Op 22 augustus 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees Aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de Poolse autoriteiten. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in 1992, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland gedetineerd is. De rechtbank heeft op 8 augustus 2023 de behandeling van het EAB gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. K. van der Schaft, aanwezig was. De opgeëiste persoon heeft afstand gedaan van zijn recht om aanwezig te zijn, maar was vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. M.A.C. de Bruijn. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak met 30 dagen verlengd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de identiteit van de opgeëiste persoon klopt en dat hij de Poolse nationaliteit heeft. Het EAB is uitgevaardigd voor de tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf van twee jaar, waarvan nog elf maanden en 21 dagen resteert. De feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht zijn oplichting en vervalsing van documenten, waarvoor in Polen een vrijheidsstraf van ten minste drie jaar is gesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat aan de eisen van de Overleveringswet is voldaan en dat er geen weigeringsgronden zijn voor de overlevering.
De rechtbank heeft ook vastgesteld dat er in Polen een algemeen reëel gevaar bestaat van schending van het recht op een eerlijk proces, maar dat er geen bewijs is dat dit een concrete invloed heeft gehad op de zaak van de opgeëiste persoon. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten de overlevering toe te staan, waarbij de relevante wetsbepalingen zijn toegepast. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen gewoon rechtsmiddel open tegen deze beslissing.