders van de moord die hiermee eveneens voorverkenningen bij de woning van [naam advocaat] hebben verricht. Rondom de voorverkenningen was er veelvuldig PGP-contact tussen [medeverdachte 4] en [naam 1] en [medeverdachte 1] , waarbij tegens werd gecommuniceerd met een PGP-telefoon die afwisselend in gebruik was bij [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] .
De rechtbank kan ten aanzien van [medeverdachte 2] , [verdachte] en [medeverdachte 3] niet onomstotelijk vaststellen dat zij wisten dat [naam advocaat] zou worden vermoord, maar wel dat zij handelingen hebben verricht die op enigerlei wijze dienstig moeten zijn geweest aan de voorverkenningen en/of het verwijderen van sporen daarvan. Zo hebben [medeverdachte 2] en [verdachte] de Renault op 10 augustus 2019 de garagebox uitgereden nadat zij met jerrycans met brandstof de garagebox waren binnengegaan, is [medeverdachte 2] op 19 augustus 2019 samen met [medeverdachte 4] in de garagebox geweest, waarbij zij handschoenen en mondkapjes droegen en is hij op 26 augustus 2019 in zijn ééntje in de garagebox geweest waarbij hij vier grote jerrycans uit de garagebox meenam en is hij op 8, 13 en 14 september samen met [medeverdachte 1] in de garagebox waarbij zij met schoonmaakmiddelen in de weer zijn. [verdachte] heeft, in nauw contact met [medeverdachte 2] , de Renault na de laatste voorverkenning afgevoerd. Op 17 september 2019 heeft [verdachte] deze Renault op verzoek van [medeverdachte 1] naar Bergschenhoek gebracht en later is die Renault in brand gestoken. [medeverdachte 3] heeft de Volkswagen Transporter gestolen en ter beschikking gesteld aan de uitvoerders van de moord. Na de moord is [medeverdachte 2] degene die in opdracht van [naam 1] het slot van de garagebox vervangt en alles goed moet schoonmaken.
De rechtbank concludeert op basis van deze bevindingen dat de criminele organisatie ook het voorbereiden van moord tot oogmerk had.
[verdachte] heeft ten aanzien van de in zaak Buizerd onder 2 en 4 eerste en tweede cumulatief/alternatief bewezenverklaarde feiten een aandeel gehad bij zowel de voorbereiding van medeplegen van zware mishandeling met voorbedachten rade als gekwalificeerde diefstal en opzetheling van voertuigen, welke strafbare feiten rechtstreeks verband hielden met de verwezenlijking van het oogmerk van die organisatie. Het aandeel van [verdachte] blijkt uit de bewijsmiddelen en de bewijsoverwegingen ten aanzien van deze bewezenverklaarde feiten. Daarbij is met name van belang dat [verdachte] samen met verschillende leden van de criminele organisatie betrokken is geweest bij de diefstal en heling van de betreffende voertuigen en ook een aandeel heeft gehad bij de voorbereiding van een geweldsmisdrijf dat door leden van de criminele organisatie is medegepleegd. Blijkens de bewijsmiddelen was [verdachte] een bepalend lid van de criminele organisatie en hield hij zich in dat kader bezig met verschillende soorten misdrijven. In een Sky-chat met [naam 1] (Sky-ID [Sky-ID 6] ) op 19 november 2019 wordt aan [naam 1] een foto verstuurd, gevolgd door het bericht ‘de groetjes van onze nigger’ en ‘is [binaam] ’. De politie herkent [verdachte] op deze foto. Uit de chat blijkt het gesprek vervolgens verdergaat tussen [naam 1] en [verdachte] , die die dag is geschorst uit de voorlopige hechtenis. [naam 1] zegt: ‘gaat goed sir thanks we ademen nog, wees scherp sir geen fouten maken in auto’s of huizen chikies praten! Stuur u van de week een kleinigheidje’. [verdachte] antwoordt: ‘Dank u wel sir. Nee ik zal leren van mijn fouten sir.’ [267] De rechtbank leidt uit deze chat af dat [verdachte] in direct contact stond met [naam 1] en ook na de schorsing van de voorlopige hechtenis geen afstand nam van de criminele organisatie.
[verdachte] heeft zich beroepen op zijn zwijgrecht en heeft geen uitleg gegeven ten aanzien van de bij de hierboven bewezenverklaarde feiten omschreven omstandigheden. Aan voornoemd criterium van deelneming aan een criminele organisatie is naar het oordeel van de rechtbank voldaan.
De rechtbank concludeert dat feit 1 in zaak Buizerd kan worden bewezen.
4.3.2.
Zaak B
4.3.2.1.
Feiten en omstandigheden
Op 18 mei 2021 reden verbalisanten op de N201 in Vinkeveen. Zij zagen dat een personenauto van het merk BMW, type Alpina B3, met kenteken [kenteken] rechts een vrachtwagen inhaalde en dat er rook uit de achterzijde van het voertuig kwam. Verbalisanten zagen in de politiesystemen dat het voertuig als gestolen gesignaleerd stond. [268] Uit een aangifte van [naam 14] bleek dat de BMW tussen 29 maart 2021 (20:30 uur) en 30 maart 2021 (07:30 uur) was gestolen op de Burgemeester Padmosweg in Wilnis. [269] Na een lange achtervolging is [verdachte] als bestuurder van de BMW aangehouden. [270]
Verbalisanten zagen tijdens de aanhouding dat [verdachte] bloeddoorlopen ogen had, dat hij trilde en dat hij zich onrustig gedroeg. Uit het bloedonderzoek bleek dat hij cannabis had gebruikt: het gehalte in zijn bloed bedroeg 4,1 microgram THC per liter bloed. [271]
Tijdens het vervoer naar het arrestantencomplex hoorde verbalisant [naam verbalisant 1] [verdachte] onder andere verklaren dat hij € 1.000,- kreeg om de auto te vervoeren en dat hij de auto in brand moest steken als het niet zou lukken om de auto op bestemming te krijgen. [272] Ook verbalisant [naam verbalisant 2] heeft verklaard dat zij [verdachte] hoorde zeggen:
“Ik dacht even makkelijk geld verdienen. Ik zou duizend euro krijgen als ik de auto op zou halen en op een andere locatie af zou leveren. Als dit niet zou lukken moest ik de auto in de brand steken.” [273]
[verdachte] heeft tijdens politieverhoren en op de zitting verklaard dat hij niet wist dat het voertuig gestolen was. Hij kreeg de BMW aangeboden van zijn vriend [naam vriend] om weg te brengen naar de wijk Lombok in Utrecht. [verdachte] dacht dat alles in orde was met de auto. Het klopt niet dat hij heeft verklaard dat hij € 1.000,- kreeg om de auto te vervoeren en dat hij de auto in brand moest steken als dit niet zou lukken.
[verdachte] heeft op de zitting bekend dat hij tijdens het rijden onder invloed was van THC. [274]
Naar aanleiding van de verklaring van [verdachte] is [naam vriend] op 10 juni 2021 gehoord. Hij heeft verklaard dat hij er niets mee te maken heeft en dat hij niets van de BMW af weet. [275]
4.3.2.2.
Bewijsoverweging
Ten aanzien van feit 1 primair - opzetheling
Gelet op voornoemde bewijsmiddelen acht de rechtbank bewezen dat [verdachte] op 18 mei 2021 de gestolen BMW voorhanden heeft gehad. Dat [verdachte] wist dat deze BMW van diefstal afkomstig was leidt de rechtbank af uit zijn verklaring dat hij € 1.000,- zou krijgen om de BMW te vervoeren en dat hij de auto in brand moest steken als het niet zou lukken om de auto op de plaats van bestemming te krijgen. Deze verklaring is direct na zijn aanhouding afgelegd en door meerdere verbalisanten gehoord. Dat [verdachte] later heeft verklaard dat hij de auto moest wegbrengen voor [naam vriend] acht de rechtbank ongeloofwaardig, mede omdat dit door [naam vriend] wordt ontkend. Daarnaast blijkt uit de bewezenverklaringen in dossier Buizerd dat [verdachte] vaker gestolen auto’s voorhanden had.
