Op 7 februari 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat is uitgevaardigd door de District Court in Koszalin, Polen. Het EAB, dat op 9 augustus 2022 is uitgevaardigd, betreft de aanhouding en overlevering van een opgeëiste persoon, geboren in 1996 in Polen, die momenteel gedetineerd is. De rechtbank heeft de behandeling van het EAB op verschillende zittingen, waaronder op 11 en 24 januari 2023, besproken. Tijdens deze zittingen zijn de officieren van justitie, mr. G.P. Sholeh en mr. N.R. Bakkenes, aanwezig geweest, evenals de raadsman van de opgeëiste persoon, mr. M.A.M. Pijnenburg.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet (OLW) en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering. De opgeëiste persoon heeft verklaard dat zijn persoonsgegevens correct zijn en dat hij de Poolse nationaliteit heeft. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht, strafbaar zijn volgens zowel Pools als Nederlands recht, met inbegrip van opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet.
De rechtbank heeft eerder vastgesteld dat er in Polen een algemeen reëel gevaar bestaat van schending van het recht op een eerlijk proces, maar heeft geconcludeerd dat er geen individuele elementen zijn aangevoerd die wijzen op een reëel gevaar voor de opgeëiste persoon. Daarom heeft de rechtbank besloten om de overlevering toe te staan, conform de bepalingen van de OLW en de relevante artikelen van de Opiumwet.