Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court in Siedlce(Polen) (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Beslistermijn
3.Identiteit van de opgeëiste persoon
4.Grondslag en inhoud van het EAB, artikel 12 OLW
judgment of the District Court in Siedlcevan 18 december 2014 met referentie
II K 230/14. Uit aanvullende informatie van 4 september 2023 blijkt dat tegen dit vonnis hoger beroep en vervolgens ook cassatie is ingesteld. Blijkens dezelfde aanvullende informatie is de laatste instantie waarin, na behandeling van de zaak ten gronde, definitief is geoordeeld over schuld en straf echter de procedure in eerste aanleg. [6]
judgment of the District Court in Siedlcevan 3 juni 2011 met referentie
II K 278/11. Bij dit vonnis is een voorwaardelijke straf opgelegd. Blijkens de aanvullende informatie van 4 september 2023 is de tenuitvoerlegging van die straf bevolen omdat de opgeëiste persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een nieuw strafbaar feit, waarvoor hij bij het onder I genoemde vonnis is veroordeeld. [7]
5.Strafbaarheid: feiten waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 6a OLW
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
SCHORSThet onderzoek tot de hierna te noemen zittingsdatum- en tijd om de raadsman en de officier van justitie in de gelegenheid te stellen te voldoen aan de in rechtsoverweging 6 geformuleerde opdrachten.
10 oktober 2023 om 16:00 uur. Deze datum is reeds afgestemd met de raadsman.