De rechtbank komt tot de conclusie dat [verdachte] zich schuldig heeft gemaakt aan opzetheling.
Ten aanzien van feit 3 – rijden onder invloed
De rechtbank is op grond van voornoemde bewijsmiddelen en de bekennende verklaring van [verdachte] op de zitting van oordeel dat feit 3 kan worden bewezen.

5.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4.3vervatte bewijsmiddelen bewezen dat [verdachte]
Zaak A
1.
in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 november 2019 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit hem, verdachte, en/of [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 7] en/of [medeverdachte 4] en/of een of meerdere anderen, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
- gekwalificeerde diefstal (van voertuigen) als bedoeld in artikel 311/310 Wetboek van Strafrecht en
- opzetheling (van voertuigen) als bedoeld in artikel 416/417 Wetboek van Strafrecht en
- voorbereiding van moord als bedoeld in artikel 46 jo. 289 Wetboek van Strafrecht en
- zware mishandeling met voorbedachten rade als bedoeld in artikel 303/302 Wetboek van Strafrecht en
- opzettelijk voorhanden hebben en gebruik maken van een vals geschrift (valse kentekenplaten) als bedoeld in artikel 225 lid 1 en lid 2 Wetboek van Strafrecht en/of het voeren van valse kentekens als bedoeld in artikel 41 eerste lid, onder c en/of d van de Wegenverkeerswet 1994;
2.
op 10 oktober 2019 te Utrecht, ter voorbereiding van het met anderen te plegen misdrijf, te weten het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel met voorbedachten rade aan [slachtoffer] , tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk, voorwerpen en een vervoermiddel, te weten:
- een personenauto (merk Volkswagen, type Multivan, voorzien van het valse kenteken [kenteken] ) en/of
- een voorhamer en/of
- een of meerdere klauwhamers en/of
- een of meerdere kabelbinders en/of
- een honkbalknuppel en/of
- een of meerdere bivakmutsen en/of
- een zwarte pet,
bestemd tot het in vereniging begaan van dat misdrijf, heeft voorhanden heeft gehad;
4.
in de periode van 8 augustus 2019 tot en met 9 augustus 2019 te Zandvoort, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening een personenauto heeft weggenomen, te weten
(zaaksdossier 8)
- een personenauto (merk Audi, type S4, voorzien van het kenteken [kenteken] ) toebehorende aan [naam 15]
en
op tijdstippen in de periode van 1 juni 2019 tot en met 30 november 2019 te Amsterdam en/of Utrecht en/of Voorburg, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, personenauto’s, te weten
(zaaksdossier 4)
- een personenauto van het merk Renault, type Megane (voorzien van het valse kenteken [kenteken] ) en/of
(zaaksdossier 5)
- een personenauto van het merk Renault, type Megane (voorzien van het valse kenteken [kenteken] ) en/of
(zaaksdossier 9)
- een personenauto van het merk Volkswagen, type Multivan (voorzien van het valse kenteken [kenteken] ) en/of
(zaaksdossier 10)
- een personenauto (merk Audi, type A4, voorzien van het valse kenteken [kenteken] ) en/of
voorhanden heeft gehad, terwijl hij en/of zijn mededaders ten tijde van het voorhanden krijgen wist(en), dat het (een) door diefstal verkregen goed(eren) betrof;
Zaak B
1.
op 18 mei 2021 in Nederland, een personenauto van het merk BMW, type Alpina B3 (voorzien van het kenteken [kenteken] ) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen wist dat het een door diefstal, in elk geval een door misdrijf verkregen goed betrof;
3.
op 18 mei 2021 in Nederland, een personenauto heeft bestuurd, na gebruik van een in artikel 2, van het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer, aangewezen stof als bedoeld in artikel 8, eerste lid van de Wegenverkeerswet 1994, te weten cannabis, terwijl ingevolge een onderzoek in de zin van artikel 8 van de WVW94, het gehalte in zijn bloed van de bij die stof vermelde meetbare stof 4,1 microgram THC per liter bedroeg, zijnde hoger dan de in artikel 3 van genoemd Besluit, bij die stof vermelde grenswaarde.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. [verdachte] is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.Strafbaarheid van de feiten

De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

7.Strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van [verdachte] uitsluit. [verdachte] is dan ook strafbaar.
8.
Motivering van de straf
8.1.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd dat [verdachte] worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar en zes maanden met aftrek van voorarrest.
8.2.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht om bij de strafoplegging rekening te houden met de omstandigheid dat de zaak Pulheim als verdubbelaar heeft gewerkt op de eis van de officier van justitie. De feiten die volgens de verdediging kunnen worden bewezenverklaard rechtvaardigen een gevangenisstraf die in maanden wordt uitgedrukt, bijvoorbeeld een gevangenisstraf van achttien, twintig of 24 maanden.
8.3.
Oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van [verdachte] , zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Ernst van de feiten
[verdachte] heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van voorbereiding van zware mishandeling met voorbedachten rade. Hij heeft samen met [medeverdachte 8] goederen (waaronder een honkbalknuppel, een hamer, kabelbinders en bivakmutsen) voorhanden gehad die bedoeld waren voor een zware mishandeling van [slachtoffer] . Zware mishandeling is een ernstig feit, dat grote inbreuk maakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Daarnaast maakt het een grote inbreuk op de rechtsorde en het vergroot het gevoel van onveiligheid in de maatschappij. De rechtbank neemt het [verdachte] kwalijk dat hij zich heeft ingelaten met een kennelijk conflict, de eigenrichting van een ander. Van een eigen relatie of conflict met [slachtoffer] is in ieder geval niet gebleken. De rechtbank vindt het zorgelijk dat [verdachte] daarbij op geen enkel moment tot bezinning is gekomen.
De voorbereiding van het geweldsmisdrijf heeft plaatsgevonden binnen het kader van een criminele organisatie, waarvan [verdachte] deel uitmaakte. Enkele weken later is [slachtoffer] vervolgens daadwerkelijk slachtoffer geworden, waarbij hij door leden van deze organisatie naar de plaats delict is gelokt en vervolgens met dezelfde soort voorwerpen in elkaar is geslagen. [verdachte] had dit kunnen voorkomen als hij bijvoorbeeld de politie of [slachtoffer] had gewaarschuwd.
De criminele organisatie had verder ook (gekwalificeerde) diefstal en opzetheling van voertuigen en het opzettelijk voorhanden hebben en gebruik maken van valse kentekenplaten als oogmerk. Voertuigen werden gestolen en veelal gestald in de garagebox van [medeverdachte 1] aan de [adres] . De voertuigen werden ‘gesweept’, schoongemaakt, van valse kentekenplaten voorzien en voor ernstige misdrijven gebruikt. [verdachte] heeft zich, in het kader van de criminele organisatie, ook schuldig gemaakt aan opzetheling van vier voertuigen en de diefstal van één voertuig.
De organisatie had naast dit alles ook voorbereiding van moord als oogmerk. Weliswaar is die moord niet aan [verdachte] tenlastegelegd, maar gezien alles wat hiervoor is besproken over de deelname van [verdachte] aan de organisatie gaat de rechtbank ervan uit dat hij ook wist dat de gestolen auto’s werden ingezet voor zware delicten. Op geen enkele wijze heeft [verdachte] zich onttrokken aan de handelingen van de organisatie.
[medeverdachte 1] gaf leiding aan de organisatie. Het betrof geen vast samenwerkingsverband, maar een aantal personen die in wisselende samenstelling hebben geopereerd. Dit betroffen, naast [verdachte] en [medeverdachte 1] , [naam 1] , [medeverdachte 4] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 7] . De deelnemers aan deze criminele organisatie hadden ieder hun eigen rol in de taakverdeling. Het deelnemen aan een criminele organisatie is een delict dat de openbare orde raakt. De strafwaardigheid van deelneming aan een criminele organisatie wordt niet alleen bepaald door de organisatiegraad en het ontwrichtende karakter daarvan voor de openbare orde, maar ook door de aard van de misdrijven die worden beoogd. De criminele inslag van [verdachte] blijkt uit de hierboven aangehaalde Sky-chat, waaruit de rechtbank afleidt dat hij zelfs nadat hij vrijkwam uit voorlopige hechtenis voornemens was door te gaan met zijn criminele activiteiten. [verdachte] heeft zich op 18 mei 2021 vervolgens ook schuldig gemaakt aan opzetheling van een voertuig en het rijden onder invloed van THC.
Persoonlijke omstandigheden
De rechtbank heeft kennisgenomen van het strafblad van [verdachte] van 5 september 2023. Hieruit blijkt dat hij voorafgaand aan onderhavige feiten meermalen is veroordeeld voor het plegen van vermogensdelicten en geweldsdelicten. Ook is hij eerder veroordeeld voor het overtreden van de Wegenverkeerswet 1994. De rechtbank weegt dit in het nadeel van [verdachte] mee. De criminele inslag van hem wordt bevestigd door dit strafblad en baart de rechtbank ernstig zorgen.
De rechtbank houdt in strafmatigende zin rekening met de omstandigheid dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht aan de orde is, aangezien [verdachte] na onderhavige feiten meermalen een gevangenisstraf is opgelegd.
Strafoplegging
Gezien de ernst van de feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank heeft gekeken naar de oriëntatiepunten voor straftoemeting (LOVS) die de rechtbanken hebben vastgesteld. Nu er geen oriëntatiepunten zijn voor heling, heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de straffen die normaliter voor diefstal van auto’s worden opgelegd. De oriëntatiepunten noemen voor diefstal van één voertuig, waarbij sprake is van recidive ter zake van soortgelijke strafbare feiten, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 (drie) maanden. Nu in onderhavige zaak sprake is van opzetheling van vijf voertuigen en diefstal van één voertuig, neemt de rechtbank een gevangenisstraf van 18 (achttien) maanden als uitgangspunt.
De rechtbank acht het een passend uitgangspunt om voor de voorbereiding van een zware mishandeling met voorbedachten rade een gevangenisstraf van 15 (vijftien) maanden op te leggen.
Er zijn geen oriëntatiepunten voor deelname aan een criminele organisatie. Gelet op de rol van [verdachte] , zoals hierboven omschreven, acht de rechtbank voor de deelname aan de criminele organisatie een gevangenisstraf van 12 (twaalf) maanden passend.
Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf van 45 (vijfenveertig) maanden met aftrek van voorarrest passend en geboden.
Overschrijding van de redelijke termijn
De rechtbank stelt vast dat de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, EVRM is overschreden. Het startmoment voor de redelijke termijn is het moment waarop de verdachte in redelijkheid kan verwachten dat hij door het Openbaar Ministerie voor een bepaald strafbaar feit zal worden vervolgd. De redelijke termijn begon te lopen op het moment dat [verdachte] op 28 april 2020 in verzekering werd gesteld. Het einde van de periode is 15 maart 2024, de dag waarop de rechtbank uitspraak doet.
Een verdachte heeft het recht dat zijn berechting spoedig verloopt, maar de standaard-‘redelijke termijn’ van twee jaar heeft geen betrekking op dit soort grote onderzoeken. De redelijkheid van de duur van een zaak is onder meer afhankelijk van a) de ingewikkeldheid van de zaak, b) de invloed van de verdachte en/of zijn advocaat op het procesverloop en c) de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld.
De rechtbank overweegt dat in deze zaak sprake is van een omvangrijk en complex onderzoek met veel verdachten. Op verzoek van het Openbaar Ministerie is de zaak in mei 2021 niet inhoudelijk behandeld, zodat de PGP-telefoons ontsleuteld konden worden. Hiervoor waren langdurige onderzoekstechnieken nodig, wat tot vertraging heeft geleid. Alles afwegend vindt de rechtbank een termijn van drie jaar een redelijke termijn waarbinnen het vonnis gewezen had kunnen worden. Dit betekent dat de redelijke termijn met ongeveer elf maanden is overschreden. De rechtbank ziet echter geen aanleiding om over te gaan tot strafvermindering. Het bevel tot voorlopige hechtenis van [verdachte] werd op 12 november 2020 geschorst, omdat werd voorzien dat de inhoudelijke behandeling nog lang op zich liet wachten. De rechtbank heeft de overschrijding van de redelijke termijn daarom al verdisconteerd in de schorsing. De rechtbank volstaat dan ook met de enkele vaststelling dat de redelijke termijn is overschreden.

9.Beslag

Onder [verdachte] zijn de volgende voorwerpen in beslag genomen:
1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 5863706)
1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 5963253)
1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 6204373)
1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 6204377)
9.1.
Teruggave
De rechtbank is van oordeel dat de onder nummers 1 tot en met 4 inbeslaggenomen en niet teruggegeven telefoons dienen te worden teruggegeven aan de rechthebbende, nadat dit vonnis onherroepelijk is geworden.

10.Benadeelde partijen

10.1.
Vorderingen
De benadeelde partij [benadeelde partij 1] vordert € 9.800,- aan vergoeding van materiële schade en € 1.000,- aan vergoeding van immateriële schade.
De benadeelde partij [benadeelde partij 2] vordert € 9.137,- aan vergoeding van materiële schade.
De benadeelde partij [benadeelde partij 3] vordert € 872,- aan vergoeding van materiële schade.
De benadeelde partijen hebben gevorderd de schadevergoeding te vermeerderen met de wettelijke rente en aan [verdachte] de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
10.2.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [benadeelde partij 1] niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat [verdachte] moet worden vrijgesproken van de diefstal en heling van de Audi A5 (ZD 7).
De vordering van [benadeelde partij 2] kan hoofdelijk worden toegewezen tot een bedrag van € 2.000,-
De vordering van [benadeelde partij 3] moet niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat niet kan worden vastgesteld dat de goederen nog in de auto lagen toen [verdachte] over de auto kon beschikken.
De officier van justitie heeft gevorderd aan [verdachte] de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
10.3.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat [benadeelde partij 1] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat [verdachte] moet worden vrijgesproken ten aanzien van ZD 7. De vorderingen van [benadeelde partij 2] en [benadeelde partij 3] moeten niet-ontvankelijk worden verklaard omdat [verdachte] als heler niet verantwoordelijk is voor de geleden schade. Daarnaast is de vordering van [benadeelde partij 2] onvoldoende onderbouwd.
10.4.
Oordeel van de rechtbank
10.4.1.
Benadeelde partij [benadeelde partij 1]
De benadeelde partij [benadeelde partij 1] zal niet-ontvankelijk in de vordering worden verklaard, omdat [verdachte] wordt vrijgesproken van de diefstal en heling van de Audi A5 (ZD 7).
10.4.2.
Benadeelde partij [benadeelde partij 2]
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij [benadeelde partij 2] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gevorderde schade te verwijderd staat van de bewezenverklaarde opzetheling van de Volkswagen Multivan (ZD 9).
10.4.3.
Benadeelde partij [benadeelde partij 3]
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij [benadeelde partij 3] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de gevorderde schade te verwijderd staat van de bewezenverklaarde opzetheling van de Audi A4 (ZD 10).

11.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 46, 47, 57, 63, 140, 303, 311 en 416 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 8 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994.

12.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart de officier van justitie niet-ontvankelijk in de vervolging van [verdachte] ter zake van het onder 2 in zaak B ten laste gelegde.
Verklaart het in zaak Buizerd onder 3 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt [verdachte] daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat [verdachte] het in zaak Buizerd onder 1, 2 en 4 en het in zaak B onder 1 en 3 ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan [verdachte] meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt [verdachte] daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van zaak Buizerd, feit 1:
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven;
Ten aanzien van zaak Buizerd, feit 2:
medeplegen van voorbereiding van medeplegen van zware mishandeling gepleegd met voorbedachten rade;
Ten aanzien van zaak Buizerd, feit 4 eerste cumulatief/alternatief:
diefstal door twee of meer verenigde personen;
Ten aanzien van zaak Buizerd, feit 4, tweede cumulatief/alternatief:
medeplegen van opzetheling, meermalen gepleegd;
en
opzetheling, meermalen gepleegd;
Ten aanzien van feit 1 in zaak B:
opzetheling;
Ten aanzien van feit 3 in zaak B
overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt [verdachte] tot een
gevangenisstraf van 45 (vijfenveertig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door [verdachte] voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan [verdachte] voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
Gelast de teruggave aan de rechthebbende na onherroepelijk worden van dit vonnis van:
  • 1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 5863706)
  • 1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 5963253)
  • 1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 6204373)
  • 1.00 STK Telefoontoestel (goednummer 6204377)
Verklaart [benadeelde partij 1] , [benadeelde partij 2] en [benadeelde partij 3] niet-ontvankelijk in hun vorderingen.
Bepaalt dat de benadeelde partijen en [verdachte] ieder de eigen kosten dragen.
Dit vonnis is gewezen door
mr. P.P.C.M. Waarts, voorzitter,
mrs. F. Dekkers en M. Wiewel, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S.F. Coskun en mr. S. van Gerven, griffiers,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 15 maart 2024.

Voetnoten

1.Ten behoeve van de leesbaarheid van dit vonnis, worden verdachte en medeverdachten telkens bij hun achternaam genoemd.
2.Zie ECLI:NL:GHAMS:2023:455 en ECLI:NL:GHAMS:2023:456 (niet-onherroepelijk).
3.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
4.PV bevindingen, code 14945357, dossier Pulheim, p. 5 3921 t/m 5 3924 (dig. p. 5603 t/m 5606).
5.PV bevindingen, code 15249547, dossier Pulheim, p. 5 3941 t/m 5 3943 (midden) (dig. p. 5623 t/m 5625).
6.PV bevindingen, code 15327152, dossier Pulheim, p. 5 3925 t/m 5 3927 (dig. p. 5607 t/m 5609).
7.PV onderzoek inbeslaggenomen GSM iPhone XS Max ZZ08.01, dossier Buizerd p. 5 3843 (dig. p. 5524).
8.PV bevindingen (AH241), nummer 1004, dossier Buizerd p. 002396 (dig. p. 2435).
9.PV bevindingen, nummer 1928, dossier Buizerd p. 7317-7320 (dig. p. 7334-7337).
10.PV bevindingen (AH 104), nummer 395, dossier Buizerd, p. 001613 (dig. p. 1649).
11.PV bevindingen (AH 295, nummer 1094, dossier Buizerd, p. 002709 (vierde alinea) (dig. p. 2747).
12.PV bevindingen (AH 237), code 20200116.1505, dossier Buizerd, p. 002376 en 002377 (dig. p. 2414 en 2415).
13.PV bevindingen, code 14818349, dossier Pulheim, p. 5 3870 t/m 5 3873 (dig. p. 5551 t/m 5554)
14.PV bevindingen, code 18155553 dossier Pulheim, p. 120395 (bovenste schema) (dig. p. 8839).
15.PV aanvulling van doorzoeking ter inbeslagneming, code 12088656, dossier Pulheim, p. 9 0015 (punt 1.5.) (dig. p. 8404).
16.PV bevindingen, nummer 2019197266, dossier Pulheim, p. 7 0005 (dig. p. 7702).
17.PV bevindingen, code 16659071, dossier Pulheim, p. 120014 (bovenaan) (dig. p. 8458).
18.PV bevindingen, code 13360109, dossier Pulheim, p. 5 4888 t/m 5 4900 (dig. p. 6570 t/m 6582).
19.PV bevindingen, code 18155553, dossier Pulheim, p. 120397 (schema) (dig. p. 8841).
20.PV bevindingen, code 13360109, dossier Pulheim, p 5 4894 en 5 4985 (dig. p. 6576 en 6577).
21.PV bevindingen, code 14901519, dossier Pulheim, p. 5 3864 t/m 5 3866 (midden) (dig. p. 5545 t/m 5547).
22.PV bevindingen, nummer 1358, dossier Pulheim, p. 5 4731 (dig. p. 6413).
23.PV bevindingen, code 14967155, dossier Pulheim, p. 5 3858 t/m 5 3860 (dig. p. 5539 t/m 5541).
24.PV bevindingen, code 16566671, dossier Pulheim, p. 120089 (schema) (dig. p. 8533).
25.PV bevindingen, nummer 1954, dossier Pulheim, p. 5 5115 (dig. p. 6797) en een geschrift, te weten een kennisgeving van inbeslagneming met nummer PL1300-2019197266-344, p. 5 5116 (dig. p. 6798).
26.PV bevindingen, code 13875270, dossier Pulheim, p. 5 1371 (onder 2.2.) (dig. p. 3049).
27.PV bevindingen, code 16703382, dossier Pulheim, p. 120199 (onderaan) (dig. p. 8643).
28.PV bevindingen, code 15214652, dossier Pulheim, p. 5 4459 t/m 5 4463 (dig. p. 6141 t/m 6145).
29.PV bevindingen, code 14229685, dossier Pulheim, p. 5 4712 en 5 4713 (dig. p. 6394 en 6395).
30.PV bevindingen, code 13031414, dossier Pulheim, p. 5 1108 (dig. p. 2786).
31.PV bevindingen, code 15140319, dossier Pulheim, p. 5 3874 t/m 5 3877) (dig. p. 5556 en 5559).
32.PV bevindingen, code , dossier Pulheim, p. 120395 (middelste schema) (dig. p. 8839).
33.PV bevindingen, code 16776505, dossier Pulheim, p. 120207 en 120208 (dig. p. 8651 en 8652).
34.PV bevindingen, (AH 208), nummer 861, dossier Buizerd, p. 002231 en 002232 (dig. p. 2268 en 2269).
35.PVB, code 15327294, dossier Pulheim, p. 5 3918 t/m 5 3920 (dig. p. 5600 t/m 5602).
36.PVB, code 16640961, dossier Pulheim, p. 120022 (onderaan) (dig. p. 8466) en PVB, code 16578950, dossier Pulheim, p. 120064 (schema) (dig. p. 8508).
37.PV bevindingen, code 14948567, dossier Pulheim, p. 5 3906 t/m 5 3908 (midden) (dig. p. 5588 t/m 5590)
38.PV bevindingen, code 14999249, dossier Pulheim, p. 5 4464 t/m 5 4467 (dig. p. 6146 t/m 6149)
39.PV bevindingen (AH 347), nummer 1285, dossier Buizerd, p. 003020 t/m 003022 (dig. p. 3058 t/m 3060).
40.PV bevindingen, code 202002251230, dossier Pulheim, p. 5 5130 en 5 5131 (dig. p. 6812 en 6813).
41.PV bevindingen (AH 380), nummer 1280, dossier Buizerd, p. 003253 t/m 003261 (dig. p. 3285 t/m 3293).
42.PV bevindingen, code 202002251230, dossier Pulheim, p. 5 5130 en 5 5131 (dig. p. 6812 en 6813).
43.PV bevindingen, code 15445574, dossier Pulheim, p. 5 5109 (onderaan) (dig. p. 6791).
44.PV bevindingen, code 16671582, dossier Pulheim, p. 1200145 (schema) (dig. p. 8589).
45.PV bevindingen (AH 144), nummer 535, dossier Buizerd, p. 001798 (dig. p. 1834).
46.PV bevindingen (AH 003), nummer 9, dossier Buizerd, p. 001232 t/m 001233 (dig. p. 1265 t/m 1266).
47.PV bevindingen (AH 005), nummer 18, dossier Buizerd, p. 001238 t/m 001240 (dig. p. 1271 t/m 1273).
48.PV betreden besloten plaats 8 augustus 2019, nummer Buizerd PLT INKIJK 20190808.01, dossier Buizerd, p. 004892 t/m 004893 (dig. p. 4910 t/m 4911).
49.PV betreden besloten plaats 8 augustus 2019, nummer Buizerd PLT INKIJK 20190808.01, dossier Buizerd, p. 004892 (dig. p. 4910).
50.PV bevindingen (AH 148), nummer 25, dossier Buizerd, p. 001803 (dig. p. 1839).
51.PV bevindingen (AH 003), nummer 9, dossier Buizerd, p. 001237 (dig. p. 1270).
52.PV bevindingen (AH 025), nummer 284, dossier Buizerd, p. 001296 (dig. p. 1329).
53.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003360 (dig. p. 3389).
54.PV bevindingen (AH 010), nummer 40, dossier Buizerd, p. 001249, 001250 (dig. p. 1282 en 1283)
55.PV (Inzet technisch hulpmiddel), nummer Buizerd T1 20190814 [adres] , dossier Buizerd, p. 004961 t/m 004962 (dig. p. 4979 t/m 4980).
56.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003382 (dig. p. 3411).
57.PV bevindingen (AH 030), nummer 1908191404.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001313 (dig. p. 1346).
58.PV bevindingen (AH 031), nummer 1908201145.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001320
59.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003364 (dig. p. 3393).
60.PV bevindingen (AH 033), nummer 1908271344.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001342 (dig. p. 1375).
61.PV bevindingen (AH 035), nummer 190909.1532.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001352 (dig. p. 1385).
62.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003367 (dig. p. 3396).
63.PV bevindingen (AH 076), nummer 20191008.1310 BEV, dossier Buizerd, p. 001551 (dig. p. 1586).
64.PV bevindingen (AH 039), nummer 190916.1400.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001370, 001371, 001374, 001376, 001379 (dig. p. 1403, 1404, 1407, 1409, 1412).
65.PV bevindingen (AH 197), nummer 59, dossier Buizerd, p. 002193 (dig. p. 2230).
66.PV bevindingen (AH 040), nummer 190916.1506.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001382 t/m 001385
67.PV bevindingen (AH 040), nummer 190916.1506.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001386 t/m 001387
68.PV bevindingen (AH 042), nummer 190919.0950.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001390, 001394
69.PV bevindingen (AH 076), nummer 287, dossier Buizerd, p. 001552 (dig. p. 1587) (onderaan).
70.PV bevindingen (AH 043), nummer 173, dossier Buizerd, p. 001401 onderaan t/m 001411 (dig. p. 1434 onderaan t/m 1444).
71.PV bevindingen (AH 076), nummer 287, dossier Buizerd, p. 001553 (dig. p. 1588) (bovenaan).
72.PV bevindingen (AH 229), nummer 1016, dossier Buizerd, p. 002347 t/m 002348 (dig. p. 2385 t/m 2386).
73.PV doorzoeking ter inbeslagneming (AH 225), nummer 742, dossier Buizerd, p. 002314, 002316, 002317 (dig. p. 2352, 2354, 2355).
74.PV doorzoeking ter inbeslagneming (AH 173), nummer 640, dossier Buizerd, p. 002007 t/m 002008
75.PV bevindingen (AH 171), nummer 786, dossier Buizerd, p. 001995 t/m 001996 (dig. p. 2031 t/m 2032).
76.Rapport van bevindingen technisch onderzoek (AH 299), nummer 7945864, dossier Buizerd, p. 002718 t/m 002721 (dig. p. 2756 t/m 2759).
77.PV doorzoeking ter inbeslagneming (AH 212), nummer 664, dossier Buizerd, p. 002276 (dig. p. 2313).
78.PV bevindingen (AH 252), nummer 1070, dossier Buizerd, p. 002459 (dig. p. 2497).
79.PV doorzoeking ter inbeslagneming (AH 182), nummer 641, dossier Buizerd, p. 002055 t/m 002056 bovenaan (dig. p. 2092 t/m 2093 bovenaan).
80.PV bevindingen (AH 224), nummer 973, dossier Buizerd, p. 002311 t/m 002313 (dig. p. 2349 t/m 2351).
81.PV bevindingen (AH 387), nummer 1510, dossier Buizerd, p. 003293 t/m 003296 bovenaan (dig. p. 3322 t/m 3325 bovenaan).
82.PV bevindingen (AH 189), nummer 799, dossier Buizerd, p. 002101 t/m 002102 (dig. p. 2138 t/m 2139).
83.OVC gesprek Nissan Micra sessie 192827, 26-11-2019 om 19.28.27 uur, dossier Buizerd, p. 002106 t/m 002112 (dig. p. 2143 t/m 2149).
84.OVC gesprek Nissan Micra sessie 192827, 26-11-2019 om 19.28.27 uur, dossier Buizerd, p. 002106 t/m 002112 (dig. p. 2143 t/m 2149).
85.OVC gesprek Nissan Micra sessie 195836, 26-11-2019 om 19.58.36 uur, dossier Buizerd, p. 002115 t/m 002118 (dig. p. 2152 t/m 2155).
86.Vonnis Rechtbank Amsterdam van 15 maart 2024 inzake [medeverdachte 1] , parketnummers 13/730015-20 en 13/730053-19.
87.PV aangifte (AH 014), nummer PL0900-2019186254-1, dossier Buizerd, p. 001262 t/m 001263 (dig. p. 1295 t/m 1296).
88.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002735 (dig. p. 2773).
89.Rapport Telecomanalyse (AH 207), dossier Buizerd, p. 002217 t/m 002219 en p. 002223 (dig. p. 2254 t/m 2256 en 2260).
90.PV bevindingen (AH 260), nummer 1027, dossier Buizerd, p. 002502 (dig. p. 2541).
91.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002736 (dig. p. 2774).
92.PV bevindingen (AH 012), nummer 23, dossier Buizerd, p. 001260 (dig. p. 1293).
93.PV bevindingen (AH 292), nummer 1144, dossier Buizerd, p. 002622, 002626 (dig. p. 2660, 2664).
94.PV bevindingen (AH 168), nummer 191120.1308.AMB, dossier Buizerd, p. 001904 t/m 001905 (dig. p. 1940 t/m 1941).
95.PV bevindingen (AH 027), nummer 14, dossier Buizerd, p. 001302 t/m 001305 (dig. p. 1335 t/m 1338).
96.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002738 (dig. p. 2776) onderaan.
97.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002739 (dig. p. 2777).
98.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002739 (dig. p. 2777).
99.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002740 (dig. p. 2778).
100.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002742 (dig. p. 2780).
101.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002743 (dig. p. 2781).
102.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002744 (dig. p. 2782).
103.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002744 (dig. p. 2782).
104.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002745 (dig. p. 2783).
105.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002746 (dig. p. 2784 ).
106.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002747 (dig. p. 2785).
107.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002749 (dig. p. 2787).
108.PV bevindingen (AH 205), nummer 469, dossier Buizerd, p. 002213 (dig. p. 2250).
109.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002751 (dig. p. 2789).
110.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002752 (dig. p. 2790) bovenaan.
111.Tapgesprek sessie 7496, 17-09-2019 om 19.29.20 uur, dossier Buizerd, p. 002014 (dig. p. 2050).
112.PV bevindingen, nummer 2019197266, dossier Pulheim, p. 5 1219 t/m 5 1220 (dig. p. 2897 t/m 2898).
113.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002752 (dig. p. 2790).
114.Tapgesprek TA008 sessie 2588, 17-09-2019 om 20.02.55 uur, dossier Pulheim, p. 5 1221 (dig. p. 2899).
115.PV bevindingen (AH 205), nummer 469, dossier Buizerd, p. 002214 (dig. p. 2251).
116.PV bevindingen (AH 205), nummer 469, dossier Buizerd, p. 002215 (dig. p. 2252) bovenaan.
117.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002752 (dig. p. 2790) onderaan.
118.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002753 (dig. p. 2791).
119.Tapgesprek TA008 sessie 2671, 17-09-2019 om 21.07.19 uur, dossier Buizerd, p. 001979 (dig. p. 2015).
120.Tapgesprek TA008 sessie 2732, l7-09-2019 om 22.33.47 uur, dossier Buizerd, p. 001981 (dig. p. 2017).
121.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002754 (dig. p. 2792).
122.Tapgesprek sessie 7652, 17-09-2019 om 22.41.58 uur, dossier Buizerd, p. 002017 (dig. p. 2053).
123.PV bevindingen (AH 300), nummer 1117, dossier Buizerd, p. 002754 (dig. p. 2792).
124.PV bevindingen (AH 205), nummer 469, dossier Buizerd, p. 002216 (dig. p. 2253).
125.Schriftelijke verklaring [medeverdachte 1] , ‘Verklaring Renault Megane [kenteken] ’, dossier Pulheim, p. 4 0437 onderaan t/m 4 0438 bovenaan (dig. p. 1636 onderaan t/m 1637 bovenaan).
126.PV terechtzitting van 9 oktober 2023, inhoudende de verklaring van [verdachte] in zijn eigen zaak.
127.PV aangifte (AH 015), nummer PL0900-2019189339-1, dossier Buizerd, p. 001266 (dig. p. 1299).
128.PV bevindingen (AH 013), nummer 24, dossier Buizerd, p. 001261 (dig. p. 1294).
129.PV bevindingen (AH 003), nummer 9, dossier Buizerd, p. 001237 (dig. p. 1270).
130.PV bevindingen (AH 010), nummer 40, dossier Buizerd, p. 001249 t/m 001251 (dig. p. 1282 t/m 1284).
131.PV betreden besloten plaats 14 augustus 2019, nummer Buizerd PLT INKIJK 20190814.01, p. 005020 t/m 005021 (dig. p. 5038 t/m 5039).
132.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003355 t/m 003356 (dig. p. 3384 t/m 3385).
133.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003358 (dig. p. 3387).
134.PV bevindingen (AH 395), nummer 1338, dossier Buizerd, p. 003362 t/m 003363 (dig. p. 3391 t/m 3392).
135.PV bevindingen (AH 046), nummer 1908220930.1190.AMB, dossier Buizerd, p. 001437 (dig. p. 1470).
136.PV bevindingen (AH 047), nummer PL0900-2079260150-2, dossier Buizerd, p. 001439 (dig. p. 1472).
137.PV bevindingen (AH 239) met bijlagen, nummer 1053, dossier Buizerd, p. 002389 t/m 002392 (dig. p. 2427 t/m 2430).
138.PV bevindingen (AH 332) met bijlagen, nummer 1148, dossier Buizerd, p. 002932 t/m 002935 (dig. p. 2969 t/m 2972).
139.PV bevindingen (AH 330) met bijlagen, nummer 1147, dossier Buizerd, p. 002922 t/m 002926 (dig. p. 2959 t/m 2963).
140.PV bevindingen (AH 244) met bijlagen, nummer 1056, dossier Buizerd, p. 002418 t/m 002421 (dig. p. 2456 t/m 2459).
141.PV bevindingen (AH 204), nummer 463, dossier Buizerd, p. 002206 t/m 2207 (dig. p. 2243 t/m 2244).
142.PV bevindingen (AH 204), nummer 463, dossier Buizerd, p. 002209 (dig. p. 2246).
143.PV bevindingen (AH 204), nummer 463, dossier Buizerd, p. 002210 (dig. p. 2247).
144.PV bevindingen (AH 204), nummer 463, dossier Buizerd, p. 002211 (dig. p. 2248).
145.PV bevindingen (AH 193), nummer 829, dossier Buizerd, p. 002171 (dig. p. 2208).
146.PV bevindingen (AH 181), nummer 730, dossier Buizerd, p. 002053 t/m 002054 (dig. p. 2090 t/m 2091).
147.PV aangifte (AH 018), nummer PL1100-2019153471-1, dossier Buizerd, p. 001270, 001271, 001274 (dig. p. 1303, 1304, 1307).
148.PV bevindingen (AH 365), nummer 1354, dossier Buizerd, p. 003144 t/m 003147 bovenaan (dig. p. 3181 t/m 3184 bovenaan).
149.PV bevindingen (AH 365), nummer 1354, dossier Buizerd, p. 003150 (dig. p. 3187).
150.PV bevindingen (AH 329), nummer 1150, dossier Buizerd, p. 002920 t/m 002921 (dig. p. 2957 t/m 2958).
151.PV bevindingen (AH 365), nummer 1354, dossier Buizerd, p. 003147 (dig. p. 3184).
152.PV bevindingen (AH 322), nummer 1130, dossier Buizerd, p. 002881 t/m 002883 (dig. p. 2919 t/m 2921).
153.PV bevindingen (AH 294), nummer 1068, dossier Buizerd, p. 002700 (dig. p. 2738).
154.PV bevindingen (AH 365), nummer 1354, dossier Buizerd, p. 003148 (dig. p. 3185) bovenaan.
155.PV bevindingen (AH 365), nummer 1354, dossier Buizerd, p. 003148 onderaan t/m 003150 (dig. p. 3185 onderaan t/m 3187).
156.PV bevindingen (AH 292), nummer 1144, dossier Buizerd, p. 002622, 002626 (dig. p. 2660, 2664).
157.PV bevindingen (AH 168), nummer 191120.1308.AMB, dossier Buizerd, p. 001904 t/m 001905 (dig. p. 1940 t/m 1941).
158.PV bevindingen (AH 027), nummer 14, dossier Buizerd, p. 001304 (dig. p. 1337).
159.PV bevindingen (AH 010), nummer 40, dossier Buizerd, p. 001249 t/m 001251 (dig. p. 1282 t/m 1283).
160.PV betreden besloten plaats 14 augustus 2019, nummer Buizerd PLT INKIJK 20190814.01, p. 005020 t/m 005021 (dig. p. 5038 t/m 5039).
161.OVC gesprek Nissan Micra sessie 192827, 26-11-2019 om 19.28.27 uur, dossier Buizerd, p. 002111 onderaan t/m 002112 bovenaan (dig. p. 2148 onderaan t/m 2149 bovenaan).
162.PV doorzoeking ter inbeslagneming (AH 225), nummer 742, dossier Buizerd, p. 002314 t/m 002315 (dig. p. 2352 t/m 2353).
163.PV aangifte (AH 398), nummer PL0900-2019194947 -1, dossier Buizerd, p. 003390 (dig. p. 3419).
164.PV bevindingen (AH 237), nummer 20200116.1505, dossier Buizerd, p. 002376 t/m 002377 (dig. p. 2414 t/m 2415).
165.OVC gesprek Nissan Micra sessie 192827, 26-11-2019 om 19.28.27 uur, dossier Buizerd, p. 002108 (dig. p. 2145).
166.PV bevindingen (AH 346), nummer 1274, dossier Buizerd, p. 003009 t/m 003019 (dig. p. 3047 t/m 3057).
167.PV bevindingen (AH 233), nummer 1045, dossier Buizerd, p. 002359 (dig. p. 2397).
168.PV, nummer BUIZERD PLT BAKEN 20191023, p. 005185 (dig. p. 5203).
169.PV forensisch onderzoek personenvoertuig Audi, nummer PL0900-2019307395-9, dossier Buizerd, p. 004610 (dig. p. 4626).
170.Rapport DNA-onderzoek d.d. 29 januari 2020, nummer 2019.10.25.094 (aanvraag 006), dossier Buizerd, p. 004630 t/m 004632 (dig. p. 4646 t/m 4648).
171.PV aangifte (AH 154), nummer PL2300-2019141429-1, dossier Buizerd, p. 001837 (dig. p. 1873).
172.PV bevindingen (AH 329), nummer 1150, dossier Buizerd, p. 002920 t/m 002921 onderaan (dig. p. 2957 t/m 2958 onderaan).
173.PV bevindingen (AH 364), nummer 1348, dossier Buizerd, p. 003131 bovenaan, 003133, 003134, 003135 bovenaan (dig. p. 3168 bovenaan, 3170, 3171, 3172 bovenaan).
174.PV bevindingen (AH 101), nummer PL0900-2019304119-8, dossier Buizerd, p. 001603 (dig. p. 1639).
175.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002068 (dig. p. 2105).
176.PV bevindingen (AH 082), nummer 293, dossier Buizerd, p. 001570 (dig. p. 1605).
177.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002070, 002077, 002078 (dig. p. 2107, 2114, 2115).
178.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002071 bovenaan, 002079 (dig. p. 2108 bovenaan, 2116).
179.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002072 onderaan, 002073 bovenaan, 002085 (dig. p. 2109 onderaan, 2110 bovenaan, 2122).
180.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002068 onderaan, 002069 bovenaan (dig. p. 2105 onderaan, 2106 bovenaan).
181.KVI (AH 103), nummer PL0900-2019304119-6, dossier Buizerd, p. 001608 t/m 001612 (dig. p. 1644 t/m 1648).
182.PV forensisch onderzoek vervoermiddel (Volkswagen [kenteken] ), nummer PL0900-2019304119-4, dossier Buizerd, p. 004352 t/m 004356, 004361 t/m 004367 (dig. p. 4371 t/m 4375, 4380 t/m 4386).
183.Rapport Onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 16 december 2019, p. 004407 t/m 004413 (dig. p. 4427 t/m 4433).
184.Rapport Vergelijkend DNA-onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 23 april 2020, p. 004430 t/m 004434 (dig. p. 4450 t/m 4454).
185.PV bevindingen (AH 427), nummer 1257, dossier Buizerd, p. 003634 (dig. p. 3659) bovenaan.
186.PV bevindingen (AH 387), nummer 1510, dossier Buizerd, p. 003297 onderaan t/m 003298 bovenaan (dig. p. 3326 onderaan t/m 3327 bovenaan).
187.PV bevindingen (AH 101), nummer PL0900-2019304119-8, dossier Buizerd, p. 001603 (dig. p. 1639).
188.PV bevindingen (AH 185), nummer 348, dossier Buizerd, p. 002068 onderaan, 002069 bovenaan (dig. p. 2105 onderaan, 2106 bovenaan).
189.PV forensisch onderzoek vervoermiddel (Volkswagen [kenteken] ), nummer PL0900-2019304119-4, dossier Buizerd, p. 004352 t/m 004356, 004361 t/m 004367 (dig. p. 4371 t/m 4375, 4380 t/m 4386).
190.PV bevindingen (AH120), nummer 299, dossier Buizerd p. 01732 (dig. p. 1768)
191.PV bevindingen (AH241), nummer 1004, dossier Buizerd p. 002396 (dig. p. 2435) en zie onder 4.3.2. Identificatie (PGP-) nummers en Sky-ID’s
192.Rapport Onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 16 december 2019, p. 004407 t/m 004413 (dig. p. 4427 t/m 4433).
193.Rapport Vergelijkend DNA-onderzoek van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 23 april 2020, p. 004430 t/m 004434 (dig. p. 4450 t/m 4454).
194.PV bevindingen (AH 476), nummer 1793, dossier Buizerd, p. 003901 (dig. p. 3925) onderaan.
195.PV bevindingen (AH 476), nummer 1793, dossier Buizerd, p. 003990 t/m 003901 bovenaan (dig. p. 3924 t/m 3925 bovenaan).
196.OVC gesprek Nissan Micra sessie 192827, 26-11-2019 om 19.28.27 uur, dossier Buizerd, p. 002110 (dig. p. 2147).
197.PV bevindingen (AH 387), nummer 1510, dossier Buizerd, p. 003293 t/m 003295 (dig. p. 3322 t/m 3324).
198.Tapgesprek TA026, sessie 601, 11-10-2019 18:56:43, dossier Buizerd, p. 002994 (dig. p. 3032).
199.Tapgesprek TA026, sessie 604, 11-10-2019 19:16:10, dossier Buizerd, p. 002995 (dig. p. 3033).
200.Tapgesprek TA005, sessie 21628, 11-10-2019 19:19:31, dossier Buizerd, p. 002996 (dig. p. 3034).
201.PV bevindingen afleggen persoon en auto door [verdachte] en [naam 9] (AH 341), nummer 1197, dossier Buizerd, p. 002988 (dig. p. 3026).
202.Tapgesprek TA026, sessie 612, 11-10-2019 20:00:29, dossier Buizerd, p. 002997 (dig. p. 3035).
203.Tapgesprek TA 010, sessie 2070, 11-10-2019 20:07:50, dossier Buizerd, p. 002999 (dig. p. 3037).
204.PV bevindingen afleggen persoon en auto door [verdachte] en [naam 9] (AH 341), nummer 1197, dossier Buizerd, p. 002989 (dig. p. 3027).
205.Tapgesprek TA010, sessie 2071, 11-10-2019 20:08:38, dossier Buizerd, p. 003000 (dig. p. 3038).
206.PV bevindingen afleggen persoon en auto door [verdachte] en [naam 9] (AH 341), nummer 1197, dossier Buizerd, p. 002990 (dig. p. 3028).
207.PV observatie vrijdag 11 en zaterdag 12 oktober 2019 (AH 250), nummer 13Buizerd19 Observatie 20191011.01, dossier Buizerd, p. 005113 t/m 005114 (dig. p. 5131 t/m 5132).
208.PV bevindingen (AH 467), nummer 1870, dossier Buizerd, p. 003778 (dig. p. 3802).
209.PV bevindingen (AH 216), nummer 860, dossier Buizerd, p. 002292 (dig. p. 2330).
210.PV bevindingen (AH 467), nummer 1870, dossier Buizerd, p. 003781 (dig. p. 3805).
211.PV bevindingen (AH 475), nummer 1779, dossier Buizerd, p. 003899 (dig. p. 3923).
212.PV bevindingen (AH 105), nummer 360, dossier Buizerd, p. 001616 (dig. p. 1652).
213.PV observatie vrijdag 11 en zaterdag 12 oktober 2019 (AH 250), nummer 13Buizerd19 Observatie 20191011.01, dossier Buizerd, p. 005115 (dig. p. 5133).
214.PV bevindingen (AH 105), nummer 360, dossier Buizerd, p. 001616 (dig. p. 1652).
215.PV bevindingen (AH 442), nummer 1560, dossier Buizerd, p. 003705 (dig. p. 3730).
216.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 233439, 23-10-2019 1:34:39, dossier Buizerd, p. 003813 (dig. p. 3837).
217.PV bevindingen (AH 228), nummer 853, dossier Buizerd, p. 002335, 002337 (dig. p. 2373, 2375).
218.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 193139, 23-10-2019 21:31:39, dossier Buizerd, p. 002341 (dig. p. 2379).
219.PV bevindingen (AH 228), nummer 853, dossier Buizerd, p. 002338 (dig. p. 2376).
220.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 193739, 23-10-2019 21:37:39, dossier Buizerd, p. 002342 (dig. p. 2380).
221.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 194137, 23-10-2019 21:41:37, dossier Buizerd, p. 002343 (dig. p. 2381).
222.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 194714, 23-10-2019 21:47:14, dossier Buizerd, p. 002344 (dig. p. 2382).
223.PV bevindingen (AH 352), nummer 1303, dossier Buizerd, p. 003067 (dig. p. 3105).
224.PV bevindingen (AH 348), nummer 1295, dossier Buizerd, p. 003025 (dig. p. 3063) onderaan.
225.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 192725, 24-10-2019 21:27:00, dossier Buizerd, p. 003039 (dig. p. 3077).
226.PV bevindingen, nummer 20220725.1130.AMB, dossier Buizerd, p. 7454 t/m 7456, 7458 (dig. p. 7471 t/m 7473, 7475).
227.PV bevindingen, nummer 20220725.1130.AMB, dossier Buizerd, p. 7458 (dig. p. 7475).
228.PV bevindingen (AH 349), nummer 1299, dossier Buizerd, p. 003045 (dig. p. 3083).
229.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 193502A, 30-10-2019 20:35:02, dossier Buizerd, p. 003051 (dig. p. 3089).
230.PV bevindingen (AH 389), nummer 1568, dossier Buizerd, p. 003302 (dig. p. 3331).
231.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 193502A, 30-10-2019 20:35:02, dossier Buizerd, p. 003052 (dig. p. 3090) bovenaan.
232.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003559 onderaan t/m 003560 (dig. p. 3585 onderaan t/m 3586).
233.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 214730, 30-10-2019 22:47:30, dossier Buizerd, p. 003309 (dig. p. 3338).
234.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003560 onderaan t/m 003562 (dig. p. 3586 onderaan t/m 3588).
235.PV bevindingen, nummer 20220725.1130.AMB, dossier Buizerd, p. 7459 t/m 7460 (dig. p. 7476 t/m 7477).
236.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003564 (dig. p. 3590).
237.Tapgesprek TA034, sessie 9423, 30-10-2019 23:02:09, dossier Buizerd, p. 001756 (dig. p. 1792).
238.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003564 onderaan t/m 003565 (dig. p. 3590 onderaan t/m 3591).
239.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 220335A, 30-10-2019 23:03:35, dossier Buizerd, p. 003313 t/m 003314 (dig. p. 3342 t/m 3343).
240.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003566 t/m 003567 bovenaan (dig. p. 3592 t/m 3593 bovenaan).
241.PV bevindingen, nummer 20220725.1130.AMB, dossier Buizerd, p. 7464 t/m 7465 (dig. p. 7481 t/m 7482).
242.PV bevindingen (AH 423), nummer 830, dossier Buizerd, p. 003567 (dig. p. 3593).
243.PV bevindingen (AH 397), nummer PL0900-2019325702-4, dossier Buizerd, p. 003388 (dig. p. 3417).
244.PV bevindingen (AH256), nummer PL0900-2019325702-14, dossier Buizerd, p. 002490 t/m 002491 (dig. p. 2529 t/m 2530).
245.PV verhoor aangever [slachtoffer] (AH 257), nummer 2019325702, dossier Buizerd, p. 002492 t/m 002493 (dig. p. 2531 t/m 2532).
246.PV bevindingen (AH 401), nummer 18, dossier Buizerd, p. 003415 (dig. p. 3445).
247.Foto’s letsel [slachtoffer] , p. 003404 t/m 003412 (dig. p. 3433 t/m 3441).
248.PV bevindingen (AH 128), nummer 484, dossier Buizerd, p. 001773 t/m 001775 (dig. p. 1809 t/m 1811).
249.OVC-gesprek Peugeot 208, sessie 012400, 31-10-2019 2:24:00, dossier Buizerd, p. 003316 (dig. p. 3345).
250.PV bevindingen (AH 389), nummer 1568, dossier Buizerd, p. 003302 (dig. p. 3331).
251.PV bevindingen (AH 511), nummer 1875, dossier Buizerd, p. 004085 (dig. p. 4107) bovenaan.
252.PV bevindingen (AH 387), nummer 1510, dossier Buizerd, p. 003298 (dig. p. 3327).
253.PV bevindingen (AH 490), nummer 1762, dossier Buizerd, p. 003980 (dig. p. 4005).
254.PV bevindingen (AH 469), nummer 1350, dossier Buizerd, p. 004043 t/m 004045 (dig. p. 4066 t/m 4068).
255.PV betreden besloten plaats, nummer PL0900-2019307395, dossier Buizerd, p. 006988 (dig. p. 7007).
256.PV bevindingen (AH 390), nummer 1089, dossier Buizerd, p. 003321 onderaan t/m 003322 bovenaan (dig. p. 3350 onderaan t/m 3351 bovenaan).
257.Rapport DNA-onderzoek d.d. 31 december 2019, p. 004341 t/m 004342 (dig. p. 4360 t/m 4361).
258.Deskundigenrapportage Forensisch DNA-onderzoek d.d. 18 november 2020, p. 006987 (dig. p. 7006).
259.PV bevindingen, nummer 20220725.1130.AMB, dossier Buizerd, p. 7467 (dig. p. 7484).
260.PV bevindingen (AH 467), nummer 1870, dossier Buizerd, p. 003781 (dig. p. 3805).
261.PV bevindingen, dossier Pulheim, documentcode 16594078, p. 120062 (dig. P. 8506)
262.PV bevindingen, dossier Pulheim, documentcode 20220725.1130.AMB, p. 120168 (dig. P8612)
263.PV bevindingen, dossier Pulheim, documentcode 20220725.1130.AMB, p. 120176 (dig. P8620)
264.PV bevindingen, dossier Pulheim, documentcode 16566671, p. 120089 tot en met 120105 (dig. P8533 tot en met P8549),
265.PV bevindingen, dossier Buizerd, code 20200320.1451.PVB, AH 361, p 003120 (dig. p. 3157)
266.Vonnis van 15 maart 2024 inzake [medeverdachte 1] (parketnummers 13/730015-20 en13/730053-19.
267.PV bevindingen, dossier Pulheim, documentcode 16770995, p. 120211 en 120212 dig. p. 8656 en 8657)
268.PV bevindingen, nummer PL0900-2021152799-3, p. 015.
269.PV aangifte, nummer PL0900-2021097529-5, p. 011.
270.PV bevindingen, nummer PL0900-2021152799-7, p. 023 t/m 025.
271.PV rijden onder invloed, nummer PL0900-2021152885-1, (ongenummerd) en een rapport alcohol en drugs in het verkeer van 9 juni 2021, opgemaakt door drs. P.G.N. Zweipfenning (ongenummerd).
272.PV bevindingen, nummer PL0900-2021152799-4, p. 019 (onderaan).
273.PV bevindingen, nummer PL0900-2021152799-5, p. 021 (midden).
274.Verklaring van [verdachte] op de zitting van 10 oktober 2023, zoals neergelegd in het proces-verbaal van die zitting.
275.PV verhoor verdachte, nummer PL0900-2021152799-38, p. 072